Met 346 ‘Titties’ wil online feministisch kunstplatform The TittyMag het NFT-landschap diverser maken. Goede zaak, want slechts 5 procent van de NFT-opbrengsten gaat momenteel naar vrouwen. Toch vraagt Jorne Vriens zich af of het platform die markt niet beter links kan laten liggen. ‘Het opslaan, aanbieden en verkopen van één Titty-NFT stoot evenveel uit als een enkeltje naar Gran Canaria.’
Ruim een jaar geleden maakte de wereld kennis met non fungible tokens (NFT’s). De verbazing was groot toen er 69 miljoen dollar werd neergeteld voor The First 5000 Days, een collage jpeg-afbeeldingen (met veelal kwalijke inhoud) gemaakt door ene Mike Winkelmann, al even onbekend onder de artiestennaam Beeple, die sinds 11 maart 2021 de op drie na bestverkopende, levende kunstenaar is.
Wie was deze figuur en waarmee was hij rijk geworden? In talloze artikelen werd uitgelegd dat door de magie van blockchains een uniek eigendomsbewijs kan worden afgegeven dat het mogelijk maakt om een moeiteloos te kopiëren bestand toch te verkopen.
The TittyMag wil het NFT-aanbod diverser maken
Telkens als ik zo’n uitleg lees twijfel ik of ik NFT’s wel helemaal begrijp. Terwijl ik nota bene een cursus verzorg waarin ik samen met studenten grip probeer te krijgen op de werking en de toepassing van NFT’s. Vooral dat laatste levert mij de meeste vragen op. Want welk probleem lossen NFT’s precies op? Als kunsthistoricus wiens begrip van technologie voornamelijk afkomstig is uit een essay van de filosoof Walter Benjamin uit 1935, ben ik bepaald niet thuis in cryptografie of blockchains. Het lukt me eigenlijk alleen om NFT’s te begrijpen aan de hand van voorbeelden.
Daarom werd mijn interesse gewekt toen het online kunstplatform met feministische inslag The TittyMag (zie kader) op vrijdag 25 maart een eigen collectie NFT’s aanbood, die – tadaa – The Titties heten. De dag voor de lancering sprak ik erover met Imaan van der Zwan, managing director van The TittyMag.
Imaan vertelt dat zij een verschuiving in de creatieve sector ziet door de opkomst van NFT’s, waardoor er meer digitale kunst wordt gekocht. Als intersectioneel feministisch platform wil The TittyMag het aanbod diverser maken. Wie een Titty koopt, wordt automatisch lid van een gemeenschap of liever gezegd, een community. Bovendien, zo vertelt Imaan, kan de maker van een NFT makkelijker worden beloond. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat deze volautomatisch een percentage ontvangt als de NFT in de toekomst wordt doorverkocht.
Het Wereld Natuurfonds staakte de verkoop van NFT's: die bleken veel vervuilender dan gedacht
Zo bezien kunnen de technische mogelijkheden die NFT’s bieden een oplossing zijn voor de heel scheve machtsverhoudingen in de meer gevestigde kunstmarkt. The TittyMag signaleert dat nu instappen noodzakelijk is om de mogelijkheid tot verandering te benutten, voordat de wereld rondom NFT’s is toegeëigend door dezelfde usual suspects die er in haast alle gevallen met de eer en het geld vandoor gaan. Kritiek van de zijlijn leveren is veel minder effectief dan deelnemen en streven naar een verandering ten goede. Maar wie iets met NFT’s doet, maakt grote kans op vuile handen.
Door toegenomen aandacht voor NFT’s is de markt voor digitale kunst het afgelopen jaar enorm sterk gegroeid. De mogelijkheid dat veelal onderbetaalde kunstenaars geld kunnen verdienen met hun digitale werk, is duidelijk een van de mooie kanten van NFT’s. Maar de nadelen die na ruim een jaar aan berichtgeving over NFT’s ook aan het licht zijn gekomen, zijn moeilijk te negeren.
Dat ontdekte ook de Britse tak van het Wereld Natuur Fonds, op pijnlijke wijze. Het had begin dit jaar het plan opgevat met 7900 NFT’s geld op te halen voor bedreigde diersoorten. Het Wereld Natuur Fonds maakte gebruik van het Polygon-netwerk om hun NFT’s te verkopen, een netwerk dat zichzelf ‘the eco-friendly blockchain’ noemt. Afgaand op informatie verstrekt door Polygon dacht het WNF slechts 0,2 gram aan CO2-uitstoot per transactie te veroorzaken. Dat bleek wat te rooskleurige marketingpraat. De Nederlandse onderzoeker Alex de Vries rekende voor dat door elke verkoop zo’n 430 gram koolstofdioxide de atmosfeer in wordt gepompt, vergelijkbaar met de uitstoot van een kilometer of vier rijden met een middenklasser. Na deze kritiek staakte het WNF de verkoop en meldde de organisatie dat ze nog ‘lots to learn’ had.
