De wereld staat in brand en dat mag niet onbeschreven blijven. Goed nieuws in een tijd van noodlijdende kranten?
Steenrijke tech entrepreneurs hebben een nieuwe hobby gevonden: oud papier. In maart 2012 kocht Facebook mede-oprichter Chris Hughes het politieke weekblad The New Republic; afgelopen maandag werd bekend gemaakt dat Amazon-oprichter Jeff Bezos de Washington Post had gekocht voor slechts $250 miljoen. Een bedrag dat gelijk staat aan één procent van zijn vermogen, of de waardefluctuatie van zijn aandelenportefeuille in een rommelige beursweek. Een nobrainer.
Goed nieuws in een tijd van noodlijdende kranten? Dat zou heel goed kunnen. Het blijft pijnlijk als oude media enkel gered lijken te kunnen worden met nieuw geld, maar de legendarische krant draaide jaarlijks een verlies van $50 miljoen dollar, dus verkoop (of faillissement) was onvermijdelijk. "[It] survived Nixon, but not the Internet" pruilde WashPo's bekendste journalist Bob Woodward in The Daily Beast.
De aankoop was verrassend en werd amper toegelicht, dus over Bezos' motivatie wordt nu druk gespeculeerd. Hij beloofde de redactie geen inhoudelijke bemoeienis (uiteraard), maar cynici noemen de aankoop een 'rijkeluisspeeltje', of denken dat Bezos hiermee politieke invloed probeert te winnen in DC.
Vooralsnog lijkt hij (nog) geen wolf in schaapskleren te zijn, maar een oprechte weldoener met een goede reputatie en veel geduld. Voormalig hoofdredacteur van de WashPo Leonard Downie geeft Bezos in ieder geval het voordeel van de twijfel.
Ik laat mijn fantasie de vrije loop: zou het niet fantastisch zijn als binnenkort in Nederland eenzelfde reddingsactie plaats vindt? Dat een rijke, goedwillende Hollandse nerd op een dag NRC Media wegkaapt van Egeria en Derk Sauer en de hoofdredactie de laan uitstuurt? Vervolgens gaat die vreselijke Lux-bijlage op de schop, verdwijnen de Rolex-advertenties in de prullenbak, wordt de redactie uitgebreid en kan er weer goede, 'ouderwetse', inhoudelijke journalistiek bedreven worden. Zonder hete adem van aandeelhouders in de nek. Een nobrainer.