In Ladri di biciclette (Fietsendieven, 1948) krijgt Antonio Ricci in tijden van grote werkeloosheid een baan. Het enige wat hij daarvoor nodig heeft, is een fiets. De lakens worden verkocht om er een aan te kunnen schaffen. Op de eerste werkdag wordt het ding echter gestolen, en Ricci begint aan een onmogelijke zoektocht naar zijn rijwiel, en zijn geluk. (De film is in zijn geheel op Youtube te bekijken)
Emy: Een film uit de tijd voordat het fietsslot uitgevonden werd.
Noor: De regisseur Vittorio de Sica heeft het vak filmmaken wel goed begrepen. De fiets is het object of desire: een hoofdpersonage moet verlangen naar iets (of iemand), wat hij of zij nog niet heeft, en dat dan gedurende de film zien te krijgen. Dat is eigenlijk waar een filmverhaal op drijft.
Emy: Het was ook niet zomaar een object of desire, geen liefje ofzo, die fiets was letterlijk van levensbelang. En precies op het moment dat je begrijpt hoe belangrijk de fiets voor Antonio is, en je Antonio ook echt sympathiek bent gaan vinden, wordt de fiets gestolen!
Noor: Ik wilde zo graag dat hij zijn fiets terugkreeg, ik leefde helemaal met hem en zijn belachelijk lieve zoontje mee.
Emy: Ik ook, ik had er zo’n kind-voor-een-poppenkast gevoel bij: "Nee, Antonio, achter je!" Ik heb hardop "Oh nee!" geroepen. Wat een mooie lach had die acteur ook, niet zo’n Hollywood-grijns, maar een 'ik-weet-niet-welk-geluk-me-nu-overkomt-en-ik-ben-bang-dat-het-elk-moment-voorbij-kan-zijn'-lach.
Noor: Ik vond Antonio best wel op Don Draper lijken. En de acteurs zijn dus allemaal ‘echte’ mensen hè, geen acteurs. Dat hoort bij het Neorealisme, de stroming waar deze film ook onder valt: vooral Europese filmmakers wilden in deze naoorlogse periode het echte leven laten zien, en geen opgepoetste werkelijkheid. Dus werd er gefilmd op bestaande locaties en werden er onervaren mensen ingezet als acteurs.
Emy: Dat werkte goed, het zag er realistisch uit zonder dat het amateuristisch werd. Maar hé, over Don Draper gesproken, waar blijft Rutger?
Rutger: Hé jongens, sorry dat ik zo laat ben. Ik had - serieus - een lekke band. En ik had al zo’n rotdag, omdat ik geld van mijn eigen spaarrekening moest lenen omdat een opdracht toch minder goed betaald werd dan ik dacht. Dus ik kan het me niet veroorloven om naar de fietsenmaker te gaan.
Emy: Wat een ellende! De crisis begint voelbaar te worden?
Rutger: Ja, maar toen dacht ik aan The Bicycle Thieves en voelde ik me beter.
Emy: Downward social comparison? Of heb je er nuttige tips uit kunnen halen wat je moet doen tijdens financiële misère?
Rutger: Nou, volgens mij was de les van de film dat je je helemaal kunt verliezen in de verkeerde doelen. Je wilt geluk, dus wil je geld, dus wil je een baan, dus wil je een fiets. Maar voor je het weet focus je je volledig op je gestolen fiets en zie je niet eens meer hoe lief je zoontje is!
Noor: De fiets was van het merk Fides: dat betekent zoveel als geloof en trouw. Daar ging het volgens mij vooral over, over dat vastklampen aan je overtuigingen. Maar dat mislukte jammerlijk op het einde, wat een slotscène!
Emy: Ik interpreteerde de keuze voor die naam als ironie: Antonio verliest zijn Fides al snel, probeert van alles om ‘m terug te krijgen, maar steeds de verkeerde dingen. Waarbij hij inderdaad, zoals Rutger zegt, het meest waardevolle, dat wat hij het meest trouw had moeten zijn - zijn zoontje - uit het oog verliest.
