De vraag hoe we onze universiteiten dekoloniseren is niet nieuw, maar wordt wel steeds vaker gesteld. Grâce Ndjako onderzoekt wat schrijvers en denkers uit alle tijdperken hierover schreven en wat we van hen kunnen leren voor de toekomst.
Er is steeds meer aandacht voor de koloniale geschiedenis en de doorwerking ervan op de dag van vandaag. In Nederland zie je bijvoorbeeld de discussie rondom Zwarte Piet, en in de VS begonnen de Black Lives Matter-protesten, die de afgelopen zomer wereldwijd hebben plaatsgevonden. Het laatste zorgde ervoor dat mensen kritischer begonnen te kijken naar de verschillende manieren waarop kolonisten, slavenhandelaars en slaveneigenaren nog altijd worden geëerd met straatnamen of standbeelden die er van ze staan. De roep voor meer diversiteit en voor het dekoloniseren van belangrijke instituten zoals het onderwijs werd hierdoor ook steeds luider.
Deze geluiden zijn echter niet nieuw. Verschillende schrijvers, dichters en denkers uit de 20e eeuw pleitten in hun werken al voor een breuk met het koloniale verleden. De Afro-Amerikaanse schrijver en dichter Langston Hughes maakte deel uit van de Harlem Renaissance, een Afro- Amerikaanse culturele beweging uit de jaren 20 van de vorige eeuw. Hij schreef:
History
The Past has been a mint
Of blood and sorrow
That must not be
True of tomorrow
(Langston Hughes)
Diversiteit in het universitaire curriculum is een onderwerp waar we binnen de academische wereld nu al een paar jaar bij stilstaan. In 2016 kaartte het ‘Let’s do diversity report’ van de Diversity Commision van de Universiteit van Amsterdam het belang hiervan aan. De commissie stond onder leiding van onder andere Professor dr. Gloria Wekker en dr. Rosalba Icaza.
In dit rapport stelden de onderzoekers dat het belangrijk is om een diversiteit aan kennis aan te bieden om daarmee de academische tradities te verbreden. Die zijn namelijk nog altijd te zeer gericht op Europa en Noord-Amerika. Men zou zich binnen de universiteit bewust moeten worden van de manier waarop academische kennis wordt beïnvloed door historische omstandigheden, en de sociale impact daarvan.
De Westerse academie is intrinsiek met de koloniale geschiedenis verbonden
Deze omstandigheden zijn onder andere het slavernijverleden en het kolonialisme. Wanneer we terugkijken op deze periodes in de geschiedenis is het belangrijk dat we het systematische aspect ervan inzien. In het rapport zegt de Diversity Commison hierover het volgende: 'Coloniality was implemented through a system of social classification that assigned a superior position to Western European peoples and an inferior position to peoples of the South, peoples of color'. Slavernij en kolonialisme waren systemen van politieke en economische uitbuiting, die filosofisch en wetenschappelijk werden gerechtvaardigd.
Filosofische rechtvaardigingen van kolonialisme en slavernij vinden we terug in werken van denkers als John Locke, die via de Royal Africa Company belangen had in de slavenhandel. In zijn filosofische werk verdedigde hij zowel slavernij als de verovering van het land van de inheemse volkeren van Amerika. We kunnen ook denken aan denkers als Immanuel Kant en David Hume, beiden grondleggers van het wetenschappelijk racisme. We zien in Hegel’s boek Lezingen over de Filosofie van de Geschiedenis immers al het idee van de ‘mission civilisatrice’ waar het kolonialisme later door zal worden gekenmerkt. Het zijn koloniale denkers, en tegelijkertijd ook dé denkers die je bij een studie als Filosofie zult bestuderen.
De Westerse academie staat dus niet los van deze koloniale geschiedenis, maar is er intrinsiek mee verbonden. Vandaar ook dat de Botswaanse postkoloniale wetenschapper Dr. Bagele Chilisa zegt: 'An understanding of the values and assumptions about imperialism, colonization and globalization that inform Euro-Western research paradigms will enable you to appreciate and understand how Euro-Western methodologies carry with them an imperial power and how they are colonizing'.
Dit kolonialisme in de wetenschap zie je met name in ‘othering’ een term die de Indiase postkoloniale wetenschapper Gayatri Spivak omschrijft als een proces waarbij Westerse kennis verschillen creëert tussen het ‘zelf’ als norm en andere kennissystemen die inferieur zouden zijn. Tijdens het kolonialisme werden niet alleen bestaande politieke, sociale en economische systemen van inheemse volkeren vernietigd, het kolonialisme ging voor hen ook gepaard met het verlies van hun kennissystemen. 'This was a violent way of dismissing the indigenous people’s knowledge as irrelevant and a way of disconnecting them from what they knew and how they knew it.'
De schrijvers verzetten zich tegen Eurocentrische waarden en de gedwongen assimilatie
Vandaar dat het belangrijk is om deze koloniale waarden in het onderwijs te verwerpen, de deur ervoor te sluiten en open te staan voor andere kennissystemen en vormen van kennis.
In het volgende gedicht van Léon Damas, een van de dichters uit de Négritude-beweging, zien we een verwerping van het kolonialisme. De Négritude was een intellectuele en literaire stroming uit de jaren ‘30 en ‘40 van de 20e eeuw, die bestond uit zwarte schrijvers en dichters uit de Franse koloniën in Afrika en het Caribisch gebied. Zij waren ook beïnvloed door de Harlem Renaissance. De Négritude is een verwerping van het culturele kolonialisme. De schrijvers verzetten zich tegen Eurocentrische waarden en de gedwongen assimilatie tot deze waarden. Verder stonden ze vijandig tegenover de wetenschappelijke systematiek van Westerse denkers als Hegel en Descartes.
Pour sûr
Pour sûr j’en aurai
Marre
Sans même attendre qu’elles prennent
Les choses l’allure
D’un camembert bien fait
Alors je vous mettrai les pieds dans
Le plat
Ou bien tout simplement la main au collet
De tout ce qui m’emmerde
En gros caractères
Colonisation
Civilisation
Assimilation et la suite
En attendant vous m’entendrez
Souvent
Claquer la porte
(Léon Damas)
Kolonialisme, zogenaamde beschaving en assimilatie is hij beu. Hij smijt er de deur voor dicht. Dan een gedicht van de Afro-Cubaanse dichter Nicolás Guillén. Hij maakte deel uit van de Negrismo beweging, dit was een literaire beweging afkomstig uit de Spaanstalige Caribische landen. Ook deze beweging werd beïnvloed door de Harlem Renaissance. Guillén werd met name beïnvloed door het werk van Langston Hughes en had een nauwe vriendschap met hem.
What color?
Such a white soul, they say
That noble pastor had
His skin so black, they say
His skin so black in color
Was on the inside snow
A white lily
Fresh milk
Cotton
Such innocence
There wasn’t one stain
On his impeccable interior
In short, a handsome find:
“The Black whose soul was white”
That curiosity.
Still it might be said another way:
What a powerful black soul
That gentles of pastors had
What proud black passion
Burned in his open heart
What pure black thoughts
Were nourished in his fertile brain
What black love,
So colorlessly
Given
And why not,
Why couldn’t that heroic pastor
Have a soul that’s black?
A soul as black as coal
(Nicolás Guillén)
Het gedicht is een eerbetoon aan Martin Luther King jr. In het gedicht spoort Guillén ons aan om op een nieuwe manier naar concepten als zuiverheid, onschuld en liefde te kijken. Hij pleit voor een nieuw wereldbeeld waarin zwart niet geassocieerd wordt met het negatieve.
Het is belangrijk om, wanneer we meer aandacht besteden aan kennissystemen uit andere delen van de wereld, niet dezelfde koloniale mechanismen te reproduceren. Wetenschappelijk kolonialisme houdt namelijk ook in dat mensen tot onderzoeksobjecten worden gemaakt door Westerse wetenschappers. Chilisa formuleert het als volgt: 'The ideology of scientific colonization carried with it the belief that the researchers had unlimited rights of acces to any data source and information belonging to the population and the right to export data from the colonies for purposes of processing into books and articles'.
In ‘Peau noire, masques blancs’ schreef de Martinikaanse filosoof en psychiater Frantz Fanon: 'Déjà les regards blancs, les seuls vrais, me dissèquent. Je suis fixé'. Fanon typeert hier het effect van de witte blik, die de enige ware blik zou zijn, als een blik die fixeert. Bij het dekoloniseren van kennis is het daarom ook van cruciaal belang dat gekoloniseerden deze blik van zich afwerpen en met hun eigen ogen gaan zien. Dat zij zelf actief betrokken zijn bij het analyseren van de eigen situatie.
We moeten voorkomen dat de gekoloniseerde opnieuw wordt gefixeerd
De Franse filosoof Jean-Paul Sartre stelde dat het tijd is dat witte mensen beseffen dat zij niet alleen degenen zijn die zien, maar dat zij ook worden gezien. Dat hun blik er een is die bestaat naast andere blikken. Dit betekent verder dat de kennis die eruit voortkomt naast andere vormen van kennis bestaat. 'For, the white man has, for three thousand years, enjoyed the privilege of seeing without being seen. He was pure gaze; the light of his eyes drew everything out of its native shade; the whiteness of his skin was another gaze, was condensed light. The white man, white because he was a man, white as day, white as truth, white as virtue, lit up creation like a torch, revealed the secret, white essence of other creatures. These black men look at us today and our gaze is driven back into our eyes; black torches light the world in their turn, and our white faces are now just little Chinese lanterns swaying in the wind'.
We moeten voorkomen dat de nieuwe blik die gekoloniseerden op de wereld werpen, het antwoord dat zij geven op hun koloniale situatie en de zin die zij aan hun leven geven ondanks die situatie, opnieuw worden vastgehouden door Westerse wetenschappers en de Westerse academie. We moeten voorkomen dat de gekoloniseerde opnieuw wordt gefixeerd en dat de witte wetenschapper opnieuw een pure gaze wordt. Kennis wordt altijd door mensen voortgebracht, mensen die zich altijd in een politieke en historische context bevinden. De Westerse wetenschapper dient dan ook zijn/haar positionaliteit, en die van de kennis die hij/zij voortbrengt, kritisch te blijven bevragen.
Terugdenkend aan het gedicht History van Langston Hughes;
The Past has been a mint
Of blood and sorrow
That must not be
True of tomorrow
Om ervoor te zorgen dat we de sorrow van het verleden niet meenemen naar morgen, moeten we ervoor zorgen dat we de systemen en structuren uit het verleden, die hier de oorzaak van waren, vandaag herzien.
Beeld: Catcafe27 via Flickr