Hoe komt het toch dat we onze pleziertjes niet willen opgeven, zelfs al weten we dat ze aan de andere kant van de wereld levens kosten? Dennis Faase werd getroffen door Johan Derksens simpele vergelijking.
Afgelopen zaterdag plaatste het Youtube-kanaal van Veronica Inside een filmpje waarin Johan Derksen kritiek uitte op de beslissing van de KNVB en het Nederlandse Elftal om mee te doen aan het WK in Qatar. De onmenselijke arbeidsomstandigheden in het gastland waren opnieuw wereldnieuws, omdat er bij de bouw van voetbalstadia inmiddels 6500 doden zijn gevallen. De overige tafelgasten reageerden minder stellig; we konden bijvoorbeeld ook in shirts spelen met het cijfer “6500” erop . Maar Derksen was zoals altijd principieel. Met een simpele vergelijking veegde hij de discussie van tafel: je gaat niet naar een feestje waarvoor duizenden zijn gestorven. Je zou zeggen dat je hier niet tegen kan zijn.
Maar waarom gaan we dan feesten?
Er zijn meer van dit soort vraagstukken. Donderdag bestempelde de Tweede Kamer eindelijk de misdaden door de Chinese overheid tegen het Oeigoerse volk als genocide. Dit gebeurde nadat de NOS melding had gemaakt van miljoenopsluiting en gedwongen sterilisatie. Hiervoor was al bevestigd dat Oeigoerse vrouwen in detentiekampen systematisch verkracht worden, en dat Oeigoerse dwangarbeiders Macbooks en Nikes maken in Chinese overheidsfabrieken. Iedereen weet dat mensenlevens belangrijker zijn dan sneakers of computers.
Maar waarom importeren we dan nog Chinese producten?
Nog een laatste. Drie weken terug was er in de Groene Amsterdammer opnieuw aandacht voor een artikel uit 1951. Dit bleek het eerste artikel in het blad dat expliciet ging over door mens veroorzaakte klimaatverandering. We weten er dus al minstens zeventig jaar vanaf. Inmiddels vindt 93% procent van de EU-burgers klimaatverandering een ernstig probleem en is het volgens de VN zelfs ‘the greatest threat to global security’. Iets minder vliegen en vlees eten zou een kleine prijs zijn voor het voortbestaan van de mensheid.
Maar waarom subsidiëren we dan op grote schaal kerosine en veeteelt?
Al deze vragen laten dezelfde spanning zien. Het is de spanning tussen de principiële Derksen en zijn twijfelende tafelgasten: we doen graag het goede, maar willen ook lekker feesten. Dus ga je een vliegticket compenseren door een boom te planten, of voetballen in Qatar in een kritisch voetbalshirtje. Dit gedrag is meer dan begrijpelijk; ik maak me er ook dagelijks schuldig aan. Principes eisen nu eenmaal vaak een offer, en dat is zwaar. Toch zijn er vlakken waarop wij ons deze luxe niet mogen permitteren. Dat maakt Derksens vergelijking zo sterk; het brengt moeilijke, ethische kwesties terug tot een simpele, concrete vraagstelling:
hoeveel doden voor ons feestje?
Deze vraag houd ik 15 tot en met 17 maart in mijn hoofd.
Beeld via Flickr