Asset 14

Lieve Mr. Dickhead

Lieve Mr. Dickhead

Op 7 januari schreef N. een liefdevolle goedmaakbrief en wilde deze persoonlijk overhandigen aan M. Zeven dagen eerder, op nieuwjaarsdag, mondde een akkefietje uit in de dramatische afloop van hun kortstondige doch intensieve liefdesrelatie. Het bleef niet bij een enkele ochtendbrief.

7 januari, rond het middaguur

Lieve M.,

Dit is inmiddels de tweede brief die ik vandaag aan je schrijf. Misschien was het naïef van me om je een brief te schrijven vanochtend, omdat het erop leek dat het plots lente werd en iedereen weer hoop koesterde in de liefde. Het toppunt van naïviteit is misschien wel dat ik je belde toen de brief klaar was en, toen je niet opnam, ik je een berichtje stuurde dat ik zojuist een liefdevolle brief had geschreven. En dat ik je die graag vandaag persoonlijk zou willen overhandigen. (Waarna jij hem dan zou lezen in mijn bijzijn en me vervolgens zou aankijken en alles weer goed was.)

Je nam niet alleen niet op, maar stuurde ook nooit iets terug. Nu ligt die brief ongelezen op mijn nachtkastje. (Notitie voor later: wat gebeurt er met brieven die nooit gelezen worden? Bestaat daar al iets voor? Een brieven-uitvaartcentrum?) Nu ik erover nadenk, had ik deze tweede brief misschien beter zo kunnen beginnen:

In mijn buik sluimerde altijd een wezen dat wijzer was, donkerder, woelender, dat wel beter wist

Lieve lul,

Het kwetst me dat je me het moment van een glorieus ingebeelde briefoverdracht ontneemt. Maar om eerlijk te zijn, welk deel van mij had eigenlijk het vertrouwen dat je überhaupt zou reageren? Ik maak me schuldig aan een overschatting, wat ik vanaf het begin al deed. Die veel te lange stiltes bijvoorbeeld, die je laat vallen uit onkunde, uit onwetendheid? Is dat je stille tactiek om vrouwen naar je toe te lokken? Je geheime geur? Ik kan er helaas maar één ding op zeggen: het heeft gewerkt, liefje. Ik, vanuit mijn onvermijdelijke verlangen verliefd te worden op een tijger, interpreteerde ze als hijgend geile eigenschappen van de man die mijn hart zou veroveren (theme song: Beth Harth, Caught out in the Rain). Ik transformeerde ze, die eigenschappen, en het werden geen stiltes maar gevoeligheden, geen onwetendheid maar rust, geen grensoverschrijdende reacties maar een eufemistisch werk aan de winkel. In mijn buik sluimerde altijd een wezen dat wijzer was, donkerder, woelender, dat wel beter wist. Ze gaf me raad maar ik duwde haar terug het hol in.

‘Er is geen hoop meer,’ zei je tegen me. ‘We zijn gedisconnect vannacht’

Een week geleden heb ik je schreeuwend de deur uit geblazen met gitaar en al. Ik vluchtte vervolgens de regen in, omwikkeld door mijn gigantische zwarte jas waar we prima met zijn tweeën in hadden kunnen verdwijnen, wat ik misschien ook had gewild: samen met jou in die zwarte winterjas verstrengeld verdwijnen naar daar waar het veilig is en de regen alleen op onze haren valt en we elkaar omarmen en we lachen om de wereld die buiten is en ik een liedje voor je zing omdat – opgelucht liep ik in die veel te grote jas over de natte grachten.

Ik dacht aan hoe jij zo ostentatief voor me zat die nieuwjaarsochtend met gekruiste armen (met nota bene je dichtgeknoopte winterjas aan). ‘Er is geen hoop meer,’ zei je tegen me. ‘We zijn gedisconnect vannacht.’ Als er één ding is waar ik me over opwond, was dat wel je schaamteloze vermenging van Nederlands en Engels in ongeveer elke zin. Alsof je wisdom zou growen door het uitspreken van woorden in een andere language. De haren in mijn nek gingen er recht van overeind staan. Toen ik buiten in de regen liep dacht ik daar ook al over na, dat ik nu gelukkig nooit meer naar die godslasterende talenvermenging meer hoefde te luisteren. (Of nou ja, met uitzondering van mijn eigen Ausglijdertjes naar het Duits.) Het werd een regendansje. Er krulde zich een glimlach over mijn natte gezicht.

