De wereld staat in brand en dat mag niet onbeschreven blijven. Hard//talk is de seismograaf die de trillingen van de tand des tijds registreert. Wat heeft ons afgelopen week bezig gehouden? Wat bespraken we bij de koffieautomaat en waar lagen we wakker van? Deze week vijf commentaren van onze redacteuren, in woord en beeld.
Commentaar
Ambitie afdwingen
Ik was ooit het soort student voor wie de langstudeerboete waarschijnlijk was bedoeld. Van drie studies maakte ik er slechts één af, uren die ik moest doorbrengen bij hoorcolleges spendeerde ik doorgaans in rond het universiteitsterrein gelegen koffiebars en voor een hip feestje liet ik met liefde een tentamen schieten. Als na jaren het einde van de studiefinanciering niet in zicht was gekomen, was ik nu waarschijnlijk nog bezig geweest met het in mijn hoofd stampen van Middeleeuwse kathedralen en de kenmerken van het Russisch constructivisme. Ik herinner me nog goed hoe verbaasd ik was toen ik in mijn laatste studiejaar opeens nachtenlang als een Duracell-konijn doorhaalde boven mijn boeken en er in recordtijd een scriptie uitramde: dit was léuk! En ik was er nog eens goed in ook!
Wat ongetwijfeld meespeelde in mijn situatie, en die van mijn toenmalige studiegenoten, was dat het geen crisis was. Soms deden we ergens een stage of gingen we een semester naar Berlijn – waar de feestjes beter waren. Ons idee over wat er in ná die studie moest gebeuren was in nevelen gehuld. Het zou wel goedkomen. Waar onze ouders begin jaren tachtig hun studies eindeloos rekten omdat je er gevoeglijk van uit kon gaan dat je, titel of geen titel, keihard in de bijstand terecht zou komen, wisten wij zeker dat er vast wel ergens iemand stond te trappelen om ons een chill baantje te geven. Het was een ruw ontwaken.
Dat de langstudeerboete nu toch van de baan is, is een zegen voor de gestresste studenten van 2012. Deze generatie is zich terdege bewust van de staat van de economie, van het gebrek aan banen en van het begrotingstekort – zaken waar zij geen schuld aan hebben.
"Ik ken niemand die zit te lanterfanten," zei een studente culturele antropologie die ik onlangs sprak, "mensen nemen hun studie echt wel serieus." Ze moeten wel. De langstudeerboete was een straf bedoeld voor de generatie die hen voorging, voor lanterfantende studenten zoals ik. Met het afdwingen van ambitie is niets mis, maar de huidige studenten hebben deze stok achter de de deur niet nodig.
En toch, het is crisis. Neem het ervan, zou ik tegen ze willen zeggen. Rek die studie zo lang mogelijk, doe elke uitwisseling die je kan verzinnen, en als je over een jaar of zes dan toch eindelijk 'MA' achter je naam mag zetten is er hopelijk ergens een baantje voor jullie. Misschien.
Door Sanne Rispens
De Hofstad
Jij ziet groen, ik zie rood
De komende weken zullen we weer met ingehouden adem toekijken hoe onze politieke vertegenwoordigers proberen om compromissen te sluiten. Zoals Samsom gisteren zei aan het einde van hoofdstuk 1: "Dit is geen begroting van de VVD of van de PvdA. Dit gaat altijd met het nodige geven en nemen gepaard." Onze coalitiepolitiek dwingt de politici tot samenwerking. Maar hoe realistisch is dat?
Binnen de filosofie bestaat een gedachte-experiment dat de vinger op de zere plek legt. Stel dat we een persoon, noem hem Barry, ’s nachts opereren aan zijn ogen en ervoor zorgen dat hij voortaan alle kleuren van het menselijk spectrum andersom ziet: rood wordt groen, wit wordt zwart, enzovoorts. Maar daar laten we het niet bij. We hypnotiseren de arme Barry ook en leren hem dat hij zijn taal moet aanpassen, en dat hij de kleur groen voortaan ‘rood’ noemt. De volgende dag wordt Barry wakker, doet de gordijnen open, ziet een rood grasveld, en zegt tegen zijn vrouw: “Wat een mooi groen gazonnetje.” Barry’s vrouw knikt met een liefkozende glimlach, maar zal er nooit achterkomen dat hij de wereld op een compleet andere manier ziet dan zij. Niemand zal daar achter kunnen komen, omdat we niet in Barry’s hoofd kunnen kijken.
Dit soort gedachte-experimenten vormt een relativering van de Westerse medische wetenschap, waarbinnen artsen door het stellen van vragen via symptomen naar een sluitende diagnose trachten te komen. Waar het ons ook op wijst, is een pijnlijke tekortkoming voor menselijke samenwerking. Binnen de liefde, de vriendschap en het werk zullen we elkaar nooit helemaal begrijpen.
Maar deze worsteling heeft ook iets moois. De mislukte en min of meer geslaagde pogingen om met elkaar samen te leven, zijn de belangrijkste onderwerpen voor romanschrijvers. Samsom en Rutte kunnen ook niet in elkaars hoofd kijken, maar juist daardoor zijn hun onderhandelingen zo fascinerend. Ziet Rutte eigenlijk een rood akkoord, dat hij ‘groen’ noemt? Kijkt Samsom stiekem al vooruit naar de volgende verkiezingen, naar Samsom-I? Je weet het niet.
Nederland is een land van control freaks, en juist daarom word ik zo vrolijk van dit onvermogen. We denken dat we alles kunnen beheersen, tot de gedachten van relschoppers aan toe. Dit is de grootste vergissing van de welvaartsstaat. Ik zeg: pak wat popcorn en kijk geamuseerd toe.
Door Rutger Lemm
Nieuws in Beeld
Ver weg
It don't mean a thing...
...if it ain't got that swing. Obama en Romney ballen hun retorische vuisten in aanloop naar het eerste Presidentiële Debat, dat vanavond wordt gehouden (03:00 Nederlandse tijd). Hoewel Obama duidelijk Swing State Advantage heeft afgedwongen – in Ohio loopt Romney negen procentpunten achter – is het de vraag of hij zijn daverende succes uit 2008 weet te herhalen.
Obama oefent zijn uppercut in een heus debatkamp in Nevada, waar hij een driedaagse cursus volgt over zijn rivaal. Zijn team heeft zich op een collectie Romney-tapes gestort, om strategische maneuvres uit te destilleren en Obama van advies te voorzien. Romney heeft in Vermont zijn republikeinse rechtse hoek uitgeprobeerd op zijn persoonlijke Obama stand-in, Senator Rob Portman, die hem in een schijndebat van democratische repliek heeft gediend. Obama heeft van zijn team te horen gekregen zich te concentreren op toegankelijkheid; Romney moet er vooral voor zorgen sympathiek over te komen.
Maar doet het debat er wel toe? Huffington Post weet al zeker dat Obama er op 6 november met de grote prijs vandoor gaat, want wie de poll van Swingstate Ohio domineert, kan de beker niet ontgaan. Toch zou ik de huid van de beer niet verkopen voordat het beest geschoten is. Nu is het misschien Romney die met zijn typering van hulpbehoevende Obama-supporters als klaplopers zijn eigen ruiten ingooit, maar Obama staat met zijn economische beleid en de tegenstrijdige verklaringen over de aanval in Libië zeker nog niet op het droge.
Ondertussen poetst de ringmeester de bel voor de laatste gevechten en leurt Romney bij de zwevende kiezers: jongeren en Spaanstaligen. In de drie presidentiële debatten die komen, kan hij het zich niet meer veroorloven 'off the cuff' te spreken. Het wordt tijd dat hij zijn ware kleuren toont en ik hoop dat een goed voorbereide Obama hem daarbij maar al te goed van dienst zal zijn.
Door Esther Wertwijn
Machtige Media
Vallende Sterren
Er zijn van die dingen waar je het liefst helemaal niets mee te maken zou hebben maar waar je helaas toch onvermijdelijk mee wordt geconfronteerd. In de categorie kauwgom onder je schoenen, overvolle treinen en het beleid van Halbe Zijlstra: televisieprogramma’s waarin BN’ers een kunstje doen. Van vrijwel elk programma waarin vroeger ‘gewone’ Nederlanders zaten, hebben de De Mollen en Oerlemansen gedacht: dat kan ook met Sterren. (Sterren moet je daarbij ruim nemen: Jody Bernal is een Ster, Monique Smit, de zus van, ook.)
Wat Sterren zoal ‘kunnen’: hun kennis tentoonspreiden (De Slimste Mens), door labyrinten rennen (Wie is de Mol?), stijldansen (Strictly come Dancing), kunstschaatsen (Sterren Dansen op het IJs) en recentelijk dan ook schoonspringen. Als je nog niet eerder hoorde van Sterren Springen, laat het idiootgeniale concept dan even tot je doordringen: Bekende Nederlanders (als terror Jaap en Kleine Viezerik) klimmen huiverend een heel erg hoge duikplank op, begeleid door commentaar van Gerard Joling, en krijgen vervolgens punten voor hoe knap en elegant ze in het zwembad terechtkomen. De meesten kunnen er niets van, dat is de hele lol ervan. Patty Brards ‘dodensprong’, leedvermaak in z’n puurste vorm, is een YouTube-hit.
Als je dit ziet en ook denkt “in een wereld waarin we dit massaal leuk vinden wil ik niet leven”, dan is er slecht nieuws: Reinout Oerlemans gaat het format aan andere landen verkopen. En die andere landen schijnen, zeker zodra ze Patty zien, dolenthousiast te zijn.
Kunnen we dit niet stoppen? Is het niet al erg genoeg dat Nederland Big Brother over de wereld heeft verspreid? Zit onze koopmansgeest zo diep verankerd dat we al onze wanproducten willen slijten, als er maar een markt voor is? Ja, Sterren Springen is even grappig, maar op de manier dat een McDonald's maaltijd even lekker is. Daarna: schaamte, leegte. Variërend op Hirsch Ballin zou ik Oerlemans willen zeggen: “Doe dit de Sterren niet aan, doe dit de mensheid niet aan.”
Volgens Gerard Joling zal het moeilijk zijn nieuwe Sterren bereid te vinden om de duikplank te betreden. Maar waarschijnlijk is het blik met Sterren even onuitputtelijk als hun aandachtsdrang. Hoe dieper hun carrière in het slop zit, hoe hoger (of lager) ze willen springen. Dat zal elders hetzelfde zijn als hier. En zo vult het primetime slot zich wereldwijd met buitelende Sterren. Tot zelfs de meest argeloze kijker in de binnenlanden van Oezbekistan aan zijn vrouw vraagt "waar kijken we vanavond naar?" en als antwoord krijgt: "Vallende Sterren."
Door Emy Koopman