Rutger: Ik denk wel eens: wat is onze economie toch een raar ruilsysteem. Je moet carrière maken, waarbij je steeds betere banen krijgt, maar dus ook meer stress, maar je kunt ook beter uitrusten op een duurdere vakantie. Je ziet je vrouw niet veel, maar als je haar ziet kun je haar meenemen naar een heel goed restaurant? Wat is dat voor vreemde deal? Uiteindelijk bereik je niets.
Noor: Is het dan allemaal voor niks geweest: zijn we weer aanbeland bij hetzelfde pessimisme?
Emy: Ik weet niet of ik dit een eerlijke vergelijking vind. Het koppel in de film moest zelfs de lakens van hun bed verkopen om een fiets te kunnen halen, om simpelweg eten op tafel te krijgen. Dat is toch wat anders dan werken opdat je in dure restaurants kunt eten.
Rutger: Ja ok, ik ben een verwende hond, maar het gaat om hetzelfde: je offert je persoonlijke geluk op voor een beetje materiële bevrediging. Je vergeet waar het werkelijk om draait.
Noor en Emy: Waar dan om?
Rutger: De liefde! Goede grappen! Een lentewandeling! Creativiteit! Familie! Clichés! Alle dingen die je niet met je Eurocard/Mastercard kunt kopen.
Noor: Nee inderdaad, dat heeft de mensheid echt al ver gebracht. Je bent echt een verwende hond Rutger. Ik wil geld verdienen, anders ben ik ongelukkig.
Emy: Laat ik maar niet beginnen over Rutgers appartement aan de gracht...
Rutger: Rutgers SOCIALE HUURWONING aan de gracht.
Noor: Ik woon momenteel in het grachtenpand van mijn moeder. Ik ga haar zo mailen omdat ik deze maand de huur niet kan betalen.
Emy: Ik woon in een huis met muizen, kakkerlakken, lekkages, en huisgenoten met een hoorbaar actiever seksleven dan ik. En het staat niet eens aan een gracht. Ik kan er niet weg omdat je hier pas na meer dan twaalf jaar inschrijving een sociale huurwoning kunt krijgen.
Rutger: Ach, liever hier dan in Italië. Wat is dat toch een raar land. Totale chaos, en toch zo mooi. Die scène waarin Antonio belaagd werd door al die mannetjes in ‘hun’ buurt, was echt typisch Italiaans. Iedereen is kalm en mooi en verontwaardigd en onredelijk tegelijk.
Noor: En corrupt en macho. Zo iemand willen ze dan ook aan het hoofd van hun land hebben staan.
Rutger: Ik wilde altijd al met een Italiaanse naar bed. Twee zomers geleden lukte het. Het was fantastisch, maar na afloop was het meteen drama. Ze wilde me nooit meer zien nadat ik mailde dat ik ons ‘avontuur’ zo mooi vond. “I am no adventure! I am a woman!” Pfff...
Emy: Dat soort Don Draper-verhalen negeer ik even, Rutger. Beppe Grillo brengt misschien verandering? Ik las net dat de kamerleden van zijn partij 75% van hun loon in een fonds voor door de staat gedupeerde kleine ondernemers willen storten.
Rutger: Beppe is ook niet echt een groot licht hoor.
Emy: Is er dan helemaal geen hoop meer? In de film zag je heel mooi waar Italianen - en misschien mensen in het algemeen - in crisistijd op terugvallen: het geloof en het bijgeloof. De waarzegster verdiende het meest van iedereen. Ik ga dat serieus als carrièreswitch overwegen.
Rutger: Ik las dat nu in Nederland een miljoen mensen aan yoga doen. Er gaan bovendien elk jaar meer mensen naar de film.
Emy: Ah, dat verklaart waarom ik ineens allemaal vriendinnen hoor zeggen dat ze een opleiding tot yogalerares aan het volgen zijn.
Noor: Yoga, waarzeggerij, films: mensen voor de gek houden, daar valt inderdaad wel geld mee te verdienen. Alleen vind ik films maken dan een stuk oprechter, dat pretendeert ten minste niet de waarheid in pacht te hebben, slechts verschillende waarheden te laten zien.
Rutger: Ja! Laten we films kijken tot de crisis voorbij is.
Emy: En lentewandelingen maken.
Noor: Goed idee! Betalen jullie dan mijn huur?