Asset 14

Nooit meer slapen

Hoe kan het dat je bewustzijn je tijdens het slapengaan zomaar ontglipt? Laura raakte geobsedeerd door deze vraag en bezorgde zichzelf een slaapprobleem. Nachtenlang lag ze wakker, net zoals talloze anderen die ook te kampen hebben met insomnie. Een Hard//hoofd-klassieker uit 2013.

In het holst van de nacht word ik wakker omdat mijn bed aan het kantelen is. Ik wil de lamp aanknippen, maar word weggekiept van de schakelaar. Tegelijkertijd hoor ik een tor op de muur lopen. Een tor met tapdance-schoenen aan, kraakhelder. Ik schiet niet in de lach. Nee, ik ga bloedserieus in strijd met de zwaartekracht om de lamp in godsnaam aan te krijgen. Maar als ik na verhitte inspanningen eindelijk wakker word (denk ik), is alle textiel plots uit de kamer verdwenen. Ik draag geen t-shirt meer, er zitten geen slopen meer om de dekens en oh!, er zijn bij nader inzien ook geen dekens meer. Ik zit op de springveren van mijn matras en kijk verbluft naar buiten, rechtstreeks de nacht in (want gordijnen hangen er natuurlijk ook niet meer).

Tien procent van de Nederlanders heeft ernstige slaapproblemen en ik ben daar één van. Er zijn slechte inslapers en slechte doorslapers; plafondstaarders vanwege trauma, stress of door een verstoorde biologische klok. Sommigen hebben rusteloze benen of apneu (een ademonderbreking), anderen een snurkende partner. Maar niets van dat bij mij. Ik heb mijzelf gek gedacht.

Bewustzijns-shuffle

Die nacht met die tor, jaren geleden, ontwaakte ik opeenvolgend nog een keer of vijf. Als een baboesjka werd ik telkens wakker in een nieuwe droom, die zich afspeelde in datzelfde bed, waar ik lag te dromen over mijzelf in dat bed, tot ik uiteindelijk echt wakker werd, gevloerd en gedesoriënteerd, in een wereld waar voor mij iets definitief was veranderd.

Vliegen, tijdreizen, Ryan Gosling, ik noem maar wat.

Ineens overkwam het tegenovergestelde me ook: dat ik een niets-aan-de-hand-droom had en mijzelf bewust werd van het feit dat ik droomde. Maar dan zónder wakker te worden. Ik beleefde mijn meest extatische momenten ooit. Want: alles is mogelijk. Je zintuigen gedragen zich hetzelfde als in het echte leven, maar de wereld werkt en proeft en ruikt en voelt exact zoals je van haar verlangt. Vliegen, tijdreizen, Ryan Gosling, ik noem maar wat. Ik had lucide dromen ontdekt en wilde meer. Een obsessie voor mijn eigen bewustzijn was geboren.

Illustratie: Siard Bijkersma

Wat me vooral tot waanzin dreef was dat dat bewustzijn me tijdens het slapengaan zomaar kon ontglippen, zonder pardon, en zelfs op huis-tuin-en-keukendagen. Hoe werkte dat moment, die shuffle tussen bewust en onbewust? Dolgraag wilde ik dat nader inspecteren. Maar zoals het rammen van de auto die je zelf bestuurt onmogelijk is, zo is bij vol bewustzijn de uitschakeling ervan meemaken dat ook. Die nadere inspectie bleek een kansloze missie met ernstige slapeloosheid als ongewenst resultaat.

Uren lag ik met gebalde vuisten op die vervloekte slaap te wachten.

Steeds als het moment van in slaap vallen (het onbewust worden) naderde werd ik zo ontzettend opgewonden, dat ik direct weer klaarwakker was. Dit herhaalde zich een onmogelijk aantal nachten, tot ik bekaf besloot het op te geven en de slaap weer zou overlaten aan de chemische processen in mijn lijf. Maar inmiddels had ik me er zo lang op gefocust, dat het onmogelijk was er níet meer aan te denken. Uren lag ik met gebalde vuisten op die vervloekte slaap te wachten, weken achtereen sliep ik soms pas tegen vijf uur in.

“Relaxed toch,” zeiden vrienden destijds. “Al die extra tijd! Nu kun je een tweede leven leiden!”

