De wereld staat in brand en dat mag niet onbeschreven blijven. Hard//talk is de seismograaf die de trillingen van de tand des tijds registreert. Wat heeft ons afgelopen week bezig gehouden? Wat bespraken we bij de koffieautomaat en waar lagen we wakker van? Deze week vijf korte commentaren van onze redacteuren.
Commentaar
Wij en de Ander
Met poëzie liet de 15-jarige scholier Auke de Leeuw stof opwaaien dat al 67 jaar z’n best doet neer te dalen. De Leeuw won een wedstrijd en zou tijdens Dodenherdenking een stilistisch wat pover, maar inhoudelijk dapper gedicht mogen voordragen op De Dam. Hij zou er hebben verteld over een genuanceerd stukje familiegeschiedenis van vier goede (verzetshelden) en één foute keuze (Waffen-SS). En, belangrijker: dat hij was vernoemd naar de maker van die foute keuze, omdat ook die oudoom niet vergeten mag worden.
Interessante thematiek, maar het Nationaal Comité 4 en 5 mei dat De Leeuw als winnaar uitverkoos, had natuurlijk moeten aanvoelen dat er heisa over zou ontstaan. Voorspelbare heisa, vol van opgeblazen argumenten die Godwins zouden heten als het niet al over de Tweede Wereldoorlog ging. Zoals het Centrum Informatie en Documentatie Israël dat schermde met het schrikbeeld “Eichmann ooit als slachtoffer te herdenken”.
Eerder vorig maand zorgde Nobelprijswinnaar Günter Grass door middel van poëzie ook al voor opschudding. Hij deed dat wereldwijd. Grass belichtte het steeds verder oplopende conflict tussen Iran en Israël, en dan met name de houding van laatstgenoemde. Zijn boodschap, wat kort door de bocht: die Israëli, nou, dat zijn ook geen lieverdjes, met hun atoombommen en hun oorlogstaal. Oordeel: antisemiet (en psst, zie je wel, dat bloed van de Waffen-SS, dat stroomt bij hem nog steeds door de aderen).
Volgens Carl Schmitt kunnen mensen niet anders dan denken in een onderscheid van Wij en de Ander, de vijand. Onze omgang met De Leeuw en met Grass bevestigt het gelijk van deze controversiële, door nazisympathieën bevlekte Duitse denker. Het ‘wij’ wordt (mede) gedefinieerd door het ‘zij’, de groep die buitengesloten wordt. Beide dichters legden die breuklijn op eigen wijze bloot. De overtrokken reacties deden helaas de rest. Treurig, dat tegendraadse geluiden gecombineerd met de Tweede Wereldoorlog nog altijd zo’n explosief recept moeten vormen.
Door Boy van Dijk
De Hofstad
We kunnen verder
En toen stond alles op zijn kop, zodat alles weer normaal werd. Wilders had de deur van het Catshuis nog niet achter zich dichtgetrokken of Rutte, Verhagen, Blok en Van Haersma Buma verdrongen elkaar om te verklaren hoe onmogelijk die Geert wel niet was. Op maandag kopte de Volkskrant: “Wie lost dit op?” Drie dagen later bleek dat opeens heel simpel. BTW omhoog. AOW-leeftijd opgerekt. Nullijn voor ambtenaren. Snijden in AWBZ. Hypotheekrenteaftrek beperken. Reiskostenvergoeding niet meer aftrekbaar. Eenmaal, andermaal, akkoord.
Politiek is de kunst van het mogelijke. Het blijft onzinnig om, als de economie hapert en je bijna gratis kunt lenen, 10 miljard extra te bezuinigen. Maar van twee jaar geen opslag en een 2 procent duurdere TV gaat niemand dood. Wat de 24 uur van De Jager vooral hebben opgeleverd, is een voorlopig einde aan de verlammende, gekmakende, peperdure polarisatie die de Nederlandse politiek tien jaar lang in zijn greep hield. Waar CDA en PvdA elkaar drie jaar lang de tent uit vochten en Paars-plus tot twee keer toe niet van de grond kwam, volstonden uiteindelijk de 24 uur van De Jager om tot een Kunduzcoalitie te komen. Opeens is het afgelopen met het linkse mensen pesten.
Ik heb het even uitgerekend: mij gaat het regenboogakkoord minstens 10 procent koopkracht schelen, vooral vanwege de reiskostenaftrek. Dat is veel geld voor bezuinigingen die ik niet zo heel noodzakelijk vind. Toch voel ik mij niet aangesproken als de nieuwe oppositie (PvdA, SP en PVV) opkomt voor de “slachtoffers van de bezuinigingen”. Agenten en leraren stonden toch al niet in de rij voor de voedselbank, ouderen zijn de rijkste groep van Nederland, en de kosten van de AWBZ zijn dramatisch uit de hand gelopen. Tien miljard blijft veel geld voor symboolpolitiek om internationaal je gezicht te redden. Maar misschien gaat nu eindelijk de geest van Pim terug in de fles.
