‘Papa, zijn mijn ogen al vierkant?’
Annika houdt haar hoofdje scheef, alsof de inspectie dan extra goed kan worden uitgevoerd. Onwillekeurig probeer ik een verschil waar te nemen; dat dat nergens op slaat wil slechts traag tot mij doordringen. Kan de vanzelfsprekendheid waarmee men de hele dag onzin aan zijn kroost verkoopt op den duur het eigen verstand aantasten? Mogelijk sterven na overmatig beeldschermgestaar enkele hersencellen af en voor conditie en karaktervorming zal het vast ook niet al te bevorderlijk zijn, zo leg ik mezelf uit, maar de vorm van je kijkers zal er echt niet door veranderen. Ik wil zeggen dat haar ogen amandelvormig zijn en blijven, maar dan zal ik moeten toegeven dat ik eerder heb gelogen en dien ik weer een nieuwe waarschuwing te verzinnen. Ik heb nog zeker een half uur nodig voordat ik al mijn tentamens heb nagekeken, dus laat ik de situatie vooral niet al te ernstig maken.
‘Ze beginnen de vierkantachtige richting op te gaan,’ diagnosticeer ik aarzelend, ‘maar twee Sesamstraatjes kunnen ze nog gerust aan hoor’.
Ik klik op Uitzending Gemist. Mijn dochter zakt verveeld achterover.
‘Maar ik ben zo moe. Ik heb genoeg televisie gekeken,’ zucht ze.
‘Lieverd, dat wil ik niet horen. In Afrika doen de kindertjes een moord voor televisie. Een moord, zeg ik je.’
Ik weet niet of zij weet wat Afrika is. Ik weet niet of Afrika weet hoe dankbaar er van haar gebruik wordt gemaakt in situaties als deze.
De welbekende tune schalt door de laptopspeakers. Ik keer terug naar mijn stapel, met een rode pen driftig het schuldgevoel van me af corrigerend.
Een van de eerste dingen waar mijn wederhelft en ik het over eens waren wat betreft de opvoeding van onze spruit, was dat het vooral geen apathische bankhangster moest worden. We schaften enkele dvd-boxen aan van programma’s waar wij zelf – trouwe telgen van de VPRO-Jugend – warme herinneringen aan koesterden, zoals Buurman & Buurman en Pingu, en bekeken die alvast met nostalgische gretigheid toen ons kind nog niets anders kon dan kleuren onderscheiden. Daar zou zij het, met af en toe een stukje Sesamstraat tussendoor of een Disney-klassieker op een regenachtige zondagmiddag, de komende jaren mee moeten doen. Van ADHD-cartoons, Teletubbie-achtige infantiliteitshypnoses, of – met afstand toch wel het bloedirritantst van alles – de tuttigheidsterreur van Studio 100 zouden wij haar jeugd geheel gevrijwaard laten.
Illustratie: Erik Wallert
Er waren echter twee zaken waar wij geen rekening mee hadden gehouden. De eerste was onze menselijke zwakte. Je kan er nog zoveel goede bedoelingen op nahouden, in de praktijk is ontzettend fijn om je kleine spruit met één druk op de knop een paar uur koest te houden.
Het tweede detail was de moderniteit. Als er altijd een computer aanstaat in huis, is zo’n dvd-speler toch eigenlijk maar een hoop gedoe. Op YouTube is altijd wel iets te vinden: onze gekoesterde verantwoorde programma’s, maar ook alles wat we ooit vol overtuiging wilden mijden. En voor een kleuter van de eenentwintigste eeuw moet je vooral niet het programma willen bepalen. Driftig drukkend op de plaatjes met kijksuggesties (dat onze laptops geen touchscreens hebben wil er bij haar niet in) wil ze ‘zelf kiezen, zelf kiezen, zelf kiezen’. Soms gaat ze voor iets smaakvols, maar vaak ook niet. Ik probeer dan mijn afgrijzen in te houden en zeg op een toon die evidentie af wil dwingen: ‘Maar dat is toch stom?’
‘Het geeft niet dat jij het stom vindt,’ antwoordt mijn meisje dan bemoedigend, terwijl ze een moment lang haar amandelvormige ogen van het vierkante scherm afwendt en op mij richt. ‘Het is ook niet voor grote mensen.’

Kasper van Royen is Hard//hoofd-redactielid, is naast vader ook filosoof, ex-docent, ex-dichter, ex-echtgenoot, popfetisjist en postbode.

Erik Wallert gaf zijn baan als journalist eraan om aan de Koninklijke Academie te Antwerpen schilderkunst te studeren. Op die academie worden nog technische vaardigheden geleerd, vaardigheden die Erik nu inzet in autonome tekeningen en illustraties. Hij put inspiratie uit oude grafiek, zoals krantenillustraties en strips uit het fin-de-siècle waarvan hij de sfeer en gratie toepast in tekeningen die evenwel over hedendaagse onderwerpen handelen.