Het is een breed gedeelde gedachte die berust op een groot misverstand: dat je in die eenzame uren ‘s nachts werkelijk met iets anders bezig kunt zijn dan met slapen. Als ik voor de zoveelste keer in de vensterbank naar boomsilhouetten zat te staren en bedacht dat ik misschien iets nuttigs moest gaan doen, was er in mijn hoofd toch maar ruimte voor één ding. Een gekmakend mantra. Slaap. Slaaaaaap. Slaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaap.

Eikeltjeskoffies en relaxatie-mp3's

Omdat de gevolgen van slapeloosheid mij zijdelings bekend waren (bijvoorbeeld dat ratten na twee aaneengesloten weken zonder slaap het loodje leggen), werd ik bang dat ik nooit meer zou kunnen slapen en langzaam maar zeker een ellendige dood zou sterven. Waardoor ik alleen nóg maar slechter sliep, van angst.

‘Kom liggen!’ fluisterde de berm mij zoetjes toe.

Mijn niet-slapen-episoden uitten zich allereerst in een verlept gezicht, een apocalyptisch slecht humeur en prestaties om van te huilen. Na meerdere weken kreeg ik daarbij last van stemmingswisselingen en niet aflatende roodgloeiende wangen van een soort koortsachtige vermoeidheid. Ook merkte ik dat ik mijzelf tijdens het autorijden afwisselend één oog dicht gunde – hoofd tegen het zijraampje. Op kantoor deed ik hazenslaapjes op toiletten, achter computerschermen en tegen systeemwandjes (ook al kan staand tegen een muur slapen niet, omdat je spieren zich bij bij het in slaap vallen ontspannen en je in elkaar zakt; toch leek het steeds, zo lang het duurde, even te helpen). Alles werd een aantrekkelijk bed. Als ik moest werken in de buitenlucht, lonkte elk enigszins vlak oppervlak.

‘Kom liggen!’ fluisterde de berm mij zoetjes toe.
‘Hier, leg je trui onder je hoofd en nestel je hier!’ lispelden de rijplaten achter de graafmachines.

Of bosgrond! Dat was helemaal niet te weerstaan. Mijn benen knikten en alles in mijn lichaam neigde naar beneden, als een paard of een katje nadat het een plek heeft gevonden om lekker te gaan te liggen.

Volledig en normaal functioneren, daarvan is geen sprake meer.

De aangetoonde gevolgen van slapeloosheid zijn divers. Op korte termijn raakt het serotoninesysteem ontregeld, en dat merk je inderdaad aan je humeur. Bij langere perioden van slecht slapen krimpt de hippocampus, het zeepaardvormige hersengebied in de slaapkwabben dat verantwoordelijk is voor een goed gehoor, het verbale geheugen, taalfuncties en visuele herkenning. Tot slot is ernstig slaaptekort een hevige aanslag op je inschattingsvermogen (alles wordt plots een pratend bed, bijvoorbeeld). Volledig en normaal functioneren, daarvan is op een gegeven moment geen sprake meer.

In de beginperiode hoopte ik nog dat het aan mijn biologische klok lag, want die is relatief eenvoudig weer op het goede pad te brengen. Bijvoorbeeld door, zodra je opstaat, naar ochtendlicht (blauw!) te kijken. Omgekeerd is dit voor het slapengaan dus uit den boze – schermen van smartphones, computers en televisies hebben allemaal de kleur van de ochtend en zolang de lichtgevoelige cellen in je ogen dit blauw opvangen, blijft de productie van melatonine (het hormoon dat ervoor zorgt dat je slaperig wordt) laag en het brein alert.

Maar mijn biologische klok was het niet. Vergeefs probeerde ik shots melatonine. Valeriaan, slaapthee, gandharva veda-muziek, meditatie-oefeningen, wiet, whiskey, melk met saffraan, hardlopen, hete baden, suikervrij eten, relaxatie-mp3's en eikeltjeskoffie. Ik las boeken over slapen, ontspannen, mindfullness, de kracht van het nu, ín het leven staan, de maalstroom ervan. Tot ik er spuugziek van werd. Bijna alles had ik inmiddels geprobeerd, behalve pillen en professionele hulp. Tegen beide voelde ik lichte afkeer.