Ik wil niet in de lethargische stroming vallen die me zuigend naar de diepste grotten van alle single ladies (ja, pun intended) trekt. Maar ik verslind ze met haar en huid, de mannen. Het is steeds hetzelfde riedeltje. Er is een uitermáte bijzondere aantrekkingskracht en dit keer weet ik het echt zeker. Dit keer is het hem, de gevoeligste en de mooiste van allemaal. Als een leeuwin verorber ik mijn buit, vertel verhalen over kleine binnenwereldjes, slaap met ze in het holst van de nacht, het liefst ook in de ochtend als ik mijn ogen nog dicht heb en ik ze niet kan zien, kook voor ze, vertroetel ze, lees ze. Ik lik mijn vingers af elke keer als ze klaarkomen, ‘van mij’ denk ik, hij valt op me. En ik, ik val mee, want dan kan ik mezelf eindelijk zien als de wereldleider die ik ben, terwijl mijn huid verzacht in hun bijzijn. Meestal zijn ze trouwens ook nog muzikant, stevig gebouwd en het liefst met lang, bruin haar. Bij de hoeveelste herhaling word je een cliché van jezelf? (Notitie: lijstjes compleet maken van de volgende categorieën: jazzgitaristen, filmmakers met krulletjes en down-tempo-dj’s.)

Ik lik mijn vingers af elke keer als ze klaarkomen, ‘van mij’ denk ik, hij valt op me

Terug naar jou. Ik haal mijn telefoon uit vliegtuigmodus en verwacht inmiddels niets meer. Geen berichtje. Geen gemiste oproep. Geen antwoord. Het laatste wat ik tegen je zei voordat ik je vorige week schreeuwend achterliet in mijn kamer en als een bonkende vlegel het trappenhuis in stormde, was watje. Ik weet niet waar dat vandaan kwam en als feminist schrok ik toch een beetje van die opmerking die zomaar mijn brein binnen floepte. (Ik moet denken aan een tamponreclame waarin een hese vrouwenstem, terwijl een tampon tussen haar vingers uit elkaar valt in een pluizerig geheel, tegen de camera zegt: ‘vrouwen houden niet van watjes’.) Maar enfin, het voelde goed. Want in mijn nachtelijke analyses ben ik erachter gekomen dat je inderdaad bang was - je werd nog liever een baksteen dan dat je de controle losliet. Een baksteen die trouwens standhield door generieke, semi-spirituele zinnen uit te sputteren om de situatie te boven te komen om vooral geen blijk te geven van verzachting. Want o wee o wee, de Man die Wankelt. (Lees: patriarchaat in de praktijk.) Ik had het alleen weer veel te laat door.

Het deed me ook goed gisteren aan een tampongebruikende medespinster te vertellen dat ik me al sinds onze eerste ontmoeting over kleinigheden opwond, zoals het feit dat je altijd over dames sprak in plaats van vrouwen. (In welke eeuw leef jij, gappie?) Ik heb er nooit iets van gezegd omdat ik, alweer, de grandioze fout maakte je ‘andersheid’ te omarmen als een neonroze suikerspin. Dat daarachter een web van onfeministische rukkermentaliteit schuilging, ja, voor de volgende keer, ik ga het onthouden. Beloofd.

N.

*

7 januari, 23:45

Lieve lul,

Ik ben toch nog niet klaar. Nadat ik mijn vorige brief in een envelop had gestopt, moest ik denken aan I Love Dick van Chris Kraus. Het was echt niet de bedoeling om zo direct haar genitaliteit (genialiteit?) over te nemen. Wat een boek, wat een gelaagdheid. Jammer dat ik het een week geleden in de trein ben vergeten maar het heeft een goed stuk opgeleverd. Net zoals ik hoop dat jouw lul(-zijn) uiteindelijk ook een goede solipsistische briefwisseling oplevert, ten minste dat. (Oké, laat ik eerlijk zijn, die lul van je was wel gewoon goed.)

