De jonge Nederlandse kunstenaar Berndnaut Smilde, die wereldberoemd werd met zijn wolkeninstallaties, verzorgt momenteel de openingstentoonstelling in het nieuwe Arnhemse museum De Groen. Ine Boermans werkte als curator met hem samen voor hij doorbrak en vertelt wat er zo bijzonder is aan zijn werk.
Eind 2008 kreeg ik, via via, acht enorme etalagekasten in het centrum van Amsterdam in handen. Zeven voor kunst, één voor informatie. De Kijkkasten, in de jaren '70 in een blinde muur gebouwd om, door middel van kunst, licht en veiligheid te bieden. Na wat achterstallig onderhoud ging ik van start en ontstond er een haat- liefdeverhouding die vijf jaar en dertig exposities duurde. Ik vormde de gehele organisatie en die ellendige Kijkkasten slokten al mijn tijd op, en vaak ook al mijn geld. Maar toch, als er een nieuwe expositie opende en ik in die gekke zijstraat een illegaal biertje in de openbare ruimte stond te drinken was ik bijna altijd blij.
Sommige exposanten zijn ondertussen doorgebroken. Eén daarvan is Berndnaut Smilde. Hij heeft net een monografie uitgebracht en verzorgt tot 13 augustus de openingsshow in het nieuwe tentoonstellingsgebouw De Groen in Arnhem.
Toen ik kwam praten over de expositie had hij een van De Kijkkasten in miniatuur nagemaakt en had hij een plan dat ik vergeten ben. In de hoek van zijn studio lag een wit laken over iets wat duidelijk de vorm had van een auto. We praatten wat, het laken bleef lonken. Het bleek zijn auto, een oude Peugeot 205, nagemaakt van wit foamboard op 83% van de originele grootte. Hij had alleen dat weergegeven wat overblijft als de auto uitbrandt. Het karkas. Een Peugot 205 van foamboard, net wat kleiner en net wat kariger. De sculptuur heette Carcass. Het oorspronkelijke expositieplan ging overboord en Carcass werd in zeven repen gezaagd. In elke expositiekast werd een reep opgehangen en het glas ervoor kreeg een laag doorzichtige blauwe folie. Carcass Divided. Als je door de straat liep oogden ze als objecten die tegen bederf beschermd moesten worden. Iets op een dergelijke manier prepareren is spelen met logica en dualiteit. Het is de rode draad in Smildes werk.
In Prism bijvoorbeeld, realiseerde hij een omgekeerde regenboog over nachtelijk São Paulo. Een werk vol bijzondere tegenstrijdigheden. En in Conditioner bouwde hij met enorme buizen een ventilatiesysteem in een voormalig abattoir, en verspreidde hiermee antiseptische lucht. Deze lucht, juist zeer schoon en ontsmettend, associeer je onmiddellijk met ziekte. Je eigen logica wordt opgeschud door Smildes werken.
Misschien wel zijn mooiste werk tot nu toe vind ik Nimbus D’Aspremont. De Nimbus-reeks bestaat uit een groeiend aantal foto’s van door hemzelf gecreëerde regenwolken in fabriekspanden, kerken en galeries. Het is wat je ziet, een echte buienwolk die in een ruimte zweeft. Hij zet voor deze serie daadwerkelijk een natuurlijk fenomeen naar zijn hand. Het principe is hetzelfde als bij een echte cumulonimbus en net als in de natuur zijn er geen twee hetzelfde. Vaak maakt hij honderd oefenwolken op een locatie en loopt tussendoor even naar buiten om te kijken hoe een echte er ook al weer uit ziet. Het resultaat is een kleine compacte wolk die gemiddeld 10 seconden bestaat. Ook al werkt Smilde soms voor publiek, één haarscherpe foto van de wolk in de ruimte is het uiteindelijke kunstwerk. Het toont het moment waarop de wolk en zijn omgeving het mooist zijn.
Nimbus D’Aspremont is gemaakt in kasteel D’Aspremont, in Belgisch-Limburg. Het eindresultaat toont een wolk los van zijn eigenlijke omgeving en uitgebreid getest op gewilligheid en de perfecte compactheid. De wolk lijkt kalm en ongedwongen via het monumentale trapportaal de hoek om gekomen. Al wat ijl aan de randen zweeft hij richting de fraai vervallen gangen.
’Men kan stellen dat de ruimte dienstdoet als sokkel voor het werk’, zegt Smilde in een interview over de rol van de locaties. Ik vind dit te simpel gesteld. Een sokkel heeft geen andere functie dan het zijn van een voetstuk. Het dient om iets te laten schitteren. Het is een bescheiden rol, te bescheiden om hier van toepassing te zijn. Het zeventiende-eeuwse kasteel D’Aspremont, ooit gebouwd voor de adellijke familie d'Aspremont-Lyden, kent momenteel geen vaste bewoners of functie maar heeft een verleden als militair hospitaal, als gesticht voor bedelaars en als psychiatrische instelling. De vluchtige vergankelijkheid van de wolk, contrasteert prachtig met het kasteel, dat voor de eeuwigheid gemaakt lijkt te zijn. De wolk is in die zin net zo goed een sokkel voor het gebouw, ze laten elkaar schitteren.
Nooit maakt Smilde zich er in zijn werken gemakkelijk vanaf. Voor de regenboog gebruikte hij een enorm prisma om het natuurlijke fenomeen na te bootsen en de antiseptische lucht bestaat niet uit een misleidend geurtje. De liefde voor het maken spat van de werken af. Het doet vermoeden dat Smilde zelf ook benieuwd is naar wat gaat komen als hij aan een nieuw werk begint. Van de eerste gedachte tot en met de uitvoering lijken nieuwsgierigheid en plezier zijn drijfveer.
Beelden zijn beschikbaar gesteld door de kunstenaar. Voor meer informatie: www.berndnaut.nl