Asset 14

Schrijven is eigenlijk monddood maken

Monddood

Wie schrijft, die verdrijft. Schrijven is eigenlijk altijd iemand anders monddood maken. Dat komt ter sprake, op een zekere literaire avond, tussen mij en een stadsdichter, T. Zijn punt: een echt of fictief personage (en wie zich ook maar aangesproken voelt) kan zich helemaal niet verdedigen.
‘Ik heb over allerlei exen geschreven, die er bekaaid vanaf kwamen,’ zegt T. ‘Daar ga ik meteen mee stoppen.’
‘Welnee, alle schrijvers doen dat.’ Ik neem in deze discussie het Taylor Swift-standpunt in: je kunt altíjd over de rug van de ander schrijven, als het maar voor de kunst is. ‘Ik bedoel, wat was Sufferd D. zonder Tobi Lakmaker? En I.M. werd door Connie Palmen een mythe!’

Het is zo’n avond waar je helemaal de regie over verliest. Mijn lijdende voorwerpen in deze column, beste vriend X. en stadsdichter T, hebben net prachtig voorgedragen. X. vol humor, T. wrang-romantisch als een jonge J.C. Bloem. De muzikanten waren verbluffend. Bij mijn optreden wordt als verrassing een documentairefilmpje over me vertoond dat ik nooit eerder gezien heb, een soort Funniest Home Videos met mij in mijn boot. Mijn voordracht, over soepgooiende klimaatactivisten, komt niet echt uit de verf. Alles ontglipt me. X. staat de hele avond te praten met een veelbelovend dichteres (een steek jaloezie). Mijn ex, tot mijn vreugd en paniek ook gekomen, is van niets onder de indruk behalve de performance artists in wolvenpakken (een steek jaloezie). Eén van de wolvenpakken begint viool te spelen in een onbegrijpelijke opeenvolging van klanken.

Stadsdichter T. en ik denken nog even na over het monddood-vraagstuk. Wie één levende ander tot personage maakt, schrijft fictie. Wie een hele levende groep tot personages maakt, doet al gauw aan vervreemden, simplificeren, of culturele toe-eigening – zeker als die anderen kwetsbaarder zijn en niet de macht hebben hun eigen verhaal te vertellen. Ook ik: ik vertel T. over een toneelstuk dat ik schreef, gesitueerd in Indonesië en de Molukken, over culturele toe-eigening. De directrice van Theater Bellevue wilde plots niet meer in zee: ‘We zijn toch een beetje bang voor de reactie uit de Molukse en Indonesische gemeenschap.’ De kritiek die ze vreesde: culturele toe-eigening (Theater Zuidplein durfde het overigens wel aan.) Natuurlijk is een cultuur van een gemarginaliseerde groep kapen niet hetzelfde als iemand tot Sufferd D. bombarderen, maar is dat niet óók verkeerd?
‘Je zult mij niet kapotschrijven toch?’ heeft T. eerder half grappend gevraagd.
Moet je dat beloven? Moet je een personage toestemming vragen als je over hem schrijft? Moet je de ander voordat je publiceert nog eens een proofread geven? Hoor- en wederhoor?
‘Kapotschrijven moet gewoon kunnen,’ roep ik stoer. Karma denkt er anders over.

Ik ben een personage in mijn eigen column geworden. Nee: een personage in andermans column

Na de pauze voel ik me duizelig worden, mijn hoofd bonkt. Komt dit door de viool? Doordat ik een uur eerder in een kinderrestaurant een brulgesprek heb gevoerd met een middelbareschoolvriendin, een collegaschrijver, en drie baby’s? Ik heb de hele dag allerlei mensen gezien die ik uit allerlei verschillende contexten en periodes uit mijn leven ken. Dat gebeurt verder alleen op mijn verjaardag en in nachtmerries – feitelijk hetzelfde. Het voelt alsof ik in een droom ben.
Dat is het: ik ben een personage in mijn eigen column geworden. Nee: een personage in andermans column. Die van T., zijn vrijdagcolumn op Tirade. Ik ben sufferd M. De stomme.
T (alle touwtjes in handen), begeleidt mij (tollend) de zaal uit. Hij wil het diepgaande gesprek voortzetten: ‘Wat bedoelde je eerder met “het echte leven is a-poëtisch”?’
‘Nou,’ zeg ik, en dan gebeurt het. Ik piep, ik hijg, maar er komt geen geluid meer over mijn lippen. Ik ben mijn stem volledig kwijt.
‘Hhh!’ zeg ik. ‘Hk bhn m’n sthm vhllhdhg kwht!’
Voor T. is dit aanleiding om de een na de andere persoonlijke vraag in ontwapenende oneliners af te vuren.
‘O jee, heb je wel iemand die voor je zorgt?’ zegt T. ‘Of nee: dat wil jij vast niet. Huisje-boompje-beestje – of wel?’ (‘MHMH!’ zeg ik.)
‘“Alleen in mijn gedichten kan ik wonen”, je weet wel wie dat zei.’ (‘Slhhrhhff!’)
‘Ik kwam laatst een dichter van 29 tegen en die geloofde niet meer in de liefde. Terwijl ik zie: zelfs mensen die écht anders bedraad zijn, vinden iemand. Nou, wat jij?’ T. gaat door. Hij heeft een ondeugende, heel licht sardonische twinkeling in zijn ogen. ‘Jij bent psycholoog toch? Ze zeggen dat veel psychologen zelf een psycholoog nodig hebben. Wat denk je?’
‘MHMHM!!!’ piep ik. ‘MHHMHMM HHM HHM HHM HHHMHMHM.’
Het heeft geen zin. Ik heb nog zo veel argumenten, visies en woorden, maar ik kan ze niet meer uitspreken. Het is vreselijk. Mijn taal heeft me verlaten.
‘Ik vond het echt heel leuk,’ zegt T. en hij geeft me een afscheidsknuffel. Ik hang als een marionettenpoppetje in de omhelzing, klein, hoewel ik zo’n zes jaar ouder ben. De stadsdichter spreekt me vriendelijk, doch vaderlijk toe. ‘Ziek goed uit. En over dat liefdesverdriet van je: je bent nog jong. Het komt allemaal, op z’n tijd.’ Dan verdwijnt hij de nacht in.

 

De nobele kunst van het dichten

“Hé schrijver, voor ons programma zijn we op zoek naar een vrouwelijke dichter die iets heeft met GGZ en Zelfredzaamheidsdag die een kort intermezzo kan geven op een ligzakconcert in Geleen, ben jij dat soms? (helaas geen vergoeding beschikbaar)”

Ik schiet confetti van mijn gedichten naar de poëziejury uit een groot kanon

Krachtig beeld, vindt de jury, mijn snippers dringen door in knoop- en neusgaten

Ik win nipt van een dichter

die een psychose veinst en daar in blijft hangen.

Na afloop drinken hij en ik met zijn drieën een biertje

en ik vraag ze of hun treinen nog rijden - ze halen hun schouders op, in hun gedicht zijn ze al thuis-

Dat zou ik schrappen, zegt een criticus, of eigenlijk mijn moeder?

Pauze.

We roken de laatste confetti op. Ik schop

de aarde uit als een knellende schoen, ik stijg

tot zolders, in bed zegt mijn redacteur: weet je, jij zou het echt goed doen op papier.

In de tweede ronde verliest een dichter die stelselmatig racisme ervaart van een dichter die mooi over vogels praat.

Urgentie. Ik vouw mezelf tot een vliegtuig, raak in het rafelen mijn volgorde kwijt.

Buiten op een bankje zit een skelet dat wacht tot een uitgever terugmailt.

 

 

 

Mail

Marthe van Bronkhorst (zij/haar) is schrijver, theatermaker en psycholoog en studeerde aan de VU Amsterdam en Harvard Medical School. Ze schreef voor onder meer Theater Ins Blau, Sonnevanck, Over het IJ festival, Kluger Hans, Meander, De Revisor en werkt aan een roman over duikers bij uitgeverij De Geus.

Jill Heesbeen is een illustrator die graag werk maakt over de relaties tussen personen op maatschappelijk en op persoonlijk niveau. Zo laat ze je nadenken over de omgang met je medemens. Ook de relatie met jezelf (en de mentale problematiek die daarmee gepaard kan gaan) is een onderwerp dat ze graag verbeeldt.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Ze willen niet dat je dit weet over ons voedselsysteem

Ze willen niet dat je dit weet over ons voedselsysteem

When life gives you hepatitis A-bessen, kruipt Marthe van Bronkhorst in de pen om het toch nog eens over de voedselindustrie te hebben. Lees meer

Een kijkje in mijn consumentenziel (2024) 1

Een kijkje in mijn consumentenziel (2024)

De gemiddelde Nederlander koopt vaak kleding, en heeft er vaak ook nog geen overzicht over. Columnist Loïs Blank houdt haar eigen koopgedrag elk jaar weer bij. Lees meer

Elke trui is een kersttrui, je moet alleen zelf voorbij Rudolf kijken

Elke trui is een kersttrui, je moet alleen zelf voorbij Rudolf kijken

Misschien heb jij hem nu wel aan: de kersttrui. Een onschuldig grapje of een kledingstuk dat perfect toelicht wat er mis is met de kledingindustrie? Lees meer

Lieve groetjes van Venus

Lieve groetjes van Venus

Lieke van den Belt vertelt in deze column over haar relatie met en tot Venus. Kijken ze elkaar aan? En zien ze de ander dan ook? Lees meer

Auto Draft 1

Hoe jij politiek je zin weer krijgt: valse dilemma’s, overdrijven en nog drie tactieken die ik leerde van mijn vader

Marthe van Bronkhorst leerde van haar vader dat goed vals niet lelijk is. In deze column legt ze je drie technieken uit om je (politieke) zin te krijgen. "Links, doe nou eens wat mijn vader deed: nooit genoegen nemen met minder." Lees meer