Een dik bewustzijn

Toch belandde ik uiteindelijk – via de formicastoel van een psychotherapeut en de sofa van een psychiater – bij het Centrum voor Slaapgeneeskunde in Brabant. Dit instituut (Kempenhaeghe) heeft een jaarlijkse aanwas van 1500 nieuwe patienten waarbij uitvoerig bekeken wordt wat ze uit hun slaap houdt. Bij ongeveer de helft van deze groep is sprake van zogenaamde psychofysiologische insomnie – een samenspel van aanleg, uitlokkende factoren en verstrikt zijn geraakt in de vicieuze cirkel van slecht slapen.

Zijdelings bestudeer ik hun wallen, een tic die ik als bonus bij mijn insomnie geleverd kreeg.

In de wachtruimte van het instituut zit een jongetje met een lichtblauw Cool Cat-shirt en een veel te grote gouden ketting. Een man op bruinleren instappers komt met een papieren zakje door de draaideur naar binnen maar wordt direct weer teruggefloten door zijn vrouw. Buiten gaat het zakje open en eten ze een kroketje voordat ze weer door de draaideur naar binnen schuifelen. Twee fauteuils naast mij zit een jonge vrouw een Vrij Nederland te lezen. Beleven al deze mensen dezelfde helse nachten als ik? Een gevoel van medelijden schiet door me heen. Zijdelings bestudeer ik hun wallen, een tic die ik als bonus bij mijn insomnie geleverd kreeg: zijn ze erger dan die van mij? Het ontdekken van een lotgenoot die er nog slechter aan toe is geeft verlichting (ook al is dat meestal een moeder van een pasgeboren drieling, of een vrachtwagenchauffeur na zijn nachtrit, voorovergebogen over de stamtafel met een baal shag). Zijn de kringen onder hun ogen blauwer, of zelfs zwarter dan die van mij? Meer hangzakkerig? Ben ik onder de indruk, dan haal ik opgelucht adem. Ook zij leven dus nog.

Het eerste wat de arts bij mijn consult doet, is het meten van mijn halsomtrek. Is je nek te dik, dan kunnen de plooien ervan tijdens je slaap namelijk inzakken en je zo de adem ontnemen. Mijn nek blijkt prima. Ook mijn tong moet langs de lat, want bij een brede tongaanzet kan deze 's nachts je keel in glijden, met verstikking tot gevolg. De tong is in orde. Ik tik tegen mijn hoofd.

“Mijn zelfbewustzijn, dokter, dat is volgens mij wat dik aangezet.”

Dat veel te dikke zelfbewustzijn past in de desastreuze vicieuze cirkel van psychofysiologische insomnie. Toen mijn problemen het grootst waren, kon ik ‘s nachts slechts panisch denken aan de volgende dag en wat er allemaal mis zou gaan als ik niet diréct in slaap zou vallen. Want ik had nog maar drieënhalf uur. Nee drie. Anderhalf... En overdag voelde ik mijn hart alweer hoog in mijn keel bonzen wanneer ik aan de volgende nacht dacht. Radeloos zou ik me daar ook weer doorheen moeten worstelen en weer zou de dag daarna verschrikkelijk zijn. Het enige wat me bezighield was slaap. Ik wilde van iedereen die ik ontmoette weten hoe laat ze naar bed gingen. Wanneer ze opstonden. Of ze dan altijd direct in slaap vielen. Snel maakte ik dan een vergelijkend rekensommetje. Dat altijd nadelig uitpakte voor, nouja, je raadt het al.

Voor mensen die in zo’n vernietigende cirkel zijn beland, is cognitieve gedragstherapie in 80 procent van de gevallen effectief. Het doel van deze therapie is niet slechts beter te leren slapen, maar vooral om het (niet) slapen niet langer je dagen te laten bepalen. Met als resultaat een verhoogde kwaliteit van leven. Het merendeel van de patiënten krijgt dit in zes sessies voor elkaar.

Niet zomaar gepiept

Ik startte overijverig met het huiswerk: naast het bijhouden van een slaapdagboek betekende dat slaaprestrictie. De tijd die ik in bed doorbracht moest worden verkort tot maximaal zes uur per nacht. Inclusief wakker liggen. Op die manier wordt de zogenaamde slaapdrang steeds groter en omdat je lichaam de slaap die het echt nodig heeft toch wel bijeen sprokkelt, zal inslapen (is de gedachte) op een gegeven moment onvermijdelijk zijn. Nog afmattender dan gewoon een beetje insomnie.

