Hoe ziet het leven eruit voor mensen zonder legale verblijfsstatus in Nederland? Voetbalmama Aïcha (51) uit Marokko voedt in haar eentje drie jongens op, die allen hier geboren zijn. 'Als je kinderen hebt, denk je anders.'
'Mijn kinderen hebben geen status, maar ze staan wel ingeschreven bij de gemeente. En ik sta niet zelf ingeschreven, maar wel als hun moeder. Naast hun naam, zonder eigen hokje. Ik besta alleen als moeder van mijn kinderen.
Ik woon in een appartementje met mijn drie kinderen – mijn jongens, mijn muisjes. Ze eten alles wat los en vast zit. De jongste is acht, de oudste vijftien. Elke zaterdag ga ik met ze mee naar hun voetbaltraining om aan te moedigen. Meestal kijk ik bij de jongste, Idris. Hij is keeper, Mohamad speelt op links.'
'Ik kom uit Casablanca. Ik had nooit verwacht dat ik de kans zou krijgen mijn land te verlaten. Maar ik kende iemand met familie in Zwitserland, en die familie had oppas nodig. Binnen vijftien dagen was alles geregeld: paspoort, visum, ticket... Het was fantastisch. Ik kon het haast niet geloven. Mijn verhaal begon toen dat paspoort kwam.
'De eerste jaren in Nederland waren mooie jaren’
Toen ik in Zwitserland werkte kwam ik een paar keer naar Nederland om mijn man te bezoeken. Hij was hier om te studeren. Ik heb hem drie keer bezocht, de vierde keer ben ik gebleven. In Nederland zijn we altijd illegaal geweest, maar het ging wel en leverde geen grote proberen op. We werkten hard en hadden altijd een eigen appartementje. Onze kinderen zijn hier geboren. Dat waren mooie jaren.
De jongste was nog geen jaar oud toen mijn man is opgepakt en uitgezet. Ik heb geen moment gedacht aan teruggaan. Dat is vanwege de kinderen, hun leven is hier. Ze weten niks van Marokko, ze kennen alleen Nederland. Als je ze vraagt naar hun nationaliteit, zeggen ze: ik ben Nederlands.'
'Hier, voel mijn handen. Mijn handen zijn niet zacht. Het zijn schuursponsen. Ik werk als schoonmaker. Vroeger werkte ik lange dagen: ik was een sterke vrouw en ik werkte met sterke producten. Eén keer had ik heel sterk anti-schimmelspul gekocht. Ik spoot het in de hele badkamer. Plotseling voelde ik alles branden. Mijn longen, mijn keel. Ik heb bijna een week niet kunnen eten. Sindsdien gebruik ik alleen nog ecologische producten. Dat heeft mij een boel werk gekost.
Er zijn veel mensen die willen dat ik producten voor hen gebruik die ze zelf nooit zouden gebruiken, omdat ze giftig zijn. Maar het is mijn leven, en ik heb drie jongens om voor te leven. Dus dat doe ik niet. Nu heb ik nu steeds minder werk. Vijf uur op een dag, drie uur op een dag. En soms niks.'
'Voor mezelf hoop ik niks meer. Het enige waar ik nog aan denk: Hoe kan het voor mijn kinderen veilig worden? Ze houden van studeren. Als ik in de kamer zit hoor ik ze tegen elkaar praten: "Ik wil dit worden, ik wil dat worden." En ik voel in mijn hart dat we niet weten of het gaat lukken.
'Er zijn zoveel vrouwen die er net zo voor staan als ik’
Ik ben een oude vrouw. Ik ben vijftig. Ik ben er trots op dat ik mijn kinderen naast mij heb. Maar op wat ik voor mezelf bereikt heb, nee, daar ben ik niet trots op. Ik houd van leren, en ik heb het niet gekund. Het werk wat ik doe, ik houd er niet van. Ik wil vrij zijn om te werken, vrij zijn om iets doen. Dat ben ik niet. Leven is mooi, maar ook moeilijk.
Ik zie zoveel vrouwen die er net als ik voor staan. Zoveel vrouwen met kinderen zonder status. Of die status komt, maar pas na twintig jaar. Ze zijn zoveel van hun leven kwijt. Ze houden het vol voor hun kinderen. Zonder die kinderen zouden ze niet blijven. Als je kinderen hebt, denk je anders. Je moet geduldig zijn, ook als je geen geduld meer hebt. Hun ontwikkeling is belangrijker dan jouw ontwikkeling.'
'Soms ga ik een paar uur naar vriendinnen. Of ik lees de Koran. En als ik niet kan lezen, luister ik ernaar. Ik probeer te blijven staan op basis van mijn geloof, mijn hart en mijn eigenwaarde. En ik probeer toch íets te leren. Elke donderdag ga ik naar zwemles, samen met mijn vriendinnen. Ik vind het leuk. Drie kwartier zwemmen voelt als een halve dag. Ik kan het nog niet goed, ik ben nog bang.
Wat ik eng vind is het diepe. Of het idee van het diepe. Ik kan zwemmen, maar ik wil weten dat er grond is. Zwemmen voelt anders als je weet dat je even kunt staan.
Als je ineens beseft dat er geen bodem meer is - dat is schrikken.'
De naam van de geïnterviewde is gefingeerd.
Jantine Wijnja is kunstenaar en schrijfster. In 2014 verscheen haar boek 'Reisgids Den Dolder', over het mentale landschap van een psychiatrische instelling.
Wies van der Velde is maker en illustrator, wonend en werkend in Utrecht. Haar werk kenmerkt zich door het gebruik van diverse materialen, wat resulteert in een gevarieerd beeld.