Illustratie: Sophia Simons

Over pingpongballensoep, trommelende muizen en geluk." />

Illustratie: Sophia Simons

Over pingpongballensoep, trommelende muizen en geluk." />
Asset 14

Het geluk van de eenzaamheid

We zijn op het koude en winderige platteland van Zuid-Korea in het stadje Gyeongju. Het straatbeeld wordt bepaald door een grote trommelende muis, neonlicht en voor ons staat een kom pingpongballensoep en een bakje gefermenteerde kool. Over surrealisme en eenzaamheid en een zoektocht naar geluk.

De Mongoolse ijswind, die eerst ook China tot ver onder het nulpunt bevriest, heeft alle inwoners van het Zuid-Koreaanse dorp Gyeongju hun huizen ingejaagd. Tussen de negende en dertiende eeuw was het plaatsje de hoofdstad van het machtige Silla-koninkrijk, maar daarna is het vrijwel volledig verwoest. Wat rest zijn metershoge grafheuvels die als puisten op het gelige landschap staan, een stapeltje stenen die een observatorium voorstellen en een museum met een leeg wit bord waarboven het woord ‘information’ staat. De rest van het dorp is van recenter datum. Dat deel van Gyeongju is een surrealistisch Koreaans lampjesfeest vol Hello Kitty-achtige eettentjes, een straat die ‘Street of Hangover Soup restaurants’ heet en waar verderop, in een verlaten winkelgebied, tussen een overdaad aan in- en uitfadende neonbakken, een gigantische trommelende muis staat - vermoedelijk om de voor de kou vluchtende bewoners naar binnen te lokken.

Ik zit in een restaurant achter een bord dampende soep met spierwitte, onwaarschijnlijk ronde balletjes, met daarnaast een bakje gefermenteerde kool. Ik ben tot het bot verkleumd en mijn voeten doen pijn. Buiten waaien sneeuwvlokjes tegen de ruit waardoor hier, ondanks de massief roze balken en tafels, een onwerkelijke kerstsfeer hangt. Koreaanse popmuziek schalt door de zaal. Op twee verliefde tieners na is het hier leeg. Naast wat halve woorden tegen de bediening van restaurants en guesthouses, heb ik al dagen geen woord meer gesproken. In dit land ben je als blanke namelijk een Amerikaan tot het tegendeel is bewezen, en alle Amerikanen zijn grofgebekt, gevaarlijk, hebben geslachtsziektes en kunnen beter vermeden worden. In de winter zijn hier bovendien nauwelijks toeristen.

Neonledigheid

De stilte is mij tot nu toe prima bevallen, maar in deze door alles en iedereen verlaten neonledigheid voel ik opeens de behoefte mijn verbazing te delen. Ik wil lachen. Ik wil het met iemand op een zuipen zetten en zwalkend door de vrieskou lallen. Ik wil met iemand terugdenken aan de bevroren grachten van Amsterdam, aan de boerenkool met worst, aan het schaatsen op slootjes tussen weilanden, de gehaaste zakenmensen, de files, de politiek. Aan alles eigenlijk, als het maar een ontsnapping biedt aan de voortdurende stilte, aan de steeds grotere ontheemding.

Illustratie: Sophia Simons

Natuurlijk, ik kan op zoek gaan naar andere mensen. Dé gelegenheid om anderen te ontmoeten is de jeugdherberg. Wie er wel eens als rugzaktoerist - met de Lonely Planet in de aanslag = op uittrekt kent het fenomeen. Voor alle anderen: het is een plek waar bezwete mensen, die al maanden onderweg zijn, ongeschoren samenkomen in afgetrapte slaapzalen en waar het heilige der heiligen een gemeenschappelijke ruimte is. Je kunt er verhalen uitwisselen, instantnoodles bestralen en je klem zuipen. De jeugd is er voornamelijk uit op feesten en geslachtsverkeer, waardoor er een permanent hormoon-, zweet-, karton- en bieraroma hangt. Een onmisbare ervaring, maar je moet er voor in de stemming zijn en bovendien trekt een moderne backpacker toch vooral naar plekken waar het warm en comfortabel is. Tot gisteren was ik de enige gast in het adembenemend mooie Sa Rang Chae Guesthouse. Een traditionele Hanok en rugzaktoeristwalhalla – de lokale vervanger van de jeugdherberg - met authentieke maar Spartaanse Ondol-kamers: klapperende houten deuren met ijzig grote gaten, een flinterdun matje, gloeiendhete vloerverwarming waardoor je buik peentjes zweet en je rug bevriest, geen ramen, schimmelige muren, laag plafond, bevroren badkamertje en in de verlaten gemeenschappelijke ruimte hangt een heimwee-opwekkende poster van Ajax aan de muur.

Bevlekt met geschiedenis

Ik verhuisde vanochtend dan ook – op zoek naar warmte en een écht bed - naar een Love Motel, dat door de reisgids als volgt werd aangeprezen: if your idea of a romantic getaway includes battery operated devices, this is it. Het Love Motel huur ik per uur, de receptie bestaat uit een piepklein gaatje waar twee verveelde en gelakte handen geld aannemen en een sleutel teruggeven en waar even verderop foto’s van vrouwen met telefoonnummers hangen. Op de muurgrote LCD-tv in de mierzoete slaapkamer is een televisiekanaal waarop meisjes zich uitkleden, pixelblokjes over wat ongezien moet blijven, met een telefoonnummer eronder. Een Love Motel wordt vooral gebruikt door zakenmannen en hun – al dan niet betaalde - minnaressen. Er is een discrete parkeerplek op de begane grond met een hoesjesdispenser zodat je je nummerbord kan bedekken. Reizigers zoals ik overnachten hier omdat het de enige plek in de omgeving is die in de buurt komt van de westerse standaard. De kans op een waardevolle ontmoeting is er natuurlijk nihil en een gemeenschappelijke ruimte is, godzijdank, niet aanwezig. Ook denk ik de hele tijd aan wat er allemaal in het kingsize bed gebeurde voordat ik het huurde. Het is comfortabel en schoon, maar bevlekt met geschiedenis.

Zo komt er elke reis een moment dat ik mijzelf en de eenzaamheid vervloek. In dit restaurant, boven mijn kom pingpongballensoep – waarvan ik maar niet durf te proeven. Maar ook eerder vandaag toen ik in het Love Motel met argusogen de zee van elektronische apparaten bekeek en in de lege winkelstraat, bij de reuzenmuis die stug doorging met trommelen. De eenzaamheid achtervolgde mij toen ik uren door de bevroren steegjes struinde, het ijs zag kruien in eeuwenoude vijvers, toen niemand Engels sprak, toen de onbestemde soep met een knal werd neergezet en ik nors werd toegeknikt, toen ik verdwaalde op de onmetelijke vlakte waar ooit een grote stad was, maar waar nu de ijskoude wind, die diep mijn botten in drong, vrij spel had. Die eenzaamheid is mij naar de keel gevlogen. Het gekke is dat het behalve onaangenaam, ook aanvoelt als bevrijding.

Mijn eenzame tocht door Zuid-Korea is gedwongen contemplatie. De continue stoom reclameboodschappen, de piepjes van telefoons, de nieuwsfeeds, ze zijn hier niet aanwezig of ze zijn niet voor mij bestemd. Er is hier niets dat mij afleidt, er zijn alleen mijn gedachten, de vervreemding en het besef dat alles wat hier absurd lijkt, voor de mensen die hier wonen normaal is. En omgekeerd, dat alles wat voor mij normaal is, de mensen hier even vreemd zal voorkomen - alle zekerheid lijkt willekeur.

Alleen-zijn tot het pijn doet

Troetelbeer Huub van der Lubbe zong al: een man weet pas wat ie mist, als ze er niet is. Zoiets is natuurlijk niet voorbehouden aan de man en niet voorbehouden aan de liefde. Door het reizen en de eenzaamheid kan ik beter onderscheiden wat voor mij van waarde is en vallen onbelangrijke dingen gemakkelijker van mij af. Hier, in deze surrealistische beeldenstroom, besef ik, terwijl ik – eindelijk dan toch – een hap van de soep durf te nemen, dat de eenzaamheid van het reizen een bijna zuiverende ervaring is.