Ik heb het gedaan! (Maar toch even kijken hoe ik me er morgen over voel.)

Enfin, ik deed vannacht de eerste brief in de brievenbus van je vriendin, aangezien jij geen eigen huis hebt. Achteraf denk ik dat ik die brief daar theatraal in de regen had moeten voorlezen aan jou, of anders misschien aan een willekeurige voorbijganger. Ik heb voor het gemak maar even onze voorletters verwisseld. Dit was ongeveer de trant van de brief;

Lieve N*,

Sorry. Het spijt me. Niet alleen hét, nee, álles spijt me, en ik weet dat ik het goed wil maken. Je hebt helemaal niets fout gedaan, en als je dat toch denkt, vergeet het, ook dat is zo mooi aan je. Ik weet dat het zo cliché klinkt, maar zullen we vrienden zijn? En dan alsnog af en toe met elkaar het bed in duiken? Alleen als jij daar zin in hebt, natuurlijk. Bel me, liefste, ik neem altijd op.

Liefs, M*.

Natuurlijk was dat helemaal niet wat ik schreef maar het is wel weer interessant dat dat is wat ik nu schrijf.

Ik denk dat ik het nog een keertje duidelijk moet opschrijven, omdat dit geen kleinigheid is: ik heb vanavond de envelop in jullie gezamenlijke gleuf gestopt. Ook wel bekend als de brievenbus van je nieuwe vriendin. Natuurlijk mocht dat niet, dus het voelde een beetje als jatten bij de appie. Een soort opwinding door mijn lijf. Druipend van die geilheid en de regen liep ik de Javastraat in. Ik heb het gedaan! (Maar toch even kijken hoe ik me er morgen over voel.)

Welterusten,
N.

*

12 januari, 5 dagen later

Lieve Mr. Dickhead,
ook wel figurant uit vorig leven,

Vrij dramatisch dat je nu al tot dit geworden bent, aangezien we elkaar nog geen twee weken geleden voor het laatst zagen. Ik zal je blijven schrijven, al is het om mijn eigen tunnels van rouw achteraf aan elkaar te kunnen knopen. Je hebt nog steeds niet gereageerd, noch telefonisch, noch op de brief (die écht liefdevol was). Jij ligt daar op haar bank, tussen haar kaarsjes, lekker veilig, terug bij je basis, want o ja, die had je gewoon (de hele tijd, zonder mij te vertellen). Niet slechts een flirt van een avond maar gewoon een voltijd vriendin, samenwonen incluis. Ik daarentegen zit weer aan mijn kruik gekluisterd, gedompeld in een laagje van alleen maar ik.

Shit.

Volgens mij heb ik de fase van ziedende woede achter de rug. Wat denk jij? Ik wil niet uitsluiten dat die terugkomt, ik zou zelfs zeggen dat ik haar aanmoedig af en toe terug te komen want dit is ook niks. Ik lig halfbakken in bed en voel me vooral nutteloos achter de ramen. Ik probeerde vanochtend te masturberen maar er kwam niemand in mijn hoofd op om aan te denken. Zo erg not inspired ben ik op dit moment. Maar uiteindelijk bedacht ik dat ik aan je beste vriend kon denken, die ik niet eens zo leuk of aantrekkelijk vind, maar gewoon omdat jij op die beruchte nieuwjaarsavond mij ervan betichtte overspelige blikken met hem uit te hebben gewisseld. Enige fantasieflarden, zijn rommelige blonde haren, zijn klarinet. Het lukte.

De vlam zwakt af, de woede ook, en daarmee ook het deel dat om je gaf

Ik kan er nog niet helemaal mijn vinger op leggen, maar er balanceert iets in het binnenste van mijn borst. De vlam zwakt af, de woede ook, en daarmee ook het deel dat om je gaf, dat zich met je wilde verbinden als klimop op een huisje in het bos. Ik trek mijn eigen huid weer om mijn lijf en glij de verdwijntruc van mijn kamer binnen, het omhulsel waar ik niemand binnen laat. Gelukkig heb ik Spotify. Nina Simone singing the blues.

Tot binnenkort misschien?
N.

PS. Ik heb trouwens besloten om 1 februari opnieuw 1 januari te vieren, maar dan zonder jou.

Mail

Nina Läuger (zij/haar, 1993) is beeldend kunstenaar en adjunct-hoofdredacteur van Hard//hoofd en woont sinds een jaar weer in Amsterdam.

Ilse Groot Nuelend (1998) vertelt verhalen in woord, audio en beeld. Ze verzamelt inspiratie uit haar omgeving en ervaringen, trekt deze uit elkaar en plaatst ze weer in nieuwe fictieve werelden.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Composthoop

Een symfonie van het kleine leven

Jesse Van den Eynden neemt je mee in de symfonie van het kleine leven dat zich afspeelt in de duisternis van de composthoop. In dit liefdevolle essay beschrijft hij hoe zijn leven steeds meer overgenomen wordt door de rottende en levende massa in zijn tuin, en hoe het slurpen, klikken en kraken van de aarde en haar bewoners een meditatieve ervaring worden. Lees meer

Eiland zonder eilandjes

Eiland zonder eilandjes

Bram de Ridder is vervangend psychiater op Bonaire. Maar hoe moet hij zich als witte zorgprofessional verhouden tot de mensen van het eiland? Lees meer

Huizen, omhulsels

Huizen, omhulsels

Anne Schepers had nooit gedacht dat ze een huis kon kopen. Tijdens de verbouwing denkt ze na over huizen als politiek middel, hoe het is om als sociale klimmer ruimte in te nemen en waarom dromen over een fantasiehuis een privilege is. Lees meer

:Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent als verzet: brieven over consent in een koloniale wereld

Consent is complex in een wereld gevormd door koloniaal geweld. Yousra Benfquih vraagt zich in haar eerste brief aan Alara Adilow af hoe consent een instrument kan worden van verzet. Lees meer

Iemand die in je gelooft

Iemand die in je gelooft

Jam van der Aa ontdekte pas laat dat ze autisme heeft. Toen ze jong was herkende jeugdzorg bovendien niet de rol van autisme in de onveilige situatie bij haar thuis. Ze was gedreven en nieuwsgierig, maar lange tijd op zichzelf aangewezen. Dit essay is een pleidooi voor betere jeugdzorg en gaat over veerkracht en jezelf leren begrijpen en vertrouwen. Lees meer

Automatische concepten 87

Van mijn spreekkamer tot aan Afghanistan

In haar behandelkamer zit Jihane Chaara als forensisch psycholoog niet alleen tegenover slachtoffers, maar ook tegenover daders van dwingende controle, een vorm van huiselijk geweld. Wat is het verband tussen deze psychologische, onderdrukkende machtstructuur van een individidu als meneer X in haar spreekkamer, en het regime van de Taliban in Afghanistan? Een essay over de verbinding tussen daderschap, ontkenning, grotere structuren van vrouwenonderdrukking en verzet. Lees meer

Einde Schooldag

Einde Schooldag

Leerlingen zijn als tijdelijke passanten van wie je een hoop weet, maar nooit hoe het met ze af zal lopen. 'Ze zijn open eindes', zo schrijft Engels docente Charlotte Knoors in dit persoonlijke essay over de raadselachtige verhouding tussen docent en student. Lees meer

Zo rood als een kreeft

Zo rood als een kreeft

Wanneer twee Spaanse vrienden Ferenz Jacobs uitnodigen voor een protestmars tegen toerisme in Barcelona, voelt hij zich voor het eerst weer een 'outsider'. In dit essay richt hij zich op de gevolgen van massatoerisme op de permanente bewoners. Is er een ander soort toerisme mogelijk, buiten de logica van onderdanigheid, kolonialisme en uitbuiting om? Lees meer

Auto Draft 4

Tijd buiten de uren om

Micha Zaat sliep binnen een jaar in bijna 60 verschillende hotelkamers. In dit essay licht hij het fenomeen van de hotelkamer als liminaal object toe, en legt uit wat zo'n kortdurend verblijf voor gasten én kamers betekent en waarom het onmogelijk is om ouder te worden in een hotelkamer. 'In het bed waar ik gisteren droomde over sterven in een auto-ongeluk ligt nu iemand te masturberen.' Lees meer

Auto Draft 2

'Kunnen we vrienden zijn?': over een noodzakelijk veranderende mens-natuur relatie

Wanneer Jop Koopman afreist naar Lombok om de Indonesische visie op mens-natuurrelatie beter te begrijpen, gaat hij op pad met een lokale mysticus. In dit essay onderzoekt hij hoe we de verhouding mens-natuur opnieuw kunnen vormgeven; wat de agency is van onze omgeving, en waarom we vrienden moeten worden met alles rondom ons. Lees meer

Stil protest

Stil protest

Nadeche Remst laat zien hoe slaap, verdriet en dissociatie meer zijn dan persoonlijke reacties: ze worden een vorm van stil verzet tegen een wereld die kwetsbaarheid buitensluit. Lees meer

Hoe lang blijf je een vluchteling?

Hoe lang blijf je een vluchteling?

'Wat' ben je als je ergens niet thuishoort, maar ook niet terug kan naar je geboorteland? Ivana Kalaš onderzoekt het label 'vluchteling'. Lees meer

Een cactus in een zompig moeras

Een cactus in een zompig moeras

Een cactus kan toch niet groeien in een zompig moeras? In dit essay schetst Jam een realistisch beeld van de autistische ervaring in een kapitalistisch systeem dat productiviteit als het hoogste goed beschouwt. Lees meer

Lieve buren

Lieve buren

Ze hebben dezelfde brievenbus en dezelfde supermarkt, maar Nienke Blanc vraagt zich in deze nooit verzonden brief af of dat het enige is dat ze met haar buren deelt. Lees meer

Best Friend (For The Forseeable Future)

Best Friend (For The Forseeable Future)

Lotte Krakers’ vriendschap met Karlien eindigde mét blauwe vinkjes, maar zonder antwoorden. Het laat Lotte reflecteren op het afdwingen van gelijkenissen in een vriendschap, en het plaatsen van vrienden op voetstukken: ‘Karlien hield me een spiegel voor, waarin ik vooral zag wat ik niet was.’ Lees meer

Je hebt mij getekend voor het leven

Je hebt mij getekend voor het leven

Hoe sluit je een hoofdstuk af? Jop Koopman schreef een brief aan zijn oude baas, in wiens tulpenbedrijf hij als invalkracht een bedrijfsongeval meemaakte. Lees meer

De dooddoener van het kwaad

De dooddoener van het kwaad

Bas Keemink bespreekt de film 'The Zone of Interest', waarin Jonathan Glazer 'Big Brother' naar de Holocaust brengt. Lovende kritieken schrijven dat hij Hannah Arendts theorie, de banaliteit van het kwaad, goed in beeld brengt, maar is dat wel zo? Lees meer

Exteriors, Annie Ernaux and Photography

Exteriors, Annie Ernaux and Photography

Jorne Vriens bezocht een tentoonstelling in Parijs en dit leidde tot een prachtige uiteenzetting over tekst, smartphones, connectie en fotografie. Lees meer

De eerste leugen

De eerste leugen

De eerste keer dat Job van Ballegoijen de Jong loog, was het bijna onschuldig. Een leugentje om bestwil, dacht hij toen, om zijn moeder gerust te stellen. Maar die eerste leugen groeide uit tot een web waarin hij langzaam verstrikte. In zijn debuut 'Morgen vertel ik alles' vertelt hij waarom iedereen een tweede (of derde) kans verdient. Lees meer

Leven in laagjes

Leven in laagjes

In dit essay geeft Dani Bouwman een intieme reflectie op identiteit, familie en het verlangen naar een plek waar hij volledig zichzelf kan zijn. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier!

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in september je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer