De redactie van hard//hoofd is gestopt. Veertig dagen lang onthouden wij ons van zelfverkozen slechte gewoonten en verleidingen. Tijdens de Goede Week (21-27 maart) presenteren we de uitkomsten van al dit goede gedrag. Hoe vergaat het onze makers nu, op de achtentwintigste dag sinds het begin van de vastentijd?
Grafisch ontwerper Jean-Maxim van Dijk stopte met het gebruiken van de kleur zwart.
Met een glimlach zet de serveerster een kom dampende soep en een homp donker brood voor me neer. Tussen de toonbank en mijn favoriete plekje-aan-het-raam is 3,5 meter. Ik staar naar het zwarte plankje waar ze mijn bestelling op heeft gezet.
‘Sorry, ik-.. Zou je me kunnen helpen?’ Ze had zich alweer omgedraaid. ‘Dit is even heel stom, maar ik mag geen zwarte dingen gebruiken.’
- ‘... Van wie niet?’
‘Van mezelf. Het is een voor een.. eh. Voor een kunst-iets,’ stamel ik.
- ‘Oh! Wat leuk!’ Een brede lach. ‘Dan kom ik hem zo brengen, ga maar zitten hoor.’ Ik voel de ogen van dagjesmensen op mij gericht terwijl ik mijn jas over de stoel hang en ik werp een snelle blik op het peper- en zoutsetje. Donkerblauw, dat mag.
Leven zonder zwart is een uitdaging, maar niet zo vervelend dat ik inmiddels in zak en as zit. Ik werd er al snel mee geconfronteerd dat mijn PS4 zwart is, maar toch mis ik het gamen niet echt. In plaats van een wekelijks avondje gamen met vrienden bij mij thuis, zijn we overgestapt op bordspellen. Als ik iets nodig heb en het is toevallig zwart, dan is er eigenlijk altijd wel een plan B te bedenken. Hoe voorspelbaar het ook klinkt: de confrontatie met oude patronen is eigenlijk relevanter dan de kleur zelf.
Op de route naar de supermarkt loop ik door een wat duurdere buurt en zie ik veel nieuwe auto’s. Vooral SUV’s, zwart. Een ouder model rijdt langs, uitgevoerd in aubergine-paars. Af en toe kijk ik naar beneden en zie ik twee helblauwe sneakers om een paar witte sokken. Ik voel me een 16-jarige scholier.
Ik ben me meer bewust geworden van zwart en hoe we het gebruiken. Als ik een boek begin te lezen bestudeer ik de verhouding tussen de zwarte typografie en het wit van de pagina; objecten die meer dan 50% zwart zijn mag ik niet gebruiken. Ik beoordeel dat met een timmermansoog, met mijn eigen integriteit als strenge scheidsrechter.
Af en toe voel ik me een beetje unheimisch. Kleurrijk is nou eenmaal niet wie ik ben. Ik mis zwart omdat het me een kader geeft. Het omlijst al het andere. En ik mis de zwarte bijzettafel om mijn voeten op te parkeren.
Illustrator Kwennie Cheng is gestopt met werken in Nederland en werkt nu op reis in Azië. Voor de gelegenheid schrijft ze nu in het Engels:
Jozien Wijkhuijs forenst tussen Nijmegen, Tilburg en Amsterdam. Ze stopt met het gebruiken van een koptelefoon om eens beter op haar omgeving te letten. Een kleine selectie van dingen die ze uit verveling in de Metro las:
-‘Gisteren hing ik mijn kleedje te drogen over de rand van mijn balkon. Daarna deed ik nog zus, ging ik even zo en toen ik 's avonds thuiskwam, dacht ik niet meer aan het kleedje.’
-‘House of Cards-acteur groot fan van... House of Cards.’
-‘Waarom je geen stenen kikkers in je tuin moet hebben.’
Sarah van Binsbergen zegt geen sorry meer.
‘Wil jij een mailtje naar DAP sturen dat we hun deadline niet gaan halen?’
- ‘Eh, het zou eigenlijk fijner zijn als jij het doet.’
‘Hoezo?’
- ‘Omdat ik dus gestopt ben met sorry zeggen.’
‘Oh ja. Oké.’
- ‘...’
‘...’
- ‘Eigenlijk is dat valsspelen he? Ik doe het wel gewoon.’
Ik haal (sommige) deadlines niet en doe dingen niet die ik wel zou doen en in plaats van me daar eindeloos voor te verontschuldigen zeg ik: ‘Het lukt even niet.’ Dat blijkt dan prima te zijn. Wie had dat verwacht.
Bien is langzaamaan wel gewend aan het stoppen met koffie drinken. Ze is cafeïne-nuttigende omstanders gaan bevragen.
Vriend 1: ‘Ik drink koffie omdat m’n ouders het altijd dronken. Zwarte, straffe koppen, ze zijn me met de paplepel ingegoten en ik mik ze zo naar binnen.’
Ma: ‘Ik minder heus, zo nu en dan, maar zonder koffie start m’n dag slecht. Met een achterstand de dag beginnen is ook niet alles.’
Vriend 2: ‘Ik doe het vooral uit gewenning en gemak. Ik weet wat ik aan de koffie heb, en de koffie weet wat ’t aan mij heeft.’
Barista van plaatselijke zaak: ‘Het is m’n vak. Het brengt brood op het plankje. Ik moet toch weten wat ik mijn klanten voorschotel?’
De aangedragen argumenten maken nog niet zoveel in mij los. Wat ik wel merk: geen koffie drinken is een imago-dingetje. Ik heb het idee dat mijn aanzien een ander gestalte heeft gekregen. Daarover later meer.
Voor de vorm volgen we ook Lisanne van Aert, die het stoppen met nagelbijten heeft neergelegd, maar nog steeds met de bijwerkingen kampt van haar zelfopgelegde opdracht.
Ik heb het opgegeven. Ik weet niet wanneer ik bijt, maar als ik ’s avonds naar mijn handen kijk zijn mijn nagels altijd afgekloven. Er is geen wit randje over. Dat vind ik jammer, ik geniet niet eens meer van het bijten en het was nog wel zo leuk.
De hard//talk-redactie monitort stoppers wereldwijd: