De wereld staat in brand en dat mag niet onbeschreven blijven. De nieuwe feministen hebben het over harige oksels en mannenhaat of laten zoveel mogelijk naakt zien. Miriam vraagt zich af of ze zich nog wel feminist mag noemen.
‘Jij bent toch feminist?’ vroeg een kennis me op neutrale toon.
Mijn antwoord liet te lang op zich wachten, zag ik aan zijn frons. ‘Eeeh, ik denk het wel…?’
Feminisme is voor mij vanzelfsprekend, zoals lief zijn voor je ouders. Je bent het omdat het ‘juist’ is, maar je hoeft daar verder niet over te lullen. Maar weet ik eigenlijk wel wat feminisme tegenwoordig inhoudt?
Tegen de definitie ‘maatschappelijke en politieke stromingen of bewegingen die ongelijke (machts-)verhoudingen tussen mannen en vrouwen kritisch analyseren en vrouwenemancipatie nastreven’ - zoals Wikipedia het stelt - is weinig in te brengen. Al ben ik niet dagelijks bezig met kritische analyses; vrouwenemancipatie streef ik uiteraard na.
Maar dan feminisme anno 2015, of beter gezegd: de uitingen van popcultuur-feminisme zoals ze zich aan mij presenteren. Beyoncé die tijdens een tour wijdbeens poseert voor de manshoge letters FEMINISM, met die eeuwige windmachine op stand 3. Lena Dunham die in ‘Girls’ onnodig veel bloot laat zien in scenes waar dat niets toevoegt. Taylor Swift die een mening heeft over anticonceptie. De ‘free the nipple’-beweging die pleit voor het recht op tepels op Instagram. Is dat nu werkelijk hét gezicht van feminisme anno nu? Ik vind het makkelijk scoren, oppervlakkig en daarnaast te westers-georiënteerd. Ben ik nu ‘af’?
In Trouw werd deze week aangekondigd dat ‘de nieuwe feministen’ eraan komen. Met uitroepteken, dus ik ging ervoor zitten. Ik was benieuwd naar de nieuwigheid en verwachtte op z’n minst pittige statements; over de toename van vrouwonvriendelijk gedrag op straat, de schokkende verkrachtingscultuur in India, of besnijdenissen die ook in Nederland schijnen plaats te vinden. Dingen die vrouwenemancipatie nog veel meer in de weg zitten dan een salarisstrookje.
De geïnterviewden - drie vrouwen die onderdeel zijn van ‘Het F-boek, feminisme van nu in woord en beeld’ dat gisteren verscheen - zijn opvallend genoeg alledrie pas 24; wat dat betreft dus zeker ‘nieuw’. Sussend verklaren ze dat er geen programma’s of pamfletten zijn. Geen loodzware Le Deuxième Sexe, gewoon anything goes feminisme zonder dogma’s.
’Ik ben nu twee jaar feminist’ zei één, op een manier waarop anderen zeggen dat ze vegetariër zijn of aan paardrijden doen. Er werd hiephoi gezegd en gebabbeld; over werkverhoudingen, okselhaar (‘Waarom vind je dat vies?’), over dat we mannen niet hoeven te haten. Absoluut nog steeds belangrijk, net zoals lol maken, maar waarom las ik niets over situaties waarbij veiligheid, leven en clitoris van de vrouw op het spel staan? Waarom geen overtuigend alternatief bieden voor over het paard getilde popsterren zonder broek, die mij toeblaffen dat ik vooral mijn vrouwelijkheid moet vieren? Kom op nieuwe feministen, geef me vuur! Toon mij die absolute urgentie!
Ik weet het: ik kan mijn teleurstelling over het nieuwe feminisme niet op drie individuen in één te kort interview afschuiven. Maar je zou toch denken dat je als nieuwe feminist in zo’n interview alles uit de kast trekt; van de hoogste toren blaast, je zwaard trekt en de brandhaarden benoemt? Laat zíen dat feminisme anno nu veel meer is dan popcultuur.
Over feminisme hoef je niet eindeloos te ouwehoeren en het is ook geen hobby. Het feminisme waar nu echter het meest over geluld wordt, is voor mij ontoereikend, vluchtig en weinig urgent. Ik wil niet alleen maar een popster zonder broek, niet slechts een vrolijk activisme. Ik wil meer dan gebabbel. Ben ik eigenlijk wel een feminist?