In Parijs rookt iedereen. Ondanks het rookverbod dat ook hier zijn intrede gedaan heeft en het opmerkelijke gebrek aan sigarettenautomaten, staat iedereen continu te paffen. Het staat ze ook goed, de Parijzenaars; de pseudo-intellectuelen met baguettes onder hun arm; de culturele snobs met baretten op hun hoofd; de mode-magnaten met zwierende draperieën om hun tengere lijfjes. Tussen de ietwat getuite lipjes die de Franse uitspraak vergt, past nou eenmaal precies een sigaret. Op het moment van schrijven bevind ik me op een typisch Parijs terras. Wederom wordt er aan elk tafeltje gerookt. En het assen? Dat doet men op de grond. De straten zijn één grote aaneengeschakelde asbak. Wat maakt nou, behalve de eventuele imago-druk en populariteitswensen, dat mensen roken? Wat is nicotine precies, dat het zovelen in haar greep heeft en doet verstikken?
Jean Nicot
De Fransen stonden ooit aan de bakermat van de sigaret, misschien dat daar hun voorliefde vandaan komt. De tabaksplant Nicotiana tabacum werd in 1560 vanuit Brazilië naar Parijs gebracht door de Franse ambassadeur Jean Nicot. Hij offreerde de tabakszaadjes aan de Franse koning omdat ze medicinale werkingen zouden hebben en onder andere zouden helpen tegen migraine en de de pest. Al snel raakte het goedje in de mode aan het hof en de hogere Franse klassen. Inmiddels rookt ongeveer 18% van de wereldbevolking. Per jaar worden er vijf triljoen (5.000.000.000.000) sigaretten verkocht, wat neerkomt op een gemiddelde van 5000 peuken per roker. Een flink uit te klauwen gelopen hobby dus. En waarom doet men dit ook alweer?
Omdat nicotine rustgevend werkt. Het ontspant de spieren, vermindert stress, angst en pijn en vergroot tegelijkertijd je alertheid. Naast dat je er onmiddellijk uitziet als James Dean, is een peuk de ultieme ontspanningsmethode die precies in de korte pauze op je drukke werkdag past. Daarnaast zorgt nicotine echter voor een versnelde hartslag, een verhoogde bloeddruk en transpiratie. Dus als je rookt omdat je wat minder zenuwachtig voor de dag wil komen op je eerste date kom je van een koude kermis thuis. Je geeft een weliswaar kalm, maar bezweet plakhandje bij ontmoeting. Not so cool, James.
Nicotine is een olieachtige vloeistof die grotendeels verdampt bij het roken van een sigaret. Van de negen tot zeventien milligram die er in een sigaret zit, blijft er slechts tien procent over om je lichaam en geest mee te benevelen. Wanneer je rookt – en wel inhaleert natuurlijk hè, sukkel – wordt de nicotine via je longen snel in de bloedsomloop opgenomen en bereikt het de hersenen in krap tien seconden. Elk hijsje is dus een instant boost voor je centrale zenuwstelsel. De nicotine in sigaren- of pijpsrook wordt daarentegen veel makkelijker via de mond en neus geabsorbeerd, en hoeft daarom ook niet geïnhaleerd te worden. Overigens komt er nog veel meer nicotine vrij in het lichaam wanneer je de tabak kauwt of tussen je lip en tandvlees houdt. Een voorbeeld hiervan is snus: zeer populair in Zweden, waar vooral de mannen massaal zijn overgestapt van sigaret-lurken op snus-sabbelen om in hun nicotinebevrediging te voorzien. Het duurt vervolgens ongeveer twee uur voordat de helft van de geïnhaleerde nicotine je lichaam weer verlaten heeft. Dit afbraakproces in de lever wordt vertraagd door menthol. Mensen die de Deanstijl niet aankunnen en fanatiek mentholsigaretten roken in een tevergeefse poging toch nog stoer te zijn, komen er dus niet gezonder van af.
Geluksbezorger
Eenmaal ingeademd hecht nicotine zich aan cholinerge receptoren, die onder andere het samentrekken van spieren veroorzaken. Ze bevinden zich overal in je lichaam en hersens, en prikkeling ervan kan dan ook heel uiteenlopende veranderingen teweegbrengen. De stimulatie van gevoelssensoren in je maag maken je misselijk, de zure appel waar je als beginneling doorheen moet bijten. De stimulatie in je darmpartij zorgt voor een acute behoefte het toilet op te zoeken – handig ter preventie van obstipatie als je op reis bent in verre landen. Stimulatie van de bijnieren zorgt voor een toename van adrenaline, wat naast de verhoging van hartslag en bloeddruk ook de alertheid verscherpt. Daarnaast zijn er aanwijzingen dat leren (onder stress) wordt gefaciliteerd door nicotine, en dat de concentratie wordt aangescherpt. Afhankelijk van de dosis kan nicotine dus oppeppend of juist kalmerend werken.
Naast deze lichamelijke effecten werkt nicotine ook nog in op je psyche. Het zorgt namelijk voor een verhoogde afgifte van dopamine, de neurotransmitter die betrokken is bij beloning en plezier. Dit zorgt ervoor dat roken zo verslavend is; je ademt namelijk letterlijk een geluksbezorger in. Als het mentaal gezien al niet helemaal lekker gaat, kan nicotine de gemoederen helpen bedaren. Het onderdrukt namelijk hallucinaties en wanen bij schizofrenie. Vandaar ook dat veel schizofrene patiënten (±75% !) sigaretten roken bij wijze van zelfmedicatie. Bij het stoppen met roken krijgen forse rokers te maken met een behoorlijke cold turkey: hun hersens worden ineens ontdaan van de artificiële zaligmakers, en moeten dit gebrek aan dopamine op eigen kracht weer zien te compenseren. De puur fysieke ontwenningsverschijnselen houden 2-3 weken aan, maar de psychologische drang naar nicotine kan nog veel langer duren. Het lijkt overigens voor donkere mensen nog lastiger te zijn om het roken op te geven, omdat nicotine een hoge affiniteit heeft voor weefsel met veel melanine (pigment).
Kankerstokjes
Het klinkt dus, op de initiële vieze smaak na, heel aantrekkelijk om te roken. Je wordt lekker relaxed: kalm maar scherp, vrolijk maar wel alert. Wat was er ook eigenlijk alweer mis mee? O ja, kanker. Nicotine is op zich niet bijster gevaarlijk, maar de populairste wijze van inname is dat wel. Het mag geen geheim meer heten dat roken waanzinnig slecht is voor de gezondheid. Naar schatting zal roken in 2030 ongeveer 17% van alle sterfgevallen wereldwijd veroorzaken. Rokers sterven gemiddeld jonger en lopen een extreem verhoogd risico op legio ziektes: long-, blaas-, slokdarmkanker, hart- en vaatziekten, chronische bronchitis, om er maar een paar te noemen. Kinderen van rokende moeders zijn kleiner dan gemiddeld, hebben 50% meer kans op overgewicht en vaker fysieke en mentale problemen. Bij vrouwen zorgt nicotine ook nog voor een verminderde productie van oestrogenen. Dit kan resulteren in een verminderde vruchtbaarheid, vervroegde menopauze, broze gewrichten en een ultralage stem. Daarbovenop komt nog eens de karakteristieke grijze, bleke gerimpelde huid die nicotine veroorzaakt door de elastinevezels in je huid en vitamine A af te breken. Dus door roken ga je niet alleen jonger dood, je wordt ook sneller oud.
Het enige positieve aspect aan roken (naast dat het misschien stressverminderend werkt, maar goed, dat doet een rondje rennen ook) is het verlaagde risico op Alzheimer en Parkinson dat ermee verbonden lijkt te zijn. Dus als je je hele leven hebt getracht net zo stoer te zijn als James, wacht jou misschien net zo een helder maar tragisch vroeg einde. Volledig bij je bewustzijn, vervuld van nog enorm levendige herinneringen aan hoe ontzettend tof je wel niet was met die sigaret in je mond, zal de kanker je langzaam maar zeker uit elkaar scheuren en veel te vroeg de dood in jagen. Pas très cool.