Wennen. Verdelen. Wachten. Verbinden. Volhouden. Aanvoelen. Verschillen. Overhalen– Discussieren– nee, meer… verlokken. Wachten. Volhouden. Overtuigen. Volhouden. Wachten. Verbinden.
Het komt meestal terug in flarden.
Wanneer ik mijn hand op een warme, vochtige steen leg en het als bekend voelt. Ooit gaf het me kriebels. Zij waren vochtig, wij in dat geval alleen bezweet.
Ik was blij dat je geen woorden had om mee te zeggen dat jullie uitdroogden door ons, geen zuurstof meer door jullie huid naar binnen konden trekken. Ik voelde het toch. Toen we samen opgesloten zaten (overhalen, volhouden) liet ik mijn vingers over je huid glijden en voelde dat het droger was dan de keer daarvoor. Steeds weer droger dan de keer daarvoor. Dat het te laat was (verdelen, verbinden, volhouden) merkte ik pas toen ik het zweet van mijn lichaam afschraapte en het in jouw in je huid probeerde te wrijven. Je wees me op je uitgedroogde dijen. Je wees me er niet op dat wat ik deed geen nut had (wachten, volhouden).
Voor het eerst voelden we iets waarvoor de woorden misten– dankbaarheid.
Later– frustratie (verdelen, verschillen, discussieren, overtuigen). Jouw vochtige bruingroene huid of mijn rozige, algen of konijn, kwaak of woorden, bladerdek of baksteen. Over goede bedoelingen, over details (wachten).
Later– liefde. Soms, een herinnering van de ander. Na een herinnering vielen we terug op tast, bekend terrein. Spreken leek niet meer nodig te zijn. Ik miste mijn stem. Terwijl ik steevast bleef denken aan mijn menselijkheid (volhouden, volhouden, volhouden) vroeg ik me af of ik hem ooit weer zou gebruiken. Of ik zonder woorden niet al had toegegeven.
Ik wist mijn nieuwe benen niet te gebruiken, mijn nieuwe evenwicht niet te houden, mijn nieuwe lichaam niet wakker te krijgen. Je sleepte me ‘s nachts de kou in. Wees me, eenmaal aangekomen, op mijn uitgedroogde dijen.
Klik op de illustratie om de zoekplaat groter te openen.
Bij bijna alle verhalen en gedichten die je leest op deze plek, wordt er éérst geschreven en dan pas geïllustreerd. Bij de serie Natuurgeweld hebben we het anders aangepakt. Emile Weisz maakte een kijkplaat vol zwamvolkeren, natuurverwondering en overwoekerde levens. In deze serie met de naam Natuurgeweld, graaft het schrijverscollectief Wildgewelf diep naar de verhalen die verstopt zijn in dit woud.

Frederike Luijten (1998) is een schrijver die projectgericht werkt en graag interdisciplinaire samenwerkingen aangaat. In 2020 studeerde ze af aan Creative Writing ArtEZ met kind zonder uitknop, een experimentele en ritmische bundel over ADHD. Ze is werkzaam als programmamaker, binnen de studieleiding van Creative Writing en als oprichter van de literaire Seizoenszine. Daarnaast doet ze onderzoek naar fancultuur en schrijft ze verhalen over huizen en bergen.

Emile Weisz (1997) heeft audiovisuele kunsten gestudeerd aan de Gerrit Rietveld Academie. Hij houdt zich bezig met het vertellen van eigentijdse verhalen in verschillende vormen en media.