Door Floris Solleveld
Nieuws in Beeld
Geert Wilders wil dat Nederland uit de Europese Unie stapt.
Ver weg
Gevaarlijkste man van Europa?
Aankomende zondag vindt de tweede en beslissende ronde van de Franse presidentsverkiezingen plaats. Wordt het driftkikker Sarkozy of het zachte ei Hollande? In de eerste ronde waren ze slechts een paar procenten van elkaar verwijderd en ook nu wordt het een nek-aan-nekrace, met socialist Hollande als waarschijnlijke winnaar.
Zoals verwacht wordt door zijn Parti Socialiste een lied afgedraaid waarin égalité en fraternité centraal staan, maar waarin harde maatregelen schaars zijn. Hollande’s pragmatische softheid is opmerkelijk in deze ‘tijden van snijden’. Zo pleit hij voor een belastingverhoging naar 75 procent voor de allerrijksten, maar dat moet gezien de geringe opbrengst vooral beschouwd worden als ‘een symbolische daad’. Over terugdringing van de uit de hand gelopen overheidsuitgaven spreekt hij niet. Liever neemt hij de komende vijf jaar zestigduizend nieuwe leraren aan. Die overigens op hun 60ste alweer van hun oude dag mogen gaan genieten. En voor de groeiende (jeugd)werkeloosheid komt hij met een slap ‘Contract van de Generaties’, waardoor oudere werknemers vrijwillig plaats kunnen maken voor jongeren.
Ook de Frans-Duitse tweespan staat bij Hollande onder druk. Terwij 'Merkozy' schouder aan schouder stonden in de bestrijding van de eurocrisis, zou Hollande de Europese Centrale Bank het liefst een grotere rol laten spelen. Iets waar Angela niet vrolijk van wordt.
Redenen genoeg voor The Economist om de weinig charismatische Hollande als "gevaarlijk" te bestempelen. Overdreven wellicht, maar veel reden tot juichen is er bij het afzwaaien van Sarkozy niet. Frankrijk is er slecht aan toe, en stevige hervormingen lijken onvermijdelijk om te voorkomen dat het land definitief afglijdt richting 'zeuro-zone'. Fransen houden echter niet van verandering, en Hollande lijkt alles behalve de standvastige leider die het ze door de strot gaat duwen. De kans dat hij de koppige haan een toontje lager zal laten kraaien is klein, en dat maakt de toekomst van Frankrijk, evenals die van de rest van Europa, zeer onzeker.
Door Miriam van Ommeren
De Kunsten
Een advies dat pijn doet
Vorige week werd het cultuurplanadvies van de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur bekendgemaakt voor de periode 2013-2016. Doorgaans wordt dit advies vrijwel ongewijzigd overgenomen door de gemeenteraad. Vast stond dat er 20 procent zou worden bezuinigd, niet geheel onverwacht in een bijna failliete stad. De raad stak de kritiek dan ook niet onder stoelen of banken: "geen visie", "geen positionering in het veld", "introvert en weinig binding met de stad" was zoal te lezen. Voor sommige harde keuzes is er zelfs veel begrip, zo heb ik nog niemand een traan zien laten om het volledig verdwijnen van steun voor De Nieuwe Oogst (voormalig Urban Culture Podium).
Als er zo hard wordt gesneden, zijn de afwegingen onvermijdelijk moeilijk, maar één advies is echt onbegrijpelijk. Het OT Theater (Onafhankelijk Toneel) gaat van bijna 1 miljoen euro aan ondersteuning in de vorige periode, naar nul vanaf 2013. De toekomstplannen van het theater worden niet positief beoordeeld, maar de producties wel geroemd. Vanwege de consistente, herkenbare signatuur en de betekenis die ze hebben gehad voor de vernieuwing van interdisciplinair theater.
Dat er nu een doodsklap wordt uitgedeeld aan een theater dat al veertig jaar prachtig werk doet in de stad is absurd. In 1973 verhuisde het van Amsterdam naar Rotterdam omdat er in de Maasstad behoefte was aan experimenteel theater. Er werd gepionierd in een voormalig havengebouw aan de Müllerpier, een gebied dat inmiddels van havengebied tot woonwijk is getransformeerd.
De Raad voor Kunst en Cultuur had zijn kritiek ook op een andere manier kunnen laten gelden. Geen enkele steun van de stad betekent bijzonder weinig kans op subsidie vanuit het Rijk en dus wordt het theater feitelijk bij het grof vuil gezet. Sommigen vergoelijken dit door te zeggen dat één theatergezelschap wel genoeg is. Zo'n provinciaalse mentaliteit hoort niet thuis in de tweede stad van Nederland. Nu rest het OT Theater slechts één weg om zijn bestaan voort te zetten: via de politiek.
Door Eeva Liukku