Zwervende organen en feminiene furie

Zwervende organen en feminiene furie

Hysterie was vroeger een diagnose voor seksueel gefrustreerde vrouwen, in deze column pakt Lieke van de Belt het woord terug. Lees meer

Gaten in mijn vroegste overtuiging

Gaten in mijn vroegste overtuiging

Michiel Cox’ broer wil als vrijwilliger het leger dienen. Hoe kan Michiel zijn begrip daarvoor rijmen met de idealistische opvoeding van zijn ouders? Lees meer

Het kattenvrouwtje dat de boom in sprong

Lieke van den Belt mijmert over verlegenheid en Minoes. Waarom bestaan er toch zo veel vooroordelen over kattenvrouwtjes? En zal ze zelf veilig vanuit de boom toekijken, of springt ze er uit? Lees meer

‘Zij moet echt normaal doen!’ riepen de mensen die verkrachtingsfantasieën over mij schreven

‘Zij moet echt normaal doen!’ riepen de mensen die verkrachtingsfantasieën over mij schreven

Marthe van Bronkhorst dacht dat het met conservatieve haat en machocultuur wel meeviel in Nederland, maar na anderhalve maand online haat en doodverwensingen, weet ze beter. Lees meer

We hebben armoede opgelost: een toneelstukje

Marthe van Bronkhorst schreef een kort toneelstukje waarin Ruben Brekelmans en Dilan Yesilgöz uiteenzetten hoe ze armoede willen gaan oplossen. Lees meer

Dunne intellectuele belangstelling

Dunne intellectuele belangstelling

Michiel Cox is vastbesloten om als docent aan zijn mbo-studenten meer dan alleen praktische kunde over te dragen. Hoewel studenten zijn lessen mild spottend een ‘zitvak’ noemen, merkt Cox dat bij sommigen intellectuele nieuwsgierigheid opbloeit, ondanks de lage verwachtingen van de buitenwereld. Lees meer

How can I make this about me? 1

How can I make this about me?

Marthe van Bronkhorst staat stil bij een jaar genocide en pleit ervoor om het meer over onszelf te laten gaan: 'Die dode Palestijnen hadden jouw kinderen kunnen zijn.' Lees meer

De inspraakavond

De inspraakavond

Om een progressief geluid te laten horen gaat Michiel Cox naar een inspraakavond over windmolens. Maar tijdens de bijeenkomst begint hij te twijfelen. Is dit inspraak? Lees meer

Dit kabinet is ziek - het heeft een ontstellend gebrek aan verbeelding

Dit kabinet is ziek: het heeft een ontstellend gebrek aan verbeelding

Marthe van Bronkhorst stelt dat het kabinet likkebaardend zou moeten trappelen om vernieuwende ideeën te presenteren, maar komt van een koude kermis thuis. Lees meer

De man die geen vragen stelt

De man die geen vragen stelt

Aisha's single, hetero vriendinnen worden op dates overspoeld door dominante sales pitches. Stel een vraag, lieve man, stel een vraag! Lees meer

Levensweg

Levensweg

Als Aisha een trouwerij op een Limburgse boerderij bezoekt, mijmert ze ineens over haar eigen bruiloft. Ach, trouwen is niks voor haar. Toch? Lees meer

Marktplaatsgekkies

Marktplaatsgekkies

Marthe van Bronkhorst besluit de relatiemarkt opnieuw te betreden en vraagt zich af: ben ik een koopje, of een langetermijn-investering? Lees meer

:Dit is Europa: een half-ontspoorde trein

Dit is Europa: een half-ontspoorde trein

Marthe van Bronkhorst bekijkt Europa als een treinreis en stemmen voor de Europese Parlementsverkiezingen als het zijn van de conducteur op die rammelende trein. Lees meer

Ik wil het woord tokkie nooit meer horen

Ik wil het woord tokkie nooit meer horen

"Ofwel we noemen mij voortaan een tokkie, en ik zal de titel met trots dragen. Of we stoppen met het gebruik van het woord tokkie en laten het weer alleen een familienaam zijn." In deze gastcolumn geeft Anne Schepers een ijzersterk pleidooi tegen het negatieve gebruik van het woord 'tokkie'. Lees meer

Tot morgen

Tot morgen

Na bijna vier jaar als columnist voor Hard//hoofd is het voor Eva tijd voor iets nieuws, maar afscheid nemen is niet haar ding. 'Dus lieve lezers: voor jullie nu een kus op de wang, en tot morgen!' Lees meer

Word vóór 1 februari trouwe lezer en ontvang Hard//hoofd magazine ‘Ssst’ in maart!

Hard//hoofd verschijnt weer op papier! In ‘Ssst’ verkennen we de (zelf)opgelegde stilte. Fluister je met ons mee? Word vóór 1 februari trouwe lezer voor slechts €2,50 per maand en ontvang in maart 120 pagina’s over de kracht, het geweld en de kwetsbaarheid van stilte op de mat. Veel leesplezier!

Word vóór 1 februari trouwe lezer