Een paar maanden geleden overleed Donnie. Ik was niet thuis tijdens zijn aanval, vermoedelijk het gevolg van een herseninfarct. Mijn huisgenoot belde me snikkend op en zei dat ik onmiddellijk naar huis moest komen.
Eenmaal bij de dierenkliniek werd snel duidelijk dat Donnie dit niet op een dierwaardige manier ging overleven. Stuiptrekkend en jankend probeerde hij op te staan in de ijzeren kooi, maar kukelde daarbij telkens naar links. Dit was niet de kat die mij klagend doch liefdevol kwam begroeten als ik thuiskwam, die op mijn kussen kwam liggen als ik probeerde te slapen, die ik gisteren had achtergelaten met genoeg brokjes en water. Na twee dagen behandelen, bellen en overleggen met de dierenarts was het zo ver: ik liep naar de kliniek met een leeg reismandje, zodat ik Donnies levenloze lichaam zo dadelijk niet in een Albert Heijntas of met mijn blote handen naar zijn graf hoefde te tillen. Als het toch moest, dan maar zo handig mogelijk.
In de behandelkamer strompelt Donnie gedesoriënteerd rond over de blauwe linoleumvloer. Wie ben ik om in te schatten of dit lijden uitzichtloos is? Onwillekeurig moet ik denken aan Schrödingers kat, een gedachte-experiment uit de kwantummechanica dat illustreert dat deeltjes ongedefinieerd kunnen zijn, zolang ze niet worden waargenomen. De natuurkundige Schrödinger gebruikte het volgende voorbeeld: een kat zit in een hermetisch afgesloten doos met een dodelijk gif dat elk moment verspreid kan worden, maar dat kan evengoed niet gebeuren. Buiten de doos staat een waarnemer die de kat en het gif niet kan zien en pas weet of het dier dood of levend is als de doos wordt geopend. Logisch gezien wil dat zeggen dat de kat tot die tijd zowel levend als dood is.
Is Donnie een fractie van een moment zowel dood als levend geweest?
De dierenarts is vaardig: het spuitje houdt hij verborgen in een handpalm, waardoor het lijkt alsof hij Donnie alleen maar aanraakt. Ik kijk naar Donnie terwijl hij overlijdt en zie iets veranderen, maar wat? Is hij misschien ook een fractie van een moment zowel dood als levend geweest? Wat weet Donnie daar zelf eigenlijk van? In theorie ben ik dol op het niet definiëren van dingen, maar nu het om mijn huisdier gaat, vervloek ik Schrödinger.
Het nog warme, levenloze kattenlijf wordt volgens plan in het reismandje geschoven. Ik loop langs de receptie (‘dat wordt dan 545,75 euro, mevrouw Van den Boogaard’) en wandel huilend naar huis. Thuis zit ik op de bank naast het reismandje met een dode Donnie erin en vraag me af: is dit überhaupt nog Donnie, of is Donnie misschien nu nog Donnie en toch weer niet, een soort Schrödingers Donnie die je nog wel kan aaien maar die nooit meer zal miauwen?
Het zojuist gegraven gat in de tuin lijkt diep genoeg te zijn om Donnie in te leggen zonder dat andere dieren hem zullen ruiken. Ik wandel er met het reismandje naartoe en wil Donnie op de koude, natte aarde leggen, als mijn huisgenoot voorstelt hem in een schoenendoos te doen. Dat was misschien mooier, eerbiediger dan rechtstreeks in de grond. We leggen Donnie in de doos en sluiten die, terwijl we samen nog een laatste keer kijken naar hoe dood hij in feite is, voordat hij uit het zicht verdwijnt en voor altijd een Schrödingers Donnie wordt.
Eva van den Boogaard is literatuurwetenschapper, docent en onderwijsinnovator bij St. Joost School of Art & Design en eindredacteur bij Hard//hoofd. Haar verborgen talent is slapen en haar minder verborgen talent twijfelen. Ze rent graag langs de Vecht, zingt met karaoke het liefst George Michael en droomt van een Heilige Birmaan als huisdier.
Femme ter Haar is illustrator en animator. Ze fietst rond door haar woonplaats Utrecht met een schetsboek vol krabbels en een hoofd vol ideeën. In haar werk zoekt ze naar manieren om juist datgene dat moeilijk onder woorden is te brengen te verbeelden, om zo de onbegrijpelijke wereld om haar heen iets beter te begrijpen.