Andere oefening: stimuluscontrole, bedoeld om je bed weer te leren associëren met wél slapen. Alleen naar bed bij echte slaperigheid (wegdraaiende ogen, gapen – niet te verwarren met gewoon vermoeid) en daar niets anders doen dan slapen. Lig je meer dan een minuut of twintig wakker, dan moet je eruit. Desnoods vijf keer per nacht. Iets anders gaan doen.

Mijzelf wakker kunnen denken is nog steeds een teaser voor mijn sadistische geest.

Mijn dagen niet langer door slaap laten bepalen is keihard werken. Braaf vul ik nog elke dag mijn slaapdagboek in, waar de nachten – die keurig ingekleurd zouden moeten zijn – vaak aan flarden zijn geschoten met confronterende arceringen. Het idee dat ik mijzelf altijd wakker kan blijven denken is nog steeds een teaser voor mijn sadistische geest (die oneindig veel sterker is dan mijn lichaam).

Maargoed. Gelukkig heeft mijn arts me verzekerd dat doodgaan aan slaapgebrek nog niet zomaar is gepiept. Die angst kan ik dus van mijn lijstje schrappen. En als ik weer eens diep in de nacht tandenknarsend in de vensterbank zit en aan haar woorden twijfel, is er altijd nog Randy Gardner, de officiële wereldrecordhouder niet-slapen die in 1964 als 18-jarige student 264 uur aangesloten wakker bleef (elf dagen en nachten). Na die elf dagen kreeg hij concentratieproblemen. En dagdromen. En sprak hij met dubbele tong. Dat doe ik gelukkig voor minder dan anderhalve week geen slaap.

Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd op Hard//hoofd op 5 juli 2013.

Mail

Laura van der Haar is archeoloog en schrijver.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
:The chosen family: Beelden van queer vruchtbaarheid

The chosen family: Beelden van queer vruchtbaarheid

Marit Pilage onderzoekt beelden van queer vruchtbaarheid in de kunst om zo de definitie van vruchtbaarheid, zwangerschap en ouderschap te herdefiniëren. Lees meer

Een woud vol dichtgetimmerde hokjes

Een woud vol dichtgetimmerde hokjes

Zazie Duinker baant zich een weg door het oerwoud van de (hergedefinieerde) woorden. Lees meer

In de afwezigheid van 1

In de afwezigheid van

Marit Pilage onderzoekt de rol en betekenis van kunst bij zwangerschap en vruchtbaarheid, maar vooral ook bij het uitblijven daarvan. Lees meer

Liever een monster

Liever een monster

Het is moeilijk te accepteren dat mensen kunnen doden, maar waarom maken we van moordenaars karikaturen? Een voorpublicatie uit Lotje Steins Bisschop en Roselien Herderschee Dodelijke gekte. Lees meer

Hoe in Duitsland het Zionistische establishment wint

Hoe in Duitsland elke vorm van empathie met inwoners van Palestina wordt verboden

De situatie in Duitsland is de laatste dagen geëscaleerd. Het politieapparaat en de politiek gebruiken harde repressiemiddelen om vooral Duitse mensen van kleur of met een migratieachtergrond de kop in te drukken. Zij verliezen op dit moment hun vrijheid van meningsuiting. Lees meer

Een villa voor het onbekende

Een villa voor het onbekende

Floris Tesink bezocht het FOMU, waar Grace Ndiritu door associatieve combinatie een expositie invulde. "Dit conflict tussen de fotografie en de ruimte brengt je op een plek die niet te begrijpen is, maar toch verslavend voelt voor degene die zich hieraan overgeeft." Lees meer

Wat dondert het of fossiele subsidies ‘echt subsidies zijn’?

Wat dondert het of fossiele subsidies ‘echte subsidies’ zijn?

‘De grootste catastrofe in de geschiedenis van de mensheid is niet het moment voor afleidingsmanoeuvres.’ Lees meer

:De aankondiging: De kunst van vertrekken (deel 1)

De kunst van vertrekken: de aankondiging

Voor kunstenaars is het essentieel om zichtbaar te zijn voor publiek. Maar wat gebeurt er als een kunstenaar zich terugtrekt of zelfs helemaal stopt met het maken van kunst? In deel 1 van de serie ‘De kunst van het vertrekken’ kijkt Lara den Hartog Jager naar de kunst waarmee sommige kunstenaars afscheid nemen uit de kunstwereld. Lees meer

Een gestolde eeuwigheid

Futiliteit op een gestolde eeuwigheid

De bergen laten Nick Sens al even niet meer met rust. Waar komt de drang vandaan ze, ondanks de mogelijke gevaren, te willen beklimmen? Lees meer

:Koloniale pijn: Papoeavlag niet gewenst tijdens defilé Veteranendag 1

Koloniale pijn: Papoeavlag niet gewenst tijdens defilé Veteranendag

24 juni was het Veteranendag, acht jaar geleden was het de oud-militairen voor het eerst verboden tijdens het veteranendefilé te lopen met de Morgenster, de vlag van de Papoea’s. Waarom gebeurde dat? Lees meer

 1

Alleen het gehele verhaal kan voor heling zorgen

Bijna 80 jaar na dato erkent de Nederlandse staat 17 augustus 1945 pas als officiële Indonesische onafhankelijkheidsdatum. Benjamin Caton vraagt zich af waarom sommige partijen deze ontwikkelingen tegenwerken en waar hun denkfouten zitten. 'Het is niet nodig is om de ene pijn te ontkennen om erkenning te krijgen voor de andere.' Lees meer

:De roman als tapijt van verweven geschiedenissen: hoe een collectieve schrijversblik houvast biedt 1

De roman als tapijt van verweven geschiedenissen: hoe een collectieve schrijversblik houvast biedt

Wat willen we vertellen, wat hebben we te vertellen en hoe willen we dat vertellen? Amber Netten, Marleen Doré en Zuma Knegjes vinden houvast in collectiviteit. Lees meer

Zelfs een kapotte klok wijst tweemaal per dag de juiste tijd aan

Zelfs een kapotte klok wijst tweemaal per dag de juiste tijd aan

Als klein meisje had Roosje van der Kamp een ritueel waarmee ze hoopte haar ouders te kunnen beschermen tegen de dood. Kan magisch denken in plaats van een poging tot controle, ook een vorm van loslaten zijn? Kan het ook een daad van liefde zijn? Lees meer

De on//smakelijke week: Wondermeisjes (of: de aantrekkingskracht van anorexia) 4

De on//smakelijke week: Wondermeisjes (of: de aantrekkingskracht van anorexia)

Toen in juni 2014 een week in het teken van eten stond was Emy Koopman not amused. Ze schreef een nog altijd actueel essay over de vraag of een eetstoornis een modeverschijnsel is. Eten door de ogen van een ex-magerzuchtige. Lees meer

Zeikwijf

De on//smakelijke week: Pisnijd

Van hoge prijzen tot pottenkijkers: een bezoek aan een openbaar toilet is voor vrouwen vaak niet vanzelfsprekend. Sofie Hees verdiept zich in de ins en outs van dit decennia-oude probleem. Lees meer

Ik heb schijt

Ik heb schijt

Maatschappelijke ongelijkheid begint in de buurt waarin je opgroeit laat Milio van de Kamp zien in zijn debuut ‘Misschien moet je iets lager mikken’, dat op 16 mei verschijnt. Een voorpublicatie. Lees meer

Toxic Friendships

Toxic Friendships

Het verbreken van toxic friendships geldt op TikTok als een vorm van self-care, maar is dat wel zo? Rijk Kistemaker buigt zich erover. Lees meer

Factdroppen

Factdroppen

Is het herhalen van feiten een manier om grip te krijgen op een wereld die steeds onzekerder is? Max Beijneveld gaat op zoek naar een alternatief voor ongebreideld factdroppen. Lees meer

Een <em>mountain home</em> in een wereld waar de tijd verdwijnt

Een mountain home in een wereld waar de tijd verdwijnt

Na het luisteren van de podcast Dolly Parton’s America besluit Anna van der Kruis haar eigen fascinatie voor Dolly Parton te onderzoeken. Waarom slikt ze alles wat Dolly haar verkoopt? Hoe kan het dat Dolly zoveel verschillende mensen samenbrengt? Tijdens de zoektocht komt ze erachter dat haar verhouding tot Dolly Parton persoonlijker is dan ze... Lees meer

Porseleinen beeldje van Vrouwe Justitia: vrouw met een roze gedrapeerde jurk en een witte blinddoek rond haar ogen

Academische vrijheid m’n reet

Promovenda Harriët Bergman voelt niet de vrijheid om zich écht kritisch uit te laten over machthebbers. De oorverdovende stilte op rechts na het ontslag van universitair hoofddocent Susanne Täuber bewijst voor haar eens te meer: veel hoeders van het vrije woord geven alleen om de status quo. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier! 

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer