Asset 14

Beetje raar

Ik pas op in het huis waar ik ooit woonde. Mijn ex heeft het heel voorzichtig gevraagd. Ze weet dat ik liever niet meer op die plek kom, dat er teveel herinneringen rondwaren aan dat wat was, zou komen en niet mocht blijven. Het leven nu is overzichtelijk. De helft van de week is Annika bij haar, de andere helft bij mij. Bijpraten doen we wel telefonisch of in een café. Bij elkaar over de vloer komen we enkel kort wanneer het kind gehaald of gebracht moet worden. Maar ze vraagt het zo voorzichtig - de oorspronkelijke oppas blijkt ziek te zijn en ze moet toch echt de deur uit om een debat te leiden over de vrije wil - dat enig ander antwoord dan ‘uiteraard, geen probleem’ misplaatst zou voelen. En ach, inmiddels moet het toch ook wel kunnen. De tijd heelt alle wonden en wat overblijft zijn hoogstens littekens om met weemoed over te aaien.

‘We gaan lekker patatjes halen,’ zeg ik tegen mijn dochter als ik haar ophaal bij een vriendin. Uitzinnig gejuich valt mij ten deel. Eigenlijk probeer ik ons zo gezond mogelijk te voeden, maar ik heb geen zin om in mijn oude keuken te kokkerellen.
‘Ik wil er een hamburger én een kroketje bij,’ smakt de kleuter dromerig.
‘Je moet kiezen, of-of,’ sommeer ik.
Het wordt een kroket. Ik probeer een blik van herkenning in de ogen van de snackbarman aan te treffen - jarenlang haalde ik hier toch trouw mijn vette bek - maar hij neemt de bestelling met een afstandelijke vanzelfsprekendheid op.
‘Ik heb dorst, papa’ zegt Annika.
Het is een drukkend benauwde dag. Uit het koelkastje pak ik een blik Sprite. Dat heb ik in een eeuwigheid niet meer gedronken, maar heb er opeens veel zin in.
We delen het blikje op het terrasje, wachtend tot ons eten klaar is. De Sprite smaakt in niets naar hoe ik het me herinner.
‘Ze hebben iets aan het recept veranderd,’ brom ik.
Annika zegt iets terug, maar het geluid van twee voorbij scheurende motors overstemt haar.
‘Dat is ook zo,’ zeg ik, ‘daar heb jij helemaal gelijk in.’

In Annika’s rugtasje zitten de huissleutels. Mijn exemplaren heb ik enige tijd geleden ingeleverd, zodat Arthur die kan gebruiken.
‘Je weet zeker dat mama mayo in huis heeft hè?’ vraag ik voor de derde keer terwijl ik de deur openmaak.
‘Natuurlijk joh,’ zegt Annika.
Ik hoop maar dat ze gelijk heeft. Als ik ergens een hekel aan heb dan zijn het wel droge frieten.

Hoogst verward begroeten de poezen mij.
‘Kennen jullie mij nog?’ vraag ik voor de vorm.
Mijn ex heeft niks gezegd over dat ik ze eten moet geven, maar dat moet dan zeker voor zich spreken. In de deur van de koelkast staat een aangebroken blik natvoer.
‘Ik wil het doen,’ zegt Annika. Ik geef haar het blikje en een lepel.
In de koelkast tref ik ook drie geopende potten mayonaise aan. Dat moet de invloed van Arthur zijn, die bekend staat om zijn constante angst zonder saus te zitten. Op het aanrecht staat een afwas van een paar dagen, vliegjes zwermen boven etensresten.
‘Gadverdamme, wat is het goor hier,’ roep ik uit. Blijkbaar heeft niemand mijn schoonmaaktaken overgenomen sinds ik dit huis verlaten heb.
‘Ma-ma's keuken, niet mijn keuken,’ verdedigt Annika de situatie met strenge blik.