De kou, de stilte, de hoesjesdispenser, de lege vlakte, de neonzee, de gepixeleerde lichaamsdelen op TV, al die dingen laten zien wat aangeleerd is en wat een gewoonte is geworden. En om dat écht te ervaren moet je alleen zijn, niet voor eventjes, maar zo lang dat het pijn gaat doen.

De soep is op, ik betaal en trek mijn jas aan. Als de deur met een knal open waait en de kou mij in mijn gezicht slaat, vraag ik mij af hoe lang ik nog zonder een gesprek kan dat verder gaat dan wat holle beleefdheidsfrasen. Of wanneer de vervreemding zo groot wordt dat ik breek. Of wanneer ik mijn vrienden en familie zo veel ga missen dat ik ze - liefst vier uur in de ochtend - wakker bel.

Buiten is het donker. Ik zwier door de winkelstraten, richting mijn Love Motel. Onderweg kom ik een langwerpige bak water tegen, op de bodem zijn op één meter van elkaar, vijf grote lampen gemonteerd. Ze veranderen van kleur, van exotisch roze, naar aquamarijn blauw, naar zonnebloem geel. Alleen maar licht. Ik blijf er minutenlang naar kijken. En terwijl ik de behoefte krijg om weg te rennen, te ontsnappen, weer onderweg te gaan, of gewoon om ergens aan te bellen, besef ik: dít is het geluk van de eenzaamheid.
-
Dit is een gastbijdrage van Sjoerd Jurkovich (Amsterdam, 1976). Sjoerd is internationaal koerier en schreef eerder De Avontuurlijken.

Mail

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
De sofaconstante

De sofaconstante

Uschi Cop schreef een claustrofobische verhalenbundel over zes levens die getekend zijn door een verlangen naar zingeving. De sofaconstante is een voorpublicatie van een van die verhalen uit haar bundel 'Zwaktebod'. Lees meer

Column: Dat heet ‘een gesprek voeren met elkaar’

Dat heet ‘een gesprek voeren met elkaar’

Als een vriendin van Eva op date gaat met een man waarmee Eva zelf al eerder afsprak, is ze erg benieuwd naar haar bevindingen. Lees meer

:The chosen family: Beelden van queer vruchtbaarheid

The chosen family: Beelden van queer vruchtbaarheid

Marit Pilage onderzoekt beelden van queer vruchtbaarheid in de kunst om zo de definitie van vruchtbaarheid, zwangerschap en ouderschap te herdefiniëren. Lees meer

Een woud vol dichtgetimmerde hokjes

Een woud vol dichtgetimmerde hokjes

Zazie Duinker baant zich een weg door het oerwoud van de (hergedefinieerde) woorden. Lees meer

In de afwezigheid van 1

In de afwezigheid van

Marit Pilage onderzoekt de rol en betekenis van kunst bij zwangerschap en vruchtbaarheid, maar vooral ook bij het uitblijven daarvan. Lees meer

Kijkend naar kunst van mannen: ‘Ben ik toch een mannenhater?’ 6

Kijkend naar kunst van mannen: ‘Ben ik dan toch een mannenhater?’

Puck Lingbeek's vader stelt dat haar boosheid richting mannen haar interpretaties van kunst beïnvloedt. Puck is het daar niet mee eens, maar het zet het haar wel aan het denken. Lees meer

Column: Het glas wijn waar ik zin in heb bestaat niet

Het glas wijn waar ik zin in heb bestaat niet

Twee jaar geleden vroeg Eva nog aan een collega waarom ze niet dronk. Inmiddels laat ook zij de alcohol links liggen en is ze zelf degene die wordt bevraagd. Lees meer

(Ont)hechting

(Ont)hechting

Als Aisha op proef intrekt bij haar geliefde en haar eigen gekoesterde plek achterlaat, is het net het alsof ze een onvaste vorm aanneemt. Lees meer

Voesten

Voesten

"Misschien is dat man zijn hier: hetzelfde bewegen als de anderen." Voesten van Werner de Valk is een kort verhaal over een eiland met een duistere traditie en over het moeten bewijzen van mannelijkheid. Lees meer

Muze

Muze

Loren Snel schreef een roman over hoe samen te zijn met een ander en intussen trouw te blijven aan jezelf. Haar debuut verschijnt 25 oktober bij uitgeverij Prometheus. Hier lees je een voorpublicatie. Lees meer

Liever een monster

Liever een monster

Het is moeilijk te accepteren dat mensen kunnen doden, maar waarom maken we van moordenaars karikaturen? Een voorpublicatie uit Lotje Steins Bisschop en Roselien Herderschee Dodelijke gekte. Lees meer

Jari

Jari

Dave Boomkens schreef een verhaal over troosteloosheid, onmacht en opgroeien. Over hoe je in een treurig flatgebouw, tussen de nieuwsprogrammering en sportwedstrijden door, een vriend kunt vinden en verliezen. Lees meer

Hoe in Duitsland het Zionistische establishment wint

Hoe in Duitsland elke vorm van empathie met inwoners van Palestina wordt verboden

De situatie in Duitsland is de laatste dagen geëscaleerd. Het politieapparaat en de politiek gebruiken harde repressiemiddelen om vooral Duitse mensen van kleur of met een migratieachtergrond de kop in te drukken. Zij verliezen op dit moment hun vrijheid van meningsuiting. Lees meer

Hypnose

Op een dag breng ik alle wereldleiders onder hypnose

Een betere wereld begint bij een andere gedachte en daarom besluit Marthe van Bronkhorst hypnotiseur te worden. Lees meer

Column 1

Je opnemen in mijn testament

Een lugubere ontdekking tijdens een boswandeling doet Eva nadenken over wat we achterlaten voor onze nabestaanden als we overlijden. Lees meer

Geef de dag een naam

Geef de dag een naam

Op een hete zomerdag wordt Felipe zwetend wakker. Deze dag, die heet en broeierig is, brengt hem uit evenwicht, tot hij uiteindelijk doet wat hij gezworen had nooit te doen: hij begint te drinken. Een fragment uit de afstudeernovelle van Tiemen Hageman over het verleden proberen los te laten, het leven ruimte geven en adolescent worden. Lees meer

Aaah, het launchfeest!

Aaah, het launchfeest!

Na de lancering van ons derde papieren tijdschrift willen we onze lezers, schrijvers en makers graag uitnodigen om dit grote succes samen met Hard//hoofd te vieren op 26 oktober in Amsterdam. Lees meer

Tussen de randen van een aquarium

Tussen de randen van een aquarium

Wie ben je als je alles kunt zijn? In het fragmentarische afstudeerwerk van Ettie Edens veranderen mensen onder andere in een hoopje, een steen, een natuurkundedocent, water, iemand die limonade drinkt en een lantaarnpaal. Lees meer

Automatische concepten 71

We hebben een probleem met de derde helft

Een voetbalwedstrijd stopt officieel misschien op het veld, maar Marthe van Bronkhorst merkt in de trein dat het slinkse spel doorgaat. Lees meer

Mycelium

Mycelium

Wat als schimmelsporen zich met iedere adem dieper in je longen graven? Met ‘Mycelium’ won Olga Ponjee de juryprijs van Het Rode Oor 2023, de erotische schrijfwedstrijd van Vlaams-Nederlands huis deBuren. Lees meer

Lees Hard//hoofd op papier! 

Hard//hoofd verschijnt vanaf nu twee keer per jaar op papier! Dankzij de hulp van onze lezers kunnen we nog vaker een podium bieden aan aanstormend talent. Schrijf je nu in voor slechts €2,50 per maand en ontvang in maart je eerste papieren tijdschrift. Veel leesplezier!

Word trouwe lezer