Vroeger dacht ik dat katten maar twee modi hadden: schuw of aanhankelijk. Sinds ik zelf een kat heb ben ik er achter dat het vooral fases zijn waar ze doorheen gaan in een soort conjunctuur; soms geactiveerd door een vleugje jaloezie. Mijn lapjeskat is nogal afstandelijk. Als ik in de keuken zit te eten komt ze er bij zitten, maar dan het liefst op de stoel die het meest ver weg staat. Heeft ze honger, dan komt ze kopjes geven aan mijn knie en daarmee smeken om eigen voedsel.
Ze is geen knuffelkat, maar als ik een tijdje weg ben geweest, komt ze op me afrennen. Als een verdwaalde kitten cirkelt ze om mijn benen en miauwt aan één stuk door. Terwijl ze haar dag voor me probeert samen te vatten ga ik wel eens naar de wc. Dan hoor ik haar op de gang jammeren uit eenzaamheid, tot ik mijn gezicht weer laat zien en ze begint te spinnen. Maar ook dat is vaak na een paar minuten wel weer voorbij.
Lucian Freuds Girl with a Kitten uit 1947. Beeld: People Holding Cats.
De situatie verandert pas als ik in de buurt ben geweest van een andere kat. Als een detective steekt ze dan haar neus naar me uit om vervolgens lichtelijk afkeurende snufgeluiden te maken. De kopjes – die sporadisch spontaan worden gegeven, maar meestal om honger uit te drukken – zijn plots niet zo zeldzaam meer. Als er een sterke geur aan me zit, komt ze zelfs tegen me aan liggen en over me heen kruipen.
Mocht je niet genoeg kopjes krijgen van je kat, dan kun je zijn of haar aandacht trekken door eens vreemd te gaan met een passant.
Op vrijwel iedere straathoek staan tegenwoordig wel aandachtsgeile katten. Het enige wat je er voor hoeft te kunnen is het dier lokken en daarna geruststellend je ogen samenknijpen terwijl je de kat aankijkt. Zo laat je zien dat je geen bedreiging voor hem bent. Voor de lokroep zet je je tanden op elkaar, tuit je je lippen en adem je tegelijkertijd in voor een hoge, scherpe piep.
Als het goed is reageert vrijwel ieder poezendier hier op en komt het op je afrennen. Maak oogcontact, doe de wenk en loop rustig op de kat af. Het kan ook zijn dat hij voor je wegrent, dan is het gewoon een angstig monogaam beest. Wanneer de kat eenmaal naast je staat, moet je het kort houden. De meest effectieve manier is een simpele groet met een daaropvolgend compliment. “Wat ben je lief, ahh, wat ben je mooi, hè.” Hou het dicht bij jezelf. Let ook op dat je niet te gehecht raakt. Je doet dit namelijk om het vlammetje van je eigen kat te heractiveren, niet om de kat van de buren te catnappen.
Dit mag trouwens als een tip van een gek kattenvrouwtje overkomen, maar flirten met een ander dier werkt vast ook bij vogels, eenden of ongeïnteresseerde levenspartners. Een andere optie is natuurlijk om je niet zo aan te stellen en gewoon accepteren dat je huisdier niet de hele dag zin heeft om tegen je aan te leunen en over je heen te kwijlen. Als je dat wilt, moet je namelijk gewoon een hond nemen.