De hashtag #metoo mag dan bedoeld zijn om seksueel ongewenst gedrag aan de kaak te stellen, hij levert geen constructieve discussie op, zegt Ruben van Riel. Volgens hem is door de hashtag een groot 'grijs gebied' van seksuele gedragscodes ontstaan.
Of het nu wel of geen hype is, #metoo is en doet. Deze hashtag is niet alleen het slachtofferverhaal van een ongewenste seksuele ervaring, het lokt reacties uit. De #metoo-discussie moet bijdragen aan de bewustwording van seksuele omgang. Echter, de veelheid en impact van de hashtags problematiseert de discussie over de seksuele gedragscodes.
Een #metoo geeft een individuele grens van seksueel onwenselijk gedrag aan. Op basis van deze grens wordt niet alleen seksuele intimidate gedefinieerd, er worden ook daders aangewezen. De ene keer direct door een naam te noemen en te vertellen wat diegene deed, de andere keer indirect door alleen de grenzen aan te geven en daarmee impliciet te stellen: dit is mijn grens en wanneer iemand deze overtreedt, maakt hij of zij zich schuldig aan seksuele intimidatie. In beide gevallen worden de scheidslijnen tussen gewenst en ongewenst seksueel gedrag verduidelijkt.
Maar het gebruik van de hashtag moet ook aanzetten tot meer gebruik ervan. Hoe talrijker de hashtags, hoe zichtbaarder en urgenter het probleem van het breken van grenzen. De hoeveelheid is slechts één kant van de zaak, de inhoud van een hashtag is voor velen noodzakelijker. Het moet bewustwording en verandering, of specifieker: een verbetering van de seksuele omgang en moraal teweegbrengen. De combinatie van de grote hoeveelheid hashtags en het verhaal erachter, maakt dat de stem van het slachtoffer centraal staat.
Ongeacht welke interpretatie een slachtoffer van een situatie heeft, er mag aan de echtheid van zijn of haar ervaring niet getwijfeld worden. Dit gaat zelfs zo ver dat een ander niet anders mag oordelen over een situatie, omdat hij of zij dader dan wel buitenstaander is. Deze overheersende gedachte over wie het oordeelsrecht heeft, wordt gesterkt door het toenemende aantal #metoo’s. Er is echter meer aan de hand.
Terwijl de wereld werd overspoeld met de veelheid aan gevallen van seksuele intimidatie, veranderde het denken erover. Bij een eerste ontmoeting is het voor mensen nog onduidelijk waar ieders grenzen liggen. Het verschil tussen wat voor de één een flirt is en door de ander als ongewenst of intimidatie wordt ervaren zal in vele gevallen duidelijk zijn, maar is altijd afhankelijk van iemands interpretatie. Dat deze interpretatie met de tijd verandert, wordt door de #metoo-discussie duidelijk.
De vele #metoo’s geven niet alleen – de veranderde – omgangsgrenzen aan, ze creëren ook nieuwe. Hoe meer hashtags, hoe meer de grenzen van seksuele omgang worden gebaseerd op de #metoo’s en hoe groter de impact op het denken over seksuele gedragscodes. Eén hashtag op zich verscherpt de grenzen van seksuele omgang, maar de veelheid doet het tegenoverstelde. Door de vele #metoo’s is er een ‘grijs gebied’ van seksuele gedragscodes ontstaan waarin vele grenzen zijn opgeworpen, waardoor de omgangsgrenzen vervagen.
Ik wil zeker niet verkondigen dat seksuele intimidatie altijd een vorm of gevolg van miscommunicatie is, maar achter iedere hashtag schuilt een potentieel conflict. Deze impact van de #metoo’s wordt nog te weinig ervaren en wellicht kan dat op dit moment ook nog niet. Dit betekent niet dat ervaringen privé moeten blijven of niet gedeeld mogen worden uit angst voor reactie of conflict. Integendeel, maar het besef moet er komen dat een #metoo niemand in gelijk bevestigt en niet vrijwaart van reacties.
De casus-Jelle Brandt Corstius droeg bij aan dit grijze gebied. Journalist en programmamaker Jelle Brandt Corstius deed in Trouw zijn verhaal over seksuele intimidatie en seksueel geweld in het begin van zijn televisiecarrière en met welke frustraties hij als slachtoffer worstelde. Zonder dat de dader bij naam was genoemd, stond deze zelf op. Mediaondernemer Gijs van Dam erkende de seksuele handelingen, maar ontkende dat deze onder dwang hadden plaatsgevonden. Dit interpretatieverschil wordt wellicht in een rechtbank beslecht, maar ongeacht wie zijn gelijk zal krijgen, lijken de rollen van slachtoffer en dader, zeker voor buitenstaanders, te kunnen omdraaien.
De casus-Brandt Corstius, of eigenlijk de reactie van Van Dam, toont het interpretatieverschil over een #metoo. Wie aanvankelijk het slachtoffer was, wordt nu dader en vice versa. De veelheid aan #metoo’s heeft een grijs gebied gecreëerd waarin niet één grens, maar vele grenzen zijn opgeworpen. Deze veelheid vervaagt niet alleen de omgangsgrenzen, het problematiseert het beoordelingsvermogen. Dit potentiële conflict dat schuil gaat achter een #metoo, verduidelijkt de interpretatieverschillen niet. Het lijkt erop dat niet alleen de daders, maar ook slachtoffer en buitenstaanders aan de #-schandpaal worden genageld. Het vellen van een oordeel op zichzelf lijkt dominant te zijn geworden, maar de #metoo’s zijn eerder problematisch dan dat ze een bijdrage leveren aan een constructieve discussie over de seksuele gedragscodes.
Ruben van Riel (1992) is student Geschiedenis: educatie en communicatie in Utrecht. Naast de negentiende- en twintigste-eeuwse politiek, is hij geïnteresseerd in gedachtegangen van andere en ervan overtuigd dat deze radicaal context afhankelijk zijn.
Friso Blankevoort (a.k.a. Freshco) is een illustrator/designer die woont en werkt in Amsterdam. De skateboardcultuur heeft een grote invloed op zijn werk, dat ook beïnvloed wordt door de traditie van grafisch ontwerp in Nederland.