We zitten aan tafel en verorberen onze snacks.
‘Vind je het raar dat ik hier ben?’ vraag ik Annika.
‘Natuurlijk niet,’ zegt ze verveeld.
We kauwen onverstoord verder.
‘Weet je wat ik wél een beetje raar vind?’ zegt ze dan.
‘Nou?’
‘Dat mama verliefd is op Arthur.’
Aha, het is haar dus eindelijk verteld. Na bijna driekwart jaar behoedzaam de stabiliteit van de relatie te hebben afgetast, is de tijd blijkbaar aangebroken om openheid van zaken te geven.
‘Ik vind dat ook een beetje raar hoor,’ stamel ik. ‘Maar het leven is soms raar. En wat zei jij toen mama dat verteld had?’
‘Ik zei ‘leuk voor je, echt heel leuk voor je. Maar ik blijf gewoon verliefd op papa hoor.’

In Annika’s kamer hangt nu de roze klamboe boven haar bedje. Nadat we deze vlak na haar geboorte hadden uitgezocht, was mij de schone taak toebedeeld hem te bevestigen.
‘Hé, wat mooi’ zeg ik.
‘Heeft Arthur gedaan,’ glundert ze.
Wanneer ik naast haar wil kruipen om voor te lezen blijft mijn been hangen, ik trek er net iets te ruw mee en het ding stort bovenop ons.
‘Toch niet zo’n stevige constructie,’ constateer ik nonchalant mompelend, ‘ik moet daar maar nog eens een keertje naar kijken’. Ik schop het net naar een hoek van de kamer en sla De fantastische meneer Vos open.

Op zolder blijkt weinig veranderd. Ik schuif wat stapels boeken en papieren opzij en nestel mezelf in de schommelstoel, met een glas wijn en een schaaltje chocolaatjes. Die chocolaatjes trof ik in een keukenkastje aan, te midden van onder meer stukken noga, roze koeken en zelfs een onaangebroken chocoladeletter.
‘Eindelijk kan ik eens fatsoenlijk een zoetigheidsassortiment aanleggen,’ had mijn ex al plagerig opgemerkt. Toen ik hier nog woonde was alles opgegeten zo gauw het gekocht was.

Nadat ik twee uur lang op zolder heb zitten peinzen, hoor ik mijn ex de trap opkomen.
‘Alles goed gegaan?’ vraagt ze.
‘Prima hoor. Hoe ging het debat?’
‘Dat was een groot succes. Hé, je hebt de chocolaatjes ontdekt. Maar je hebt er nauwelijks iets van gegeten! Gaat alles wel goed met je?’
‘Ja hoor. Maar ik moet er weer vandoor. Laten we gauw bijkletsen in een cafeetje.’

Thuisgekomen loop ik mijn keukentje in. Hier moet ook nodig eens een afwas worden gedaan. Op de vensterbank staat een fles whisky, er zit nog een bodempje in. Arthur had de fles meegenomen, toen hij hier vorige week was.

Vroeger deden we dat vaker, whisky drinken, maar toen mijn voormalige geliefde vertelde dat er iets tussen haar en mijn vriend speelde had ik ons contact verbroken. Nu hun relatie dermate serieus was dat elkaar ontwijken steeds ingewikkelder zou worden, leken we op een punt aanbeland waarop bijpraten onvermijdelijk was.
‘Ik heb je best gemist,’ zei Arthur bij ons derde glas. Daarvoor hadden we het enkel over films gehad.
‘Ik jou ook,’ zei ik, ‘maar de reden dat ik je niet meer wilde zien is niet omdat ik je iets kwalijk neem. De wegen van de liefde zijn nu eenmaal ondoorgrondelijk. Alleen moet ook ik iets nieuws opbouwen, dat lukt niet als ik achterom blijf kijken. Het leven is van zichzelf al ingewikkeld genoeg.’
Daarna hadden we het over Annika, hoe hoog ze in klimrekken kan klimmen en wat een moeilijke woorden ze gebruikt. We hadden het over de vrouw die ooit de mijne was, hoe irritant het is dat zij zo vaak de belangrijkste dingen vergeet te vertellen en hoe oorverdovend hard ze kan snurken. We hadden het over de meisjes die ik zie en hoe ik ernaar verlang weer eens ouderwets verliefd te worden. Daarna hadden we het weer over films. Hij vond Paul Thomas Anderson de meest overschatte regisseur aller tijden, ik bleef erbij dat Magnolia de mooiste film ooit was.

Als ik het drupje whisky achterover sla, krijg ik kramp in mijn buik. De patat is blijkbaar niet goed gevallen. Wanneer ik op mijn bed ga liggen word ik vanuit het schijnbare niets overvallen door een licht gevoel van extase. Vlak voordat een diepe slaap mij meesleurt bedenk ik dat dat het leven moet zijn dat immer koppig verder raast. En in dat geraas alles wat een beetje raar is en een beetje raar zal blijven, toch steeds onontkoombaarder laat kloppen.

--

Meer lezen van Kasper? Zijn boek En toen kwam Annika ligt nu in de boekhandel!

P.S. Geniet jij met enige regelmaat van onze artikelen? Overweeg dan om ons te steunen. Hard//hoofd heeft het hard nodig.

Mail

Kasper van Royen is Hard//hoofd-redactielid, is naast vader ook filosoof, ex-docent, ex-dichter, ex-echtgenoot, popfetisjist en postbode.

Jesse Strikwerda is illustrator en één van de drie winnnaars van de Fiep Westendorp stimuleringsprijs 2015.

Hard//hoofd is gratis en
heeft geen advertenties

Steun Hard//hoofd

Ontvang persoonlijke brieven
van redacteuren

Inschrijven
Lees meer
test
het laatste
Elke trui is een kersttrui, je moet alleen zelf voorbij Rudolf kijken

Elke trui is een kersttrui, je moet alleen zelf voorbij Rudolf kijken

Misschien heb jij hem nu wel aan: de kersttrui. Een onschuldig grapje of een kledingstuk dat perfect toelicht wat er mis is met de kledingindustrie? Lees meer

Lieve groetjes van Venus

Lieve groetjes van Venus

Lieke van den Belt vertelt in deze column over haar relatie met en tot Venus. Kijken ze elkaar aan? En zien ze de ander dan ook? Lees meer

Auto Draft 1

Hoe jij politiek je zin weer krijgt: valse dilemma’s, overdrijven en nog drie tactieken die ik leerde van mijn vader

Marthe van Bronkhorst leerde van haar vader dat goed vals niet lelijk is. In deze column legt ze je drie technieken uit om je (politieke) zin te krijgen. "Links, doe nou eens wat mijn vader deed: nooit genoegen nemen met minder." Lees meer

Zwervende organen en feminiene furie

Zwervende organen en feminiene furie

Hysterie was vroeger een diagnose voor seksueel gefrustreerde vrouwen, in deze column pakt Lieke van de Belt het woord terug. Lees meer

Gaten in mijn vroegste overtuiging

Gaten in mijn vroegste overtuiging

Michiel Cox’ broer wil als vrijwilliger het leger dienen. Hoe kan Michiel zijn begrip daarvoor rijmen met de idealistische opvoeding van zijn ouders? Lees meer

Het kattenvrouwtje dat de boom in sprong

Lieke van den Belt mijmert over verlegenheid en Minoes. Waarom bestaan er toch zo veel vooroordelen over kattenvrouwtjes? En zal ze zelf veilig vanuit de boom toekijken, of springt ze er uit? Lees meer

‘Zij moet echt normaal doen!’ riepen de mensen die verkrachtingsfantasieën over mij schreven

‘Zij moet echt normaal doen!’ riepen de mensen die verkrachtingsfantasieën over mij schreven

Marthe van Bronkhorst dacht dat het met conservatieve haat en machocultuur wel meeviel in Nederland, maar na anderhalve maand online haat en doodverwensingen, weet ze beter. Lees meer

We hebben armoede opgelost: een toneelstukje

Marthe van Bronkhorst schreef een kort toneelstukje waarin Ruben Brekelmans en Dilan Yesilgöz uiteenzetten hoe ze armoede willen gaan oplossen. Lees meer

Dunne intellectuele belangstelling

Dunne intellectuele belangstelling

Michiel Cox is vastbesloten om als docent aan zijn mbo-studenten meer dan alleen praktische kunde over te dragen. Hoewel studenten zijn lessen mild spottend een ‘zitvak’ noemen, merkt Cox dat bij sommigen intellectuele nieuwsgierigheid opbloeit, ondanks de lage verwachtingen van de buitenwereld. Lees meer

How can I make this about me? 1

How can I make this about me?

Marthe van Bronkhorst staat stil bij een jaar genocide en pleit ervoor om het meer over onszelf te laten gaan: 'Die dode Palestijnen hadden jouw kinderen kunnen zijn.' Lees meer

De inspraakavond

De inspraakavond

Om een progressief geluid te laten horen gaat Michiel Cox naar een inspraakavond over windmolens. Maar tijdens de bijeenkomst begint hij te twijfelen. Is dit inspraak? Lees meer

Dit kabinet is ziek - het heeft een ontstellend gebrek aan verbeelding

Dit kabinet is ziek: het heeft een ontstellend gebrek aan verbeelding

Marthe van Bronkhorst stelt dat het kabinet likkebaardend zou moeten trappelen om vernieuwende ideeën te presenteren, maar komt van een koude kermis thuis. Lees meer

De man die geen vragen stelt

De man die geen vragen stelt

Aisha's single, hetero vriendinnen worden op dates overspoeld door dominante sales pitches. Stel een vraag, lieve man, stel een vraag! Lees meer

Levensweg

Levensweg

Als Aisha een trouwerij op een Limburgse boerderij bezoekt, mijmert ze ineens over haar eigen bruiloft. Ach, trouwen is niks voor haar. Toch? Lees meer

Marktplaatsgekkies

Marktplaatsgekkies

Marthe van Bronkhorst besluit de relatiemarkt opnieuw te betreden en vraagt zich af: ben ik een koopje, of een langetermijn-investering? Lees meer

:Dit is Europa: een half-ontspoorde trein

Dit is Europa: een half-ontspoorde trein

Marthe van Bronkhorst bekijkt Europa als een treinreis en stemmen voor de Europese Parlementsverkiezingen als het zijn van de conducteur op die rammelende trein. Lees meer

Ik wil het woord tokkie nooit meer horen

Ik wil het woord tokkie nooit meer horen

"Ofwel we noemen mij voortaan een tokkie, en ik zal de titel met trots dragen. Of we stoppen met het gebruik van het woord tokkie en laten het weer alleen een familienaam zijn." In deze gastcolumn geeft Anne Schepers een ijzersterk pleidooi tegen het negatieve gebruik van het woord 'tokkie'. Lees meer

Tot morgen

Tot morgen

Na bijna vier jaar als columnist voor Hard//hoofd is het voor Eva tijd voor iets nieuws, maar afscheid nemen is niet haar ding. 'Dus lieve lezers: voor jullie nu een kus op de wang, en tot morgen!' Lees meer

Wat je niet zult zien op het nieuws

Wat je niet zult zien op het nieuws

Marthe van Bronkhorst beschrijft dat wat ongezien blijft op het nieuws over de demonstaties bij de UvA. 'Maar het is wel gezien. Het is niet onopgemerkt gebleven.' Lees meer

Mooi weer spelen

Mooi weer spelen

Als Aisha’s eerste therapiesessie niet voelt als de warme deken waar ze op hoopte, mist ze groepsgenoot S., die haar een spiegel voorhield. Lees meer

Word vóór 1 februari trouwe lezer en ontvang Hard//hoofd magazine ‘Ssst’ in maart!

Hard//hoofd verschijnt weer op papier! In ‘Ssst’ verkennen we de (zelf)opgelegde stilte. Fluister je met ons mee? Word vóór 1 februari trouwe lezer voor slechts €2,50 per maand en ontvang in maart 120 pagina’s over de kracht, het geweld en de kwetsbaarheid van stilte op de mat. Veel leesplezier!

Word vóór 1 februari trouwe lezer