Eén Titty-NFT stoot evenveel uit als een enkeltje vliegen naar Gran Canaria
Het Polygon-netwerk mag vervuilender zijn dan het zich voordoet, het is relatief schoon te noemen in vergelijking met het Ethereum-netwerk, al is dat volgens dezelfde logica dat autobanden verbranden in de duinen milieuvriendelijker is dan een olieramp voor de kust. De meeste NFT’s worden verhandeld op het Ethereum-netwerk, zo ook de Titties. Het opslaan, aanbieden en verkopen van één NFT op Ethereum levert volgens diverse onderzoekers (minstens) 500kg aan CO2-uitstoot op; evenveel als een enkeltje vliegen naar Gran Canaria.
Imaan zegt zich bewust te zijn van deze problematiek. Ze geeft aan dat het doel van deze NFT’s – vrouwelijke makers voor het voetlicht brengen – voor haar momenteel zwaarder weegt dan de ecologische bezwaren. Imaan verwacht dat er binnenkort een belangrijke verbetering aan het Ethereum-netwerk zal worden aangebracht, waardoor er minder energie slurpende rekenkracht nodig is om een transactie te registreren. In de cryptogemeenschap wordt al lang gespeculeerd over die uitstoot verlagende upgrade. Experts als Alex de Vries geloven tegelijkertijd niet dat het netwerk zal veranderen. Tot die tijd zijn de Titties nog een aanslag op het milieu.
Een van de argumenten om wél mee te doen aan de hype rondom NFT’s is de oneerlijke verdeling van de toch niet geringe hoeveelheid geld die erin omgaat: slechts 5% van de opbrengst van NFT’s gaat naar een vrouw. Het is begrijpelijk dat een feministisch platform zich bezighoudt met het scheppen van ruimte voor vrouwelijke makers, wat ook de afbeeldingen verklaart. Imaan geeft als slagzin: ‘There are not enough tits in the space.’
En nu zijn die er wel, 346 paar om precies te zijn. De borsten zijn samengesteld uit verschillende sjablonen: variaties in vorm, grootte, piercings, littekens en kleur maken unieke combinaties. Deze sjablonen zijn naar verluid gemaakt door twee vrouwelijke kunstenaars, wie dat zijn is echter maar met moeite te vinden op de site waar de NFT’s worden aangeboden, wat me juist van belang lijkt om meer ruimte te scheppen voor vrouwelijke makers.
Vanuit een ecofeministisch standpunt rijst de vraag waarom The TittyMag nou juist NFT’s voor haar missie nodig heeft
Mooi durf ik de afbeeldingen overigens niet te noemen, maar vooruit: muggenziften over de aanblik van de NFT’s zorgt niet voor een beter begrip ervan. Bij de meeste NFT’s is esthetiek immers niet heel belangrijk. Het gaat om andere zaken, zoals status en toegang tot een gemeenschap van medebezitters. Imaan over die gemeenschap: ‘De koper van een NFT ontvangt ook stemrecht, waarmee bijvoorbeeld kan worden bepaald welke kunstenaar in de toekomst zal worden gevraagd om NFT’s te maken.’ Ze vervolgt dat er drie prijscategorieën zijn. De duurste varianten geven toegang tot workshops en trainingen die The TittyMag regelmatig aanbiedt.
De positie van vrouwelijke kunstenaars verbeteren en trainingen verzorgen past overduidelijk bij de intersectionele, feministische missie van The TittyMag. Vanuit een ecofeministisch standpunt rijst echter de vraag waarom daar NFT’s voor nodig zijn. Waarom een achterban proberen over te halen om vervuilende NFT’s te kopen, in plaats van direct te vragen om financiële steun om de goede zaak te dienen? Bovendien gaat een deel van de koopprijs op aan gas fees: transactiekosten die kunnen oplopen tot zo’n honderd euro per aankoop.
Het streven van The TittyMag met The Titties is lovenswaardig. Er zijn al genoeg makers van NFT’s die alleen de ideologie van het snelle geld aanhangen. Met een relevante missie onderscheidt The TittyMag zich dus van heel veel anderen. Toch blijft volgens mij het probleem samen te vatten in één woord: speculatie. Daarmee doel ik niet alleen op de aanschaf van NFT’s door handige jongens - want het zijn bijna alleen maar jongens - in de hoop er later meer voor te kunnen krijgen. Vooral denk ik aan de speculatie dat de onderliggende technologie in de toekomst plotseling milieuvriendelijk zal zijn en de aanname dat mensen slechts willen bijdragen aan de goede zaak als ze daar een jpeg-bestand bij ontvangen. Een jaar nadat we met NFT’s kennismaakten, volstaat het niet meer om op een toekomst te vertrouwen waarin alle bestaande – én bekende – problemen vanzelf zullen verdwijnen. Meedoen kan, maar streef dan ook expliciet naar verandering.