Asset 14

De snor van meester Theo

De snor van meester Theo

Omdat snorren blijven intrigeren, verwennen we je vandaag met een Hard//hoofd-klassieker. In dit korte verhaal van Bart Kuipers verandert meester Theo in een onweerstaanbare seksgod door zijn snor af te scheren. Als dat maar goed gaat!

Zijn snor moest wel verschrikkelijk prikken, want meester Theo had geen vrouw en mijn moeder zei dat dat door die snor kwam.

Sinds ze dat had gezegd kon ik me nog maar moeilijk concentreren in de klas. Ik keek de hele tijd naar de zwarte haren die uit de bovenlip van meester Theo staken als spelden uit een speldenkussen. Als de meester sprak bewoog de snor grappig op en neer en als hij lachte, krulde de snor mee met zijn bovenlip. Als hij schreeuwde ving de snor de kleine beetjes spuug op die uit zijn mond kwamen. ‘s Ochtends gaf meester Theo de snor koffie te drinken en in de pauze kreeg de snor de boter van zijn boterhammen.

Op een dag was de snor weg. Ik stond op mijn moeder te wachten bij het fietsenhok. Meester Theo was bezig zijn tas achterop te binden.
‘Waar is uw snor?’ vroeg ik.
‘Hij werkt niet,’ zei meester Theo. ‘Ik dacht het door mijn vroege kaalheid kwam, maar iedereen zegt dat het aan mijn snor ligt.’
‘Mijn moeder ook.’
‘Zie je wel.’
‘Ze zegt ook dat u zonder snor een aantrekkelijke man bent.’
‘O ja?’
‘Een seksgod.’
‘Een seksgod?’
‘Dat zei ze aan de telefoon. Ze denkt dat ik het niet hoor als ze in haar slaapkamer zit, maar ik hoor alles.’

Toen ik die zaterdag thuiskwam van voetbal zat meester Theo opeens naast mijn moeder op de bank. Hij doopte een speculaasje in een kop koffie. Zijn kale bovenlip was net iets witter dan de rest van zijn gezicht. Hij zat er de hele tijd nerveus aan te plukken, alsof hij vergeten was dat hij geen snor meer had. Het gepluk werkte blijkbaar aanstekelijk, want mijn moeder zat de hele tijd aan haar zwarte krullen en lachte heel hard en hoog bij alles wat meester Theo zei.

‘Je vindt het toch niet erg als Theo blijft eten?’ vroeg mijn moeder en ik schudde mijn hoofd. Ze had drie gangen gekookt. Meestal had ze al moeite met eentje. We aten vaak patat met mayonaise, want dat was makkelijk. Soms zei ik: ‘niet wéér patat met mayonaise,’ maar dan zei mijn moeder: ‘sommige jongetjes zouden een moord doen om zo vaak patat te eten.’

‘Je vindt het toch niet erg als Theo blijft slapen?’ vroeg mijn moeder toen we eindelijk van tafel gingen. Ze had allemaal rode vlekken op haar lippen van de wijn. ‘Anders moet hij helemaal terugrijden naar Amsterdam.’ Meester Theo kwam dus uit Amsterdam. Mijn moeder had een keer gezegd: ‘Amsterdam is een verdorven plek, en heus niet alleen omdat je vader daar nu woont.’

De volgende ochtend kon ik niet onder de douche omdat mijn moeder en meester Theo er samen onder stonden. Ze deden er een eeuwigheid over en mijn moeder lachte weer de hele tijd zo hoog.

Op school kregen we een invaller.
‘Waar is meester Theo?’ vroeg Clara. Ze stelde altijd van die irritante vragen, over dingen die ik allang wist.
‘Dat weet ik niet,’ zei de invaller. ‘Waar waren jullie gebleven met rekenen?’
‘Hij staat bij ons thuis onder de douche,’ zei ik.
‘Echt?’ vroeg Clara.
‘Echt?’ vroeg de invaller.
‘Samen met mijn moeder. Ze vindt hem een seksgod.’
De andere kinderen lachten, maar de invaller niet. Die zei: ‘dat soort woorden hoor je niet te gebruiken in de klas.’

Een paar dagen later stond er voor onze klas opeens een ander. Juffrouw Gerdwien.
‘Waar is meester Theo?’ vroeg ik.
‘Meester Theo geeft nu les aan de zevende groep.’
‘Waarom?’
‘Dat is beter,’ zei juf Gerdwien, ‘voor jou en voor de anderen.’
Ik miste meester Theo en zijn snor. Juf Gerdwien had wel haar op haar bovenlip, maar een snor kon je het niet noemen.

In plaats van in de klas zag ik meester Theo nu aan de keukentafel met een glas wijn of een glas bier in zijn hand. Soms stonden zijn schoenen onder de kapstok. Hij had nieuwe gekocht samen met mijn moeder, van die gelakte met een lange punt eraan.

‘Hoe zou je het vinden als Theo hier komt wonen?’ vroeg mijn moeder op een avond. ‘Je moet alleen ja zeggen als je het echt wil, anders mag je ook nee zeggen.’
Mijn moeder noemde hem Theo, maar ik kende geen Theo, alleen meester Theo. Met snor en zonder gelakte schoenen.
‘Mag ik dan gewoon meester Theo zeggen?’
‘Nee, thuis moet je hem Theo noemen, zoals je papa “papa” noemde.’
‘Dan wil ik het niet.’
‘Weet je het zeker?’ vroeg mijn moeder. ‘Je mag er ook nog best een nachtje over slapen.’ 
Ze keek me aan zoals toen ze had verteld dat papa een tijdje ergens anders ging wonen, alsof ze het heel erg vond voor mij, terwijl ze zelf bijna moest huilen.
‘Dat hoeft niet,’ zei ik.
 Ze bleef nog even staan, alsof ze verwachtte dat ik nog iets zou zeggen, maar ik had alles al gezegd.

Die avond aten we patat met mayonaise. Meester Theo zat niet bij ons aan tafel en mijn moeder was de hele tijd aan het zuchten bij alles wat ze deed.
‘Waarom zucht je zo?’ vroeg ik.
‘Eet je patat nou maar.’
Na het eten ging ze meteen naar haar slaapkamer. Ze zat heel lang aan de telefoon. Dat had ze niet meer gedaan sinds meester Theo voor het eerst aan onze keukentafel was verschenen. ‘Felix wil het niet,’ hoorde ik haar tussen twee zuchten door zeggen, ‘maar ik denk dat Theo mijn soulmate is.’
Soulmate, daar had ik nog nooit van gehoord. Het klonk een beetje als een stuk speelgoed. Zou mijn moeder meester Theo een stuk speelgoed vinden?

‘Ik heb jullie gemist,’ zei meester Theo toen hij ons lokaal binnenkwam, maar het klonk niet alsof hij het meende. Meer alsof hij het van tevoren had ingestudeerd. Hij had nog steeds geen snor en droeg dezelfde rare puntschoenen. Als hij koffie dronk likte hij de koffie van zijn kale bovenlip en de boter van zijn boterhammen at hij gewoon op. Hij kwam ook bijna niet meer aan mijn tafeltje. Als ik mijn vinger opstak deed hij net alsof hij buiten opeens een zeldzame vogel zag, of een luchtballon, ook als er helemaal geen zeldzame vogel of luchtballon te zien waren.

In de pauze zat hij aan de rand van de speelplaats en at een boterham met kaas. Hij deed net of hij in de krant verdiept was toen ik naast hem kwam staan.
‘Fijn dat u weer terug bent.’
Hij keek op.
‘Ik begrijp het wel,’ zei hij, zonder uit te leggen wat hij precies begreep.
‘Mijn moeder mist je,’ zei ik. ‘Ze zegt dat je haar soulmate bent.’
‘Ik mis haar ook.’
‘Wat betekent dat, soulmate?’
Meester Theo kauwde extra lang op zijn hap.
‘Het betekent,’ zei hij en slikte de hap door, ‘dat je voor elkaar gemaakt bent.’

Toen ik thuiskwam zat mijn moeder op de bank voor de tv met een fles wijn en de gordijnen dicht. Ze zag eruit alsof ze daar de hele dag al zat.
‘Meester Theo is terug, maar hij is meester Theo niet meer,’ zei ik.
Mijn moeder glimlachte naar me. Haar tanden waren rood van de wijn. ‘Dat komt wel weer,’ zei ze.
‘Hij zegt dat hij je mist.’
Ik zat naast haar en we keken naar twee mensen die samen een hele grote bruidstaart over een drijvend vlot naar de overkant van een zwembad moesten brengen. Ik hoopte dat ze in dat zwembad zouden vallen, maar dat gebeurde steeds net niet. Daarna zapte mijn moeder naar een man met zilvergrijs haar die een blonde vrouw in een rode jurk kuste. Ik liep naar de tv en zette het geluid uit.
‘Wat doe je?’ vroeg mijn moeder.
‘Is meester Theo jouw soulmate?’
‘Daar wil ik het niet over hebben.’
‘Meester Theo zegt ...’
‘Ik wil het niet meer over meester Theo hebben.’
‘Ik wilde alleen maar zeggen, dat meester Theo hier best mag wonen, als hij jouw soulmate is.’
Mijn moeder was stil. Op de tv was vioolmuziek te horen. De man met het zilvergrijze haar en de blonde vrouw lagen nu in bed en rookten een sigaret.
‘Weet je dat zeker?’ vroeg mijn moeder. 
Ik knikte.
 Ze stond op en liep naar me toe. Ze had moeite om recht te lopen, maar ze kwam toch en ze omhelsde me. Toen begon ze te huilen.

Een paar dagen later zat meester Theo weer bij ons aan de keukentafel. 
Mijn moeder had een cake gebakken die niet helemaal gelukt was, maar wel heel lekker smaakte.
‘Dit is de beste cake die ik ooit heb gehad,’ zei meester Theo.
‘Stel je niet aan,’ zei mijn moeder.
 Ik zei niks, maar ik keek naar de bovenlip van meester Theo. Er staken kleine zwarte haartjes uit. Het was nog geen snor, maar het zou niet lang meer duren.

Mail

Bart Kuipers is een aspirant wereldverbeteraar, parttime pessimist en overtuigd romanticus die schrijft en woont in Berlijn. Voor meer zie www.bkuipers.nl.

Wies van der Velde is maker en illustrator, wonend en werkend in Utrecht. Haar werk kenmerkt zich door het gebruik van diverse materialen, wat resulteert in een gevarieerd beeld.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
test
het laatste
Even zweven de levende wezens

Even zweven de levende wezens

Voor Hard//hoofd dicht Pim te Bokkel over de verschillende facetten van water: de kalmte en geborgenheid ervan, of juist de dreigende weidsheid. Dit is een voorpublicatie uit de bundel 'Even zweven de levende wezens' die op 16 januari bij uitgeverij Wereldbibliotheek verschijnt. Lees meer

Een echte vis

Een echte vis

In dit verhaal van Maartje Franken dreigt er meer dan alleen een storm. Kinderen gaan op zomervakantie in de regen, ontdekken een verzonken stad en proberen te documenteren zoals Bear Grylls. Lees meer

Lichamen en monden

Lichamen en monden

Hoelang blijf je toekijken? Wanneer dondert alles in elkaar? Waar zit de zwakke plek van passiviteit? Pieter van de Walle neemt je in dit kortverhaal mee als apathische visverzorger in een Berlijns aquarium. Lees meer

De Groep

De Groep

'Ik ben Jane en Kevin is een lul die te veel ruimte inneemt.' Amal Akbour schreef een verhaal over Jane, een narcistische jonge vrouw die voor het eerst deelneemt aan groepstherapie. Dit is een voorpublicatie van het verhaal dat Amal schreef als onderdeel van het Veerhuis Talentenprogramma. Lees meer

Auto Draft

Rooilijnen

Rik Sprenkels schrijft (als dichter en medewerker bij het Kadaster) over de beleidsregels achter de openbare ruimte: voor de gewone sterveling zijn ze onzichtbaar, terwijl ze wel veel invloed hebben op hoe hun wereld werkt en eruitziet. Lees meer

Verboden toegang 8

Verboden toegang

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. In woord én beeld dicht Maaike Rijntjes over iemand die terugkeert naar het bungalowpark waar die opgroeide. Lees meer

Momentum

Momentum

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. Sanne Lolkema dicht op drie levels over de prestatiemaatschappij: van micro-, naar macro- en mesoniveau. Lees meer

Herkauwen

Herkauwen

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. Tussen ongemak en walging in dicht Moni Zwitserloot over zowel baren als geboren worden: 'je kruipt uit je dode vel / naar buiten / de broeierige nacht in'. Lees meer

Podiumgeil

Podiumgeil

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. Birsu Tamer schreef een tekst voor een acteur die als het monster van Frankenstein diens publiek bespeelt. Lees meer

Handleiding

Handleiding

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. In 'Handleiding' schrijft Ettie Edens over eenzaamheid, identiteit en gezien willen worden - en over iemand die een muur van haar kamer verft en daar zo in doorslaat dat ze in de kamer verdwijnt. Lees meer

De serre

De serre

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. Johanna Loman schreef een verhaal over een jonge vrouw op een klimaatprotest: Wat als je wel moreel besef hebt, maar liever je kop in het zand steekt? Lees meer

Hertenkalf 2

Hertenkalf

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. Tessa van Rooijen dicht in dit vierluik over het aangaan van verbindingen en het dragen van een dood hertenkalf: 'jongens is het sexy om een dood hertenkalf in je lichaam te hebben?' Lees meer

De tondeuse

De tondeuse

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. Jana Flekken legt in fragmenten de band en rolverdeling tussen ouders en hun kind vast, en hoe die verandert wanneer een van de ouders ziek wordt. Lees meer

Mijn huid een rekbare grens (Frontaal)

Mijn huid een rekbare grens

Afgelopen zomer kregen tien aanstormende schrijftalenten de kans om deel te nemen aan het eerste Schrijverskamp van literair podium Frontaal. Onder begeleiding van verschillende schrijfcoaches werkten ze aan teksten rondom het thema Groen. De resultaten daarvan vind je deze week op Hard//hoofd. In dit drieluik bevraagt Isa/Isa Bob van Rooy de kaders die er gesteld zijn rondom onze natuurlijke wereld. Bestaat er eigenlijk wel een verschil tussen zelf en natuur, of tussen plant en organisme? Lees meer

Whisper Heart, The Movie

Whisper Heart: the movie

Hoe ver ga jij voor De Ware? Anne Sikma onderzoekt in dit bloedstollende verhaal de grenzen op tussen fictie en realiteit. Ben je er klaar voor? Lees meer

Voorland

Voorland

Hoe ga je om met de grote kans dat je, net als vele vrouwen in je familie, jongdementie zal krijgen? Yanaika Zomer bereidt zich voor in de vorm van een gedicht. Lees meer

Doorlaatbaar 1

Doorlaatbaar

Een jonge vrouw is mantelzorger voor haar moeder. Dit verhaal van Siska van Daele beschrijft de grens tussen hun binnen- en buitenwereld: binnen lijkt de tijd stil te staan, terwijl buiten alles doorraast. Lees meer

Lieselot 1

bloedbanen

‘Jij bént geen lijf, je hébt er een,’ stelt de therapeut in het buurthuis. Kan de ik-persoon geholpen worden? Met ‘bloedbanen’ won Sandro van der Leeuw de juryprijs van Het Rode Oor 2024, de erotische schrijfwedstrijd van Vlaams-Nederlands huis deBuren. Lees meer

Lieselot

Lieselot

Twee vrouwen in een verzorgingstehuis hebben een afspraakje - maar zal de ander wel komen? Met ‘Lieselot’ won Sanne Otten Het Rode Oor 2024, de erotische schrijfwedstrijd van Vlaams-Nederlands huis deBuren. Lees meer

Ondergang / Opkomst

Ondergang / Opkomst

Wat als Pangea opnieuw ontstaat en de wereld weer één land wordt? In haar beeldende gedichten fantaseert Sanne Lolkema over nieuwe en oude werelden, systemen en cirkels. Lees meer

Word vóór 1 februari trouwe lezer en ontvang Hard//hoofd magazine ‘Ssst’ in maart!

Hard//hoofd verschijnt weer op papier! In ‘Ssst’ verkennen we de (zelf)opgelegde stilte. Fluister je met ons mee? Word vóór 1 februari trouwe lezer voor slechts €2,50 per maand en ontvang in maart 120 pagina’s over de kracht, het geweld en de kwetsbaarheid van stilte op de mat. Veel leesplezier!

Word vóór 1 februari